Nokia opent mobiele downloadwinkel

De Finse telecomfabrikant opent een winkel waar mobiele surfers software gratis en tegen betaling kunnen downloaden. Telecomaanbieders profiteren hiervan omdat ze het geld mogen innen.

Als een olievlek trok Ovi Store gisterenavond over de wereld. Nokia’s winkel werd als eerste waargenomen in Australië, daarna in Ierland, Singapore en Spanje. De Finnen rollen de concurrent van Android Market en iphones Apps Store in een klap internationaal uit, met internationale en lokale downloads.

Anders dan bij Android-telefoons en de iPhone zit Ovi Store nog niet standaard in de besturingssystemen van alle Nokia’s ingebakken. De Finnen stellen dat nu 50 miljoen klanten toegang hebben tot Ovi Store, maar zij kunnen die winkel veelal enkel via de web browser bezoeken, tenzij ze de winkelapplicatie nu downloaden.

Software-ontwikkelaars die hun programma’s via Ovi Store slijten, kunnen zich daar voor laten betalen. In Oostenrijk, Duitsland, Ierland, Italië, Engeland en Spanje kunnen de lokale telecomoperators de betalingen al afhandelen. In Nederland en andere landen moeten downloaders eerst de credit card trekken om applicaties te kunnen downloaden.

Een deel van de omzet gaat naar de operators, een deel naar de ontwikkelaar. Of Nokia meedeelt in de verkopen staat is nog niet bekend. Bij Android en Windows Mobile gaat, voor aftrek van verwerkingskosten, 70 procent naar de ontwikkelaar en 30 procent naar de operator.

Nokia heeft volgens volgens marktonderzoeker Gartner een marktaandeel van 41 procent met zijn smartphones. Dat is 10 procent minder dan vorig jaar, wat duidt op aantrekkende concurrentie. De Finnen verkochten in de eerste drie maanden van dit jaar 15 miljoen slimme mobieltjes, gevolgd door RIM met 7,2 miljoen, Apple met 4 miljoen toestellen en HTC met 2 miljoen apparaten.

Het Nederlandse bedrijf Distimo biedt sinds vorige week publicatie- en analysediensten voor de mobiele softwaremarkt. Ontwikkelaars kunnen met enkele handelingen hun programma’s naar verscheidene downloadwinkels uploaden, zien hoe de afzet zich ontwikkelt en kijken naar de prijsontwikkeling bij de concurrenten.

Uit een eerste analyse blijkt dat 90 procent van de nu 555 aangeboden applicaties een betaalde downoad is. 

Ontwikkelaar Rick Strom rekent voor dat iPhones App Store en andere downloadwinkels geen vetpot zijn voor programmeurs, ook niet als ze een topprogramma hebben. Volgens Stroms calculaties verdient een programmeur met een applicatie in de top 100 zo’n 4 dollar per dag. Als hij tot de top 35 doordringt, zet hij circa 30 dollar per dag om.