Deel dit artikel
-

CPB en EZ op de bres voor Nederlandse ict-bedrijven

De prestaties van de Nederlandse ict-bedrijven worden behoorlijk onderschat. Wat Nederlandse ict-bedrijven doen heeft veel meer impact dan dan tot nu toe werd aangenomen. Dat zeggen het Centraal Plan Bureau (CPB) en het ministerie van Economische Zaken (EZ) in het document 'De relatie tussen prestaties en competenties van de Nederlandse ict-industrie en de multinationals'.

In het document springen het Centraal Plan Bureau en het ministerie van Economische Zaken duidelijk op de bres voor de Nederlandse ict-industrie. Ook lijken ze zich in het document te willen distantiëren van de cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Die cijfers laten een heel ander beeld zien van hoe er gepreseteerd wordt in de Nederlandse ict-industrie.

“De Nederlandse informatie- en communicatietechnologie (ict)-industrie presteert nationaal en internationaal beter dan uit standaardstatistieken blijkt. De huidige statistieken van het CBS zijn gericht op het beschrijven van de nationale economie waardoor de prestaties van multinationals niet volledig in kaart worden gebracht. Dit geldt zeker ook voor multinationals in de ict-industrie,” zo stellen het ministerie van EZ en het CPB.

De Nederlandse ict-industrie is vooral sterk op het gebied van onderzoek en ontwikkeling en niet zo zeer in de productie, verklaren het CPB en het ministerie van EZ in het door hen opgestelde document waarin wordt gesteld dat Nederland het helemaal niet zo slecht doet op ict-gebied.

“Het werk aan onderzoek en ontwikkeling door Nederlandse multinationals en de werkzaamheden van het management van deze ondernemingen leiden voornamelijk tot productiviteitsgroei in het buitenland en niet zo zeer in eigen land,” zo vervolgen ze.

De Nederlandse ict-bedrijven presteren onder de maat, omdat hun omzet- en productiviteitsgroei internationaal achterblijft, benadrukken het CPB en EZ. Bovendien maken de bedrijven zelf relatief weinig gespecialiseerde ict-producten. Daartegenover staan echter belangrijke competenties, vinden beide organisaties. Zo beschikt Nederland bijvoorbeeld over relatief veel ict-kennis en hoog opgeleid personeel.

Ook staan hier de hoofdkantoren en toonaangevende onderzoekscentra van belangrijke spelers als Philips en Océ in Nederland, zo stellen EZ en het CPB. Bovendien geeft de Nederlandse ict-industrie vergeleken met het buitenland juist veel uit aan onderzoek en ontwikkeling om nieuwe ict-producten te kunnen ontwikkelen.

De strijdigheid tussen zwakke prestaties en belangrijke competenties is volgens het CPB en EZ voor een deel te verklaren uit een onderschatting van zowel de prestaties van het Nederlandse r&d-personeel als van het management van Nederlandse multinationals in de ict-industrie. “Deze onderschatting ontstaat als de productie in een ander land plaatsvindt dan de kennisproductie en er voor de kennisproductie geen juiste marktwaarde bekend is,” zeggen het CPB en EZ.

“Het lijkt er op dat de activiteiten van het r&d-personeel en het management niets opleveren, maar ze dragen wel degelijk bij aan de omzetgroei en de productiviteitsgroei van de multinational als geheel,” zo stellen beide organisaties.

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond