Uitgesteld kijken gaat maar langzaam vooruit

Nederlanders kijken nog steeds het liefst naar live-televisie. Uitgesteld kijken via een on demand-dienst of HD-recorder blijft achter in ontwikkeling en groeide in 2012 van 2,9 naar 3,2 procent.

Geen enorme cijfers, beaamt ook Bas de Vos van Stichting Kijkonderzoek. Ten opzichte van bijvoorbeeld Engeland loopt de Nederlandse markt nog achter. Aan de andere kant van de Noordzee zijn meer HD-recorders met een goede bedieningsinterface in omloop. Daardoor ligt het percentage ‘uitgesteld kijken’, binnen zeven dagen na live uitzending, rond de tien procent.

“Wel heeft het grote impact op specifieke titels, waar soms zelfs tussen de 300.000 en 400.000 kijkers het programma uitgesteld bekijken. Het kijken via een harddiskrecorder groeit ook consistent door. Van 2,7 naar 3,4 procent. Een groei van ruim 25 procent.”

Verder ziet De Vos weinig spectaculaire ontwikkelingen in uitgesteld kijkgedrag en het kijken naar webtelevisie. “Je ziet de groei daar waar je hem verwacht. En tv is niet dood, een uitspraak dat tien jaar geleden door technologie-evangelisten graag werd gebezigd.”

Het later terugkijken van tv-uitzendingen zou een grotere hap uit onze gemiddelde kijktijd van 196 minuten per dag kunnen nemen. Dan moeten er wel meer settopboxen met harde schijf in omloop komen en moeten die dozen van betere, sneller interfaces zijn voorzien.

Foto: David Berkowitz (cc)