Deel dit artikel
-

Snelle verbinding voor iedereen

Nederland dreigt de aansluiting met concurrerende kenniseconomieën te verliezen. We zijn in slaap gesust door de relatieve koppositie van vandaag. Het beschikbaar maken van snelle verbindingen voor alle burgers loopt vertraging op. Van een gericht industriebeleid dat die naam verdient is geen sprake. Er wordt te weinig geïnvesteerd in de ontwikkeling van nieuwe technologische kennis. De aansluiting tussen de bronnen van wetenschappelijke kennis en de toepassende bedrijven hapert. Kortom er is actie nodig om nieuwe snelheid te genereren. Actie om de voorraad kennis te vergroten. Actie om de stroomsnelheid naar commerciële toepassingen te verbeteren.

Helaas vertoont minister Jorritsma te weinig dynamiek. Een visie over de positie van Nederland over 20 jaar ontbreekt. Analyse van de stand van zaken en keuzes ontbreken. Daardoor ontbreekt het aan perspectief en richting. Met als gevolg dat maatregelen nauwelijks worden genomen. De minister heeft fraaie ICT-intenties uitgesproken maar de implementatie blijft achter. Overheid en bedrijfsleven mogen aangesproken worden op een grotere inspanning. Dat betreft scholing, onderzoek, ontwikkeling en investeringen in netwerken.

Wij willen een nieuwe economie waarin iederéén participeert. Om dat te realiseren is het nodig om mensen te scholen en te investeren in kennisinfrastructuur. Iedereen moet met ICT kunnen omgaan. Elke burger dient toegang te krijgen tot de netwerken. Laten we Joblife.nl en Stepstone.nl voor iedereen bereikbaar maken. Zodat de arbeidsmarkt efficiënter functioneert. De snelle ontwikkelingen op het gebied van ICT gaan voor grote groepen in de samenleving te snel. Kleine ondernemers zien geen kans de ontwikkelingen te volgen. Ze worden bedreigd door schaalvergroting en dominante partijen.

In een kenniseconomie voor iedereen moet elke burger beschikken over snelle toegang. Anders zullen scholingsinitiatieven stranden bij gebrek aan praktijkervaring. De ontwikkeling van geschikte inhoud stagneert door een gebrek aan koopkrachtige aangesloten vraag. Om eerlijke concurrentie te realiseren willen we dat alle ondernemers goedkoop over een snelle verbinding kunnen beschikken. Het lijkt er op dat dat via de markt niet lukt. Er ligt erg veel koper in de grond. De eigenaren van dat koper willen die netwerken eerst uitnutten en aarzelen met investeren. Ze kunnen zich dat gedrag door een gebrek aan concurrentie ook permitteren. Bovendien hebben ze zoveel geld uitgegeven aan dure licenties dat ze niet meer over de financiële draagkracht beschikken voor de bouw van nieuwe netwerken. Nieuwe partijen investeren allereerst in dichtbevolkte koopkrachtige gebieden. Ze piekeren er niet over om dunbevolkte gebieden met beperkte koopkracht aan te sluiten. Er dreigt daarmee te gebeuren wat iedereen wil vermijden. Tweedeling in de kennissamenleving. De toegang in handen van de happy few, de winst voor grote monopoloïde conglomeraten.

Het moet anders en het kan ook anders. Niet door per se elk huis van glasvezel te willen voorzien. Het gaat immers om de lage kostprijs en de snelheid, niet om de techniek. Wel door de markt te forceren met overheidsbeleid. Dat kan allereerst door voorwaarden te scheppen die het aantrekkelijk maken voor nieuwe bedrijven om snelle verbindingen aan iedereen aan te bieden. Als dat onvoldoende helpt kan de markt een zetje in de rug gegeven worden. Stimulering door overheidsopdrachten bijvoorbeeld. De overheid als "launching customer". Eventueel kan de vraag gestimuleerd worden door minder koopkrachtige, dunbevolkte gebieden subsidie te geven. Als dat alles ook nog onvoldoende helpt kan het Rijk zelfs overwegen de markt te forceren met een nieuwe Breedband-NV.

Zelfstandigen, bedrijven en werknemers moeten worden gesteund in hun ontwikkeling en vernieuwing. Op dit moment is Nederland sterk in sectoren als logistiek, financiële dienstverlening, distributie, chemie en toegepaste elektronische techniek. We kunnen daar gebruik van maken door die sectoren kennisintensiever te maken. Daarvoor zijn geen subsidies nodig, wel gericht beleid om kennis toe te voegen. Investeren in de voorraad kennis kan bedrijven helpen die kennis te gebruiken. De overheid moet meer investeren in onderzoek. Door geld vrij te maken binnen de bestaande investeringsbudgetten voor beton en asfalt. Beloon wisselwerking tussen onderzoeksinstellingen en bedrijven zodat de kennisvoorraad wordt omgezet in nieuwe producten.

Het inzetten van ICT kan leiden tot hogere efficiency en meer duurzaamheid. Duurzaamheid die ontstaat door slimmere logistiek. Hetzelfde produceren met minder vervoersbewegingen en minder grondstoffen. Kennisproductie is op zich al nauwelijks vervuilend. Althans wanneer voor de uitwisseling minder fysiek wordt gereisd en meer virtueel. Dat kan de overheid bevorderen.

Kabelmaatschappijen leveren de consument niet de hoge snelheid die ze beloven. Het ontbreekt aan toezicht en een transparant informatiesysteem. Bij internetdiensten heerst onduidelijkheid over prijs, levering en service. Wij willen dat de gebruikers meer bescherming wordt geboden. De consument moet de mogelijkheid hebben goede leveringsvoorwaarden af te spreken. In de nieuwe sectoren van de kenniseconomie blijkt de markt beheerst te worden door een beperkt aantal aanbieders. Dat leidt tot hoge tarieven en slechte voorwaarden. Nederland behoort voorop te lopen. Maar vergeleken met het buitenland zijn de kosten te hoog en de voorwaarden slecht. De overheid moet daarom op korte termijn ingrijpen en betere marktwerking afdwingen.

Een duurzame Kenniseconomie voor iedereen, van en voor de burger. Die ontstaat niet vanzelf. Minister Jorritsma moet daarom eindelijk in actie komen.

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond