Deel dit artikel
-

Leeftijdsclassificatie noodzakelijk voor gamesites

Spelletjesportals moeten een leeftijdsclassificatie invoeren voor de spellen die gewelddadig of schadelijk kunnen zijn voor jonge kinderen. Maar de meeste spelletjessites beweren dat ze zich niet enkel op kinderen richten.

De spelletjesportals trekken naast een jeugdig bezoek veel vrouwen tussen 20 en 40 jaar. Maar ze adverteren wel veelvuldig voor kinderen.

Uit onderzoek van de stichting Mijn Kind Online blijkt dat een op de acht kinderen wel eens een online spelletje heeft gespeeld dat zij eng vonden of waar ze van schrokken. Een verbod op geweldadige games is ondoenlijk, maar een leeftijdsclassificatie voor online spelletjes, waarbij de verantwoordelijkheid bij de portals ligt, is wel haalbaar, meent de stichting.

Remco Pijpers van de stichting heeft goede hoop dat een deel van de bedrijven achter de spelletjesportals wel de verantwoordelijkheid wil nemen: "Spil Games bijvoorbeeld wil er best over praten." Hij vervolgt: "En de kleine grote jongens die erg veel geld verdienen, die vaak moeilijk te bereiken zijn, ik denk dat zij op termijn zich hier wel mee bezig moeten houden onder maatschappelijke druk."

Stichting Mijn Kind Online constateert in het onderzoek dat de meeste spelletjesportals op dit moment hun sites niet op orde hebben. Behalve dat niet alle spelletjes geschikt zijn voor een jonge doelgroep, hebben de sites meestal geen privacybeleid. Bovendien is het moeilijk in contact te komen met makers. Ouders die klachten hebben, krijgen daardoor niet eenvoudig antwoord.

Voor de klassieke games die te koop zijn in de winkels is er het PEGI-classificatiesysteem. "PEGI Online is de variant daarvan voor online games. Dat kan door de spelletjessites worden overgenomen", aldus Pijpers.

Volgens Pijpers zou het ideaal zijn wanneer de makers van spelletjes de classificatie meegeven, zoals ook gebeurt bij de klassieke games die in de winkel worden verkocht: "Maar dat is in dit geval ondoenlijk. Je hebt op die sites veel soorten games, waaronder bijvoorbeeld ook user generated games. Je kan die makers niet vragen een spel te classificeren." De conclusie is dat de portals de verantwoordelijkheid in deze op zich moeten nemen.

"Het zijn geen kwaadwillende partijen die er op uit zijn tere kinderzieltjes te kwetsen", benadrukt Pijpers. "Door de geluiden, onder meer met wat wij naar buiten brengen, merken ze dat kinderen zelf het ook vervelend vinden. Daar hebben ze misschien helemaal niet aan gedacht. Ze beseffen niet dat het schadelijk is, maar zijn gewoon bezig met geld verdienen", aldus Pijpers.

Bij de portals gaat kwantiteit boven kwaliteit. "Hoe meer views, hoe meer advertenties, hoe meer geld. Het is ook niet in hun belang om zich op één specifieke doelgroep te richten, ze willen niet alleen op kinderen mikken, maar ook op bijvoorbeeld vrouwen. Toch bestaat een groot deel van hun doelgroep uit kinderen." Op veel sites zijn reclames voor bijvoorbeeld Lego en Disney te vinden.

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond