Deel dit artikel
-

Connected food: fictie of realiteit?

Grote retailers gebruiken steeds vaker Big Data om onder meer aankopen te volgen en de kwaliteit van beperkt houdbare producten te monitoren. Dergelijke slimme technologieën bepalen de toekomst van onze voedselketen. En bieden kansen voor de online industrie.

Het regent pijpenstelen op de Wereldtentoonstelling in Milaan, dat als thema ‘Voedsel voor de planeet, energie voor het leven’ heeft. Niet minder dan 148 landen zijn er aanwezig, van Equatoriaal-Guinea tot de Verenigde Staten, en van Kirgizië tot Suriname. De friet- en poffertjeskramen en draaimolen van Nederland steken er schril af tegen de reusachtige paviljoens van de grotere landen.

Aan voedsel is – langs de gedeeltelijk overdekte promenade – evenwel geen gebrek: grote merken als McDonalds hebben er hun eigen restaurants ingericht. Met speciale aandacht voor innovatie. Zo staat het Italiaanse Coop er met een supermarkt zonder verkooppersoneel, bedacht door Carlo Ratti (van MITs SENSEable City Lab) in samenwerking met adviesbureau Accenture. Het lijkt op een gewone supermarkt, maar wie wil weten wat het kost, waar de producten vandaan komen of welke ingrediënten ze bevatten, hoeft alleen maar even naar het product te wijzen. Een Kinect-camera van Microsoft herkent het gebaar en op een scherm boven het schap verschijnt uitgebreide informatie, inclusief een kaart van het land van herkomst.

En natuurlijk kun je ook met een mobiele app de winkel verkennen. Op basis van levensstijl (vegetariër) of smaakvoorkeuren (Aziatisch, Italiaans) kan die app de consument een complete maaltijd adviseren en hem naar de juiste schappen leiden. Afrekenen doe je met diezelfde app. “We denken dat consumenten nog altijd naar de supermarkt willen gaan om producten te voelen en te proeven”, legt Alberto Pozzi – Managing Director van Accenture Italië – uit. “Die omgeving moet zo natuurlijk mogelijk zijn. Het is niet zo moeilijk om een supermarkt van de toekomst te bedenken, maar innovatie moet wel leiden tot concrete omzet.”

Zijn bedrijf onderzoekt al tien jaar lang nieuwe retailformules. Aanvankelijk vanuit de Milanese modebranche, nu met de bedoeling die kennis in werkbare formules te vertalen. Volgend jaar gaat Coop een flagshipstore met elementen uit de supermarkt van de toekomst inrichten.

Algoritmes
Tussentijds gaat Accenture verder met het verkennen van nieuwe innovaties. Pozzi wijst onder meer op de rol die sociale media zou kunnen spelen. “Consumenten willen informatie over producten, maar ook hun culinaire kennis delen met vrienden. Daar wordt nu nog veel te weinig mee gedaan.”

Het bedrijf liet in Milaan ook de keuken van de toekomst zien: de Connected Kitchen. Het idee is dat – nadat je je favoriete recept hebt gekozen – de koelkast kan aangeven of alle noodzakelijke ingrediënten aanwezig zijn. En je via een app ook vertelt welke producten moeten worden bijbesteld of dat voor ons doet.

De voedingsindustrie staat aan de vooravond van grote veranderingen. De food- en agrisector (F&A) moet de productie, beschikbaarheid en toegang tot voedsel de komende tien jaar significant verhogen, wil er voorzien kunnen worden in de vraag van de steeds meer verstedelijkte wereldbevolking. Dat vindt de Rabobank, die er in oktober een rapport over presenteerde op de World Expo.

Door het combineren van technologie, Big Data en geavanceerdere algoritmes kunnen betere resultaten bereikt worden. De Rabobank gelooft dan ook dat een slimmer voedselsysteem een stijging in de productiviteit van vijf procent kan opleveren in diverse schakels in de keten.

Die overtuiging heeft ook Roger van Hoesel, directeur van Food Valley NL. De naam verwijst niet alleen naar hét agrofoodcentrum van Nederland – ruwweg het gebied tussen Wageningen, Ede, Barneveld en Nijkerk – maar ook naar het gelijknamige kenniscentrum dat de nieuwste agrofoodtechnologieën onder de aandacht wil brengen. Ook dit najaar organiseerde het samenwerkingsverband in Wageningen weer een tweedaagse expo, waar de laatste inzichten op het gebied van voeding en gezondheid werden getoond.

“Grofweg zie je twee belangrijke trends: gezondheid en duurzaamheid”, aldus Van Hoesel. “Er wordt steeds meer gedaan om verspilling in de voedingsketen tegen te gaan. Bij voorkeur met de inzet van IT. In Friesland heb je bijvoorbeeld de kaasfabriek A-ware Food Group, die werkt nu samen met buurman Fonterra voor de verwerking van weiproteïne, reststromen die vroeger onbenut bleven.”

Verzadiging
De revolutie begint al aan de productiekant. Dutch Sprouts, een groep bedrijven uit Wageningen, werkt bijvoorbeeld aan een handscanner voor bodemonderzoek. Het weerkaatste licht wordt als scan doorgestuurd naar een database vol bodemgegevens, waardoor onder meer de pH-waarde en de voedingsstoffen kunnen worden vastgesteld. Aan de hand van een app kunnen boeren inschatten of een gebied echt geschikt is voor voedselproductie. Hierdoor kan de oogstopbrengst met minstens een kwart worden verhoogd.

Het internationaal opererend machinebouw- en staalverwerkingsbedrijf De Boer RVS presenteerde op de Accenture Innovation Awards een innovatieve vis- en verwerkingslijn. De sorteerband zorgt met behulp van cameradetectie dat vangst van bijvangst (kleine visjes en garnalen) wordt gescheiden en deze via een met water gevulde goot meteen levend overboord gaat. De visser kan hierdoor de visafslag overslaan en is verzekerd van betere kwaliteit.

Baanbrekende innovaties zijn hard nodig in landbouw en voeding, vindt de Rabobank. De vraag naar (gezond) voedsel zal de komende 35 jaar met zestig procent toenemen. Tegelijkertijd hebben voedingsbedrijven in West-Europa en Noord-Amerika te maken met verzadigde markten en kieskeurige, veranderlijke consumenten. Een kwart van de boodschappen zal straks online worden besteld. En wie nog wél in de winkel komt, rekent erop dat slimme technologie een link legt tussen zijn smartphone, productvoorkeuren en wat de supermarkt in de aanbieding heeft.

Met de nieuwe app Hapsnapp zetten onderzoekers van Wageningen UR bijvoorbeeld al ‘nieuwe stappen’ op het gebied van de dialoog met de samenleving. De app zoomt in op kennis omtrent allerlei producten en geeft desgewenst uitgebreide dossierinformatie. Met feiten en inzichten afkomstig van Wageningse onderzoekers over het dagelijks eten. De app reageert bijvoorbeeld op de invoer van de gebruiker die bij het ontbijt brood eet of in het geroerbakte avondeten ook wortel en ui verwerkt. Al die kennis kan leiden tot een evenwichtigere voedingssamenstelling.

Elektrospinning
Grote retailers gebruiken ook steeds vaker data om aankopen te volgen en de kwaliteit van beperkt houdbare producten te monitoren, om zo effectiever te kunnen voldoen aan de vraag van de consument. Dat is het geval bij de ‘Royal A-ware’-app. Het gelijknamige Nederlandse bedrijf uit Heerenveen speelt daarmee in op de groeiende vraag van klanten naar zuivelproducten gemaakt van weidemelk. Met de app kunnen melkveehouders met één handeling op de smartphone dagelijks registeren hoeveel uur de koeien in welke weide hebben gelopen. Als tegenprestatie krijgen zij een extra premie van 0,25 euro per honderd kilogram melk.

Maar apps zijn niet het eindstation. Ook het bereiden van voeding wordt slimmer. Met Big Data wordt het volgens Van Hoesel mogelijk om gepersonaliseerde voeding te ontwikkelen, bijvoorbeeld op basis van persoonlijke profielen van de darmflora. In Nederland werkt onder meer TNO aan het samenstellen van gepersonifieerde maaltijden op basis van Big Data.

Zo kan worden gegarandeerd dat iemand ook alles binnen krijgt wat hij of zij nodig heeft. Ook hier kan een app bijvoorbeeld vertellen welke voeding bij de huidige gezondheidsstatus of genetische achtergrond past, waarna men het met één druk op de knop kan bestellen. Echte smart food dus.

In de toekomst gaan we zelfs ons eigen voedsel printen. Onderzoeker Kjeld van Bommel van TNO staat in Nederland aan de wieg van de 3D-voedselprinter. Hij gelooft heilig in de werking van dit soort printers, die producten laag voor laag opbouwen.

Via selective laser sintering, waarbij poeder met laserlicht laagsgewijs aan elkaar gesmolten wordt, heeft het onderzoeksinstituut al suiker- en chocoladestructuren gemaakt. Daarnaast werkt TNO aan elektrospinning, waarbij zogenoemde foodgrade materialen onder invloed van een elektrisch veld tot vezels gesponnen worden. Met deze methode kan TNO in de toekomst tailormade vezels en vezelcombinaties produceren, zoals op vlees lijkende structuren voor vleesvervangers of korte vezels om te gebruiken als verdikkingsmiddel. Inkjetprinting en andere technologieën die productieprocessen beheersbaar maken, bieden de voedingsindustrie veel innovatiemogelijkheden.

De 3D-voedselprinter is volgens Van Bommel ook echt nuttig. Ouderen met kauw- en slikproblemen krijgen meestal gepureerd voedsel voorgeschoteld – doorgaans weinig aantrekkelijk om op te eten. Met een 3D-printer kun je het gepureerde voedsel de vorm van het oorspronkelijke product teruggeven. Een wortel-sukadelap ziet er dan weer uit als een sukadelap. Het Duitse bedrijf Biozoon werkt zelfs al aan een printer die voedsel letterlijk in de mond laat smelten, zodat ouderen zich niet meer kunnen verslikken.

Duur geproduceerde dierlijke eiwitten zouden met de printer vervangen kunnen worden door makkelijk te kweken algen. Die bevatten veel proteïne, net als het vlees afkomstig van koeien. Het ziet er niet alleen uit als een stuk vlees, het smaakt ook als zodanig.

Jaloers
Het is belangrijk dat Nederland aansluiting zoekt bij dit soort innovaties, benadrukt de directeur van Food Valley. De Nederlandse voedingsindustrie is immers een cruciaal onderdeel van de Nederlandse economie. Met een productie van circa zestig miljard euro is de sector goed voor bijna twintig procent van de totale industriële productie. Meer dan de helft van de productie wordt geëxporteerd. Daar liggen enorme kansen.

Van Hoesel kijkt nog wel jaloers naar Silicon Valley. In dit van oorsprong agrarische gebied zie je steeds vaker kruisbestuivingen tussen agrifood en technologie. Om die sectoren samen te brengen, heeft Rob Trice de Mixing Bowl opgericht, een platform voor innovaties in agri, food en IT. Voorbeelden zijn gps-systemen voor het optimaliseren van stikstofbemesting op grote boerderijen of de ontwikkeling van nieuwe smaken met behulp van datamining.

Mixing Bowl werkt inmiddels samen met Food Valley, maar Van Hoesel erkent dat er ook in Nederland nog veel meer gedaan kan worden. “In de VS zie je sinds kort samenwerkingen tussen UC Davis, het Wageningen UR van de VS, en de Stanford Universiteit die zich meer op IT-technologie richt. In Nederland zitten software-ingenieurs nog vaak in Delft of Eindhoven, maar we kunnen ze hier in Wageningen goed gebruiken. De samenwerking tussen biotechnologiebedrijf KeyGene en Philips met LED-technologie is daar al een mooi voorbeeld van.”

Albert Heijn, Ketchum, Food Valley NL en Rabobank werken inmiddels al samen in het Food Lab 2015, een competitie voor innovatieve startups in de voedingssector. Startups, met hun ‘flexibele geesten en frisse ideeën’, worden uitgedaagd om na te denken over innovatieve oplossingen voor de verduurzaming van de voedselketen en hierover in gesprek te gaan met deze grote spelers uit de sector.

————–

Chip tegen bederf
Vis is een ingewikkeld product voor supermarkten. Zelfs vissen die met dezelfde kotter aan land zijn gebracht, kunnen een heel verschillende houdbaarheid hebben. De watertemperatuur, het geslacht van de vis, het soort voedsel dat het dier recentelijk heeft gegeten, stuk voor stuk factoren die van invloed zijn op de tempo waarmee het vlees bederft.
Jenneke Heising van Wageningen UR werkte enkele jaren terug al eens aan een verpakking die aangeeft hoe vers de vis is. Als de vis bederft, komen er verschillende stoffen in de lucht in de verpakking, die vervolgens oplossen in het water van de sensor. Heising onderzocht de bruikbaarheid van sensoren die de zuurgraad, de geleiding of het ammoniak meten.

StartHub Wageningen
In november 2015 bestond StartHub Wageningen op de kop af een jaar. De food-incubator – een plek voor bachelor-, master- en PhD-studenten en net afgestudeerden met een ‘entrepreneurial mind’ – organiseert interactieve workshops, financiering, huisvesting, coaching door experts en een netwerk met alle professionals. Startups die al zijn voortgekomen uit de accelerator zijn onder meer BoxBites (duurzame snacks) en Sigrow (optimale plantengroei), maar ook het slimme recruitmentplatform Vicancy.

* Dit artikel verscheen eerder in het decembernummer van Emerce magazine (#145)

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond