Deel dit artikel
-

‘De bubbel ontstond door de snelle jongens’

Oscar Kneppers (42) wordt als uitgever geprezen om zijn ondernemerschap en gevoel voor innovatie. na bijna vier jaar bright begint het weer te kribelen. “Mijn intuïtie klopt bijna altijd.”

Het tienjarig bestaan van Emerce vraagt om een bespiegeling van oprichter Oscar Kneppers. Enthousiast oppert hij om af te spreken in de oude stamkroeg van Emerce, Café Tabac aan de Prinsengracht. Een bruine kroeg die, in weerwil van zijn naam, niet meer naar rook ruikt. Hij arriveert op zijn fiets en komt kordaat binnenwandelen. Kneppers voelt zich thuis op deze plek, die uitkijkt op de gouden driehoek waar zijn leven zich afspeelt: werk, wonen en de school van zijn kinderen. We bestellen een clubsandwich en een Thaise soep. En terwijl Kneppers zijn best doet om niet afgeleid te worden door de fotograaf, blikt hij terug op het ontstaan van Emerce. Hij gaat er eens goed voor zitten en vertelt met zichtbaar genoegen over deze turbulente tijd.

Foto: Peter Boer

Via wat omzwervingen in de journalistiek kwam hij vanuit Brabant naar Amsterdam om bij IDG te gaan werken. "Ik heb een open sollicitatie gestuurd naar MacWorld, want ik wist dat daar mijn passie lag." Als redacteur bij Computer- World en later MacWorld genoot hij van de wereld van gadgets en technologie. Zijn ogen glinsteren als hij vertelt hoe hij voor MacWorld in San Francisco terechtkwam, juist aan het begin van de internethype in de zomer van 1995. "We zaten bij South Park, waar alles zich afspeelde, de vibe was geweldig!"

Kneppers verliet IDG in 1997, maar nog datzelfde jaar vroeg de uitgever hem om een eerder geopperd idee voor een internetzakenblad uit te werken. In 1998 ziet Emerce het levenslicht, gemaakt door Iconomy ("Ik met mijn crew"), geëxploiteerd door IDG. Alles verloopt voorspoedig, Emerce groeit snel en Kneppers zet zijn zinnen op Anton van Elburg als hoofdredacteur. "Echt zo’n koppige mopperkont, helemaal goed." Door de overname van ‘weblog avant la lettre’ WebWatch van concurrent Newconomy haalt Kneppers in één klap ook Van Elburg binnen. "Zelf ben ik geen geschikte hoofdredacteur. Mijn kracht is goede mensen mee te krijgen en aan me te binden."

Bereid tot verkoop

Al in 2000 klopt VNU aan met een aantrekkelijk bod. "Ja, ik was toen al bereid om te verkopen. Ik wil graag een bedrijf opstarten, maar jarenlang uitbouwen spreekt me niet aan." Nog altijd geïrriteerd vertelt hij hoe VNU het aanbod na negen maanden onderhandelen alsnog intrekt. "Kun je je voorstellen?" Toch triggert het hem om te laten zien dat hij het zelf beter kan en lanceert de eerste Industry Day, die direct een succes wordt.

Quote Media koopt het blad in 2001, maar haakt twee jaar later af wanneer het knappen van de internetbubbel zich aandient. Het resulteert in een ruzie tussen Kneppers en Maarten van den Biggelaar, die nog altijd niet is bijgelegd. Uiteindelijk neemt VNU het blad in 2003 alsnog over. Kneppers richt zijn pijlen elders en start in 2005 met Bright.

Met de internetontwikkelingen is het uiteindelijk veel sneller gegaan dan Kneppers verwachtte. "Er was ook niet echt een crisis. Alles wat men toen voorspelde, is er ook gekomen. En nog veel meer. De internetbubbel ontstond door de snelle jongens. Dat zij over de kop gingen, was juist goed. Met internet is het alleen maar bergopwaarts gegaan." Toch worstelen uitgevers nog altijd met de vraag hoe ze internet effectief kunnen inzetten. Ook Knep pers kan – "naast Bright" – niet echt een inspirerend voorbeeld noemen. "Ik heb wel drie favoriete titels: de Britse GQ, Wired en Vanity Fair. Maar daarvan lees ik eigenlijk alleen de printuitgaven. Ik denk sowieso dat print nog lang niet dood is."

Waar het om gaat bij uitgeven, is een relatie opbouwen met je lezer, vindt Kneppers, kijken waaraan hij op een bepaald moment behoefte heeft. "Je moet in al je kanalen hetzelfde uitstralen, alles moet kloppen. Dan ben je een sterk merk. Zelfs het fysieke contact is belangrijk, je wil soms dicht bij je lezer komen."

Uitgevers moeten vooral experimenteren. "Gewoon alles proberen en kijken wat werkt." Maar adverteerders blijven voorlopig de belangrijkste inkomstenbron. "Banners en buttons. Zelfs als mensen er niet op klikken, dient het toch als branding. In de bladen kijk ik ook naar de advertenties. Als het goed is, sluiten ze immers aan op mijn interesses."

Weekblad

Kneppers volgt Emerce nog altijd op de voet en draagt het een warm hart toe. Over de meest recente restyling is hij wel te spreken: "Emerce heeft zijn urgentie terug." Maar toch, als hij een ding zou mogen veranderen, wat zou dat zijn? "Ik zou er een weekblad van maken", antwoordt hij resoluut. "Als Adformatie het kan, kunnen jullie het ook. En boeken gaan uitgeven. Meer doen, veel contactmomenten creëren. Dat doen wij zelf ook met BrightSpaces. Dat zijn hotspots in cafés, waar je kunt werken. Daar zoeken we nu sponsors bij."

Na bijna vier jaar Bright beginnen er nieuwe plannen op te borrelen. Hij speelt al enige tijd met een idee voor een ‘groen’ blad, maar ook een nieuwe zakentitel zingt door zijn hoofd. "Als ik iets nieuws begin, ga ik altijd uit van mijn eigen behoefte en volg ik mijn intuïtie." Kneppers hecht veel waarde aan bezinning, niet het minst vanwege het ernstige ongeluk dat hem in 2003 tot stilstand dwong. "Daardoor ben ik wel anders in het leven gaan staan en dankbaarder geworden voor wat ik heb. Alles is immers perceptie, je kunt dingen zo positief of negatief zien als je zelf wilt."

Die levensinstelling gaat gepaard met een ijzeren discipline: "Elke ochtend sta ik om zes uur op, doe dan eerst een half uur yoga en ga vervolgens hardlopen. Die tijd neem ik heel bewust voor mezelf. Ik word er rustig van. Zo’n moment van bezinning legt letterlijk en figuurlijk een goede basis voor de dag." Dan stapt hij weer op zijn fiets, de kleine generaal van uitgeefland, klaar om zijn volgende plan te verwezenlijken.

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond