Deel dit artikel
-

Site-uitgevers moeten nieuw businessmodel creëren

In online advertising en branding vallen harde klappen. Maar adverteerders aan de onderkant van de markt zien hun kans schoon en halen goede resultaten met ‘directe’ marketing. Site-exploitanten moeten leren om van dat nieuwe evenwicht te profiteren, vindt Maarten Roelofs.

Door Maarten Roelofs*

De Nederlandse online uitgeefmarkt is nog harder geland dan de huizen- en automarkt, en dat terwijl er meer geld in omgaat dan ooit. Hoe kan het dat volume en waarde stijgen, maar dat site-exploitanten nog steeds zoveel moeite hebben om geld te verdienen? Om daar verandering in te brengen, moeten we de twee traditionele rollen van marketing als één gaan zien: de brandingwaarde en de distributierol van internet zijn namelijk één en dezelfde. Wie dat snapt, zal de weg naar boven vinden en een nieuw businessmodel creëren.

Hoe werkte het businessmodel tot eind vorig jaar? Traditioneel hanteerde de site-eigenaar het ‘afvulmodel’: een hoge cpm voor merken, de restjes waren voor de distributiemarkt. De sector richtte instituten op die met doelgroepen gingen werken en de Nederlandse markt als een lokaal & beschermd ‘ecosysteem’ organiseerden. En soms werd een diepgaande discussie over ‘relevante’ tariefstelling gevoerd.

Toen sloeg de kredietcrisis toe. Een totale bevriezing van de advertentiebudgetten was het gevolg. De markt voor branding viel weg, alleen de onderkant van de markt bleef over. Dus begonnen de ‘experimenten’ met het toelaten van schietspelletjes, ‘gegarandeerde winnaars’ en banners met moeilijke rekensommen als 3×3=? (antwoord: al gauw 9 euro per maand aan ringtone-abonnementen).

Gericht schot

De ‘directe’ distributiekant van de markt werkt al tijden met verfijnde profielen. Internationale privacywetgeving is minder terughoudend dan de Nederlandse en biedt daardoor meer mogelijkheden om op ip-adres of internetsessie te targeten. Waar e-mailmarketing nog steeds met hagel schiet, lost display een gericht schot.

Zo kan bijvoorbeeld een autofabrikant interessante doelgroepen identificeren om die tot een proefrit te verleiden. De campagnestrategie begint met een spread over verschillende sites: het is als knikkers op de vloer gooien en kijken waar ze in een putje rollen. Als duidelijk is waar de ‘putjes’ zijn, kunnen op die sites herhaalboodschappen worden geplaatst. Als een bezoeker op de site van het automerk komt, krijgt hij op zijn computer een cookie. Vervolgens zal hij daardoor op verschillende sites relevante advertenties te zien krijgen.

Zelfs zonder de eerste spread kan bijvoorbeeld ook een radiocampagne leiden tot personalisatie van campagnes op internet. Bezoekers zoeken een site op door een radioreclame, daarna wordt de gedragsinformatie online vastgelegd. Adverteerders kunnen zo echt crossmediaal plannen. Dus de volgorde is niet meer ‘boodschap-medium-ontvanger-gedrag’, maar ‘ontvanger-gedrag-medium-boodschap’.

Wetenschap

Werkt dat ook voor merkbouw? Inmiddels is marketing door analyse en tracking voor grotendeels een exacte wetenschap geworden. Zelfs op de middellange termijn kunnen attitudes, aankoopgedrag en relevantie gestuurd en gemeten worden. Daarmee is pure ‘brand advertising’ niet meer te verdedigen zonder daar resultaten aan te koppelen vanuit de distributiezijde. De klassieke affiliate/responsemodellen doen tekort aan de merkopbouw via internet. Het is heel goed mogelijk dat een aankoop van een sitebezoeker niet het directe gevolg is van een ‘klik’, maar dat de aankoop een schakel is in een hele keten die zijn gedrag gestuurd heeft.

De les die exploitanten moeten trekken, is dat er een nieuw evenwicht in de markt zal ontstaan. Want nu genereert 10 procent van de advertentieruimte 90 procent van de waarde. Aan de bovenkant is er sprake van prijsdruk, omdat veel advertentievolume is weggevallen en de transparantie is toegenomen. Aan de onderkant vinden adverteerders juist de financiële ruimte om de weg naar boven in te slaan.

Ongemerkt leveren exploitanten posities aan die extreem goede resultaten opleveren voor adverteerders. De adverteerder stuurt de bezoeker met zijn eigen informatie, maar koppelt de werkelijke waarde niet terug naar de site-uitgever.

De site-eigenaar moet daarom zijn kennis vergroten en beter de waarde van de advertentie kunnen inschatten. Om het maximale rendement te behalen, moeten zij hun gegevens uitwisselen. "Ik geef jou 1000 potentiële Emerce-abonnees, als jij mij die geïnteresseerden in de proefrit geeft." Kwartetten als nieuw businessmodel voor exploitant en adverteerder.

* Maarten Roelofs is partner van het Haarlemse online strategiebureau Depascor

Bron foto: Wrote (CC)

Deel dit bericht

8 Reacties

Ido Sharon

Ik ben het eens met het feit dat het belangrijk is om goede targeting toe te passen (de knikkers enzo). De grote netwerken passen dit ook al wel toe. Wat mist in dit stuk is de wijze van adverteren op die relevante websites. De platte banners missen hun doel, dit is al wel een tijdje duidelijk. Door het grote volume van banners, mede door bijvoorbeeld google netwerk, zijn banners niet zichtbaar meer. Met andere woorden, het advertentieproduct (de banner in dit geval) zou onder de loep genomen moeten worden. Ik ben het absoluut niet eens met de stelling "Daarmee is 'pure brand advertising' niet meer te verdedigen zonder daar resultaten aan te koppelen vanuit de distributiezijde". Over welke websites gaat dit? Over welke advertentieproducten gaat dit? Over welke adverteerders gaat dit? Online marketing is breder dan conversie gericht banneren… Wees creatief!!

Edouard

Goed artikel, aardige gedachte. Omdat heel NL op het strand zit en het toch niet druk is reageer ik graag even. Het bu-model van de "traditionele" uitgeverij is die van inkomsten uit bezoek (abonnementen + cross & upsell) aan de ene kant en inkomsten uit exploitatie van het bezoek (adverteerders) aan de andere kant. Nu deze twee belangrijke pijlers de vrije val inzetten zie je een Pavlov reactie van deze "traditionele" bedrijven. De focus is op deze 2 inzakkende pijlers. De boot zinkt repareer het gat! I.p.v. fix die boot en onderzoek hoe het gat is ontstaan / vaar een andere koers. Dit is een van de voornaamste redenen dat deze traditionele uitgevers het moeilijk hebben op de online markt. Deze kenmerkt zich door gebruik te maken van een belangrijke 3de pijler, te weten die van "klantkennis". De profielen die je opbouwt uit je bereik kun je gebruiken om je adverteerders en bezoekers beter en dichter tot elkaar te brengen.  De manier waarop je deze DM kennis opbouwt is bepalend voor je toekomst. Ga je blind staren op het Cookie of IP adres dan snap je er weinig van. Maar goed dat is marketeers eigen, iets met die klok en die klepel. De op hand zijnde wetsvoorstellen m.b.t. cookies en BT kunnen interessante ontwikkelingen in de affiliate branche doen opleveren. Voor een uitgever is het dus vele malen belangrijker dat hij zich meer richt op de langere termijn relatie met zijn bezoekers EN zijn adverteerders. Sturen op kwaliteit d.m.v. intelligentie. Daarbij is het wel onvermijdelijk dat deze bedrijven zullen gaan afslanken in personele bezetting en vele malen effectiever moeten gaan worden. Synergie op de verschillende kanalen en titels is hierbij van groot belang. Dit zal op de langere termijn het voordeel van deze uitgevers kunnen zijn. De uitgever die anno nu zijn doelgroep zo kan volgen dat hij zelfs kan forecasten wat de resultaten van CPx constructies zal worden heeft kans op succes.  Kortom, ben ik het eens met Maarten? Yup, de invulling is misschien wat kort door de bocht en vergeet niet de remmende factoren zoals bijvoorbeeld die van de mediabureaus (groot obstakel in deze intelligentere manier van adverteren) en de vastgeroeste marketing gedachten. Laten we 100.000 adressen mailen! Leuk 2% conversie en ik maak nog winst! Yup en 98% was niet ge?nteresseerd sufferd!  Wel zie je de (grotere) uitgever anno nu het roer omgooien. De term "Wij bepalen het nieuws van de dag" kan echt niet meer.Samen zoeken we je publiek en halen er de hoogst mogelijke conversie uit, zou een betere zijn, voor de adverteerders althans.  Sluit ik af met de slechte term van deze week: "Je hebt 2 oren en 1 mond, en daar is een reden voor!" Zo, nog maar 5 uur tot de eerste vodka-martini in de brandende zon kan worden gedronken! Proost!

Paul

Ben het wel eens met de boodschap van het verhaal en de strekking van de reacties. Feit is dat er gekeken moet worden hoe een bezoekers voor een uitgever de meeste waarde kan creeren. Is dus essentieel om meer over de bezoeker te weten om hierop te kunnen targetten. Daarnaast is het belangrijk om te kijken naar rendement verhogen van huidige posities en betere integratie tussen content en commerciele posities. Kortom werk aan de winkel.

Tjeerd Kooij

In onze optiek is het belangrijk dat je als uitgever de doelstelling van de adverteerder duidelijk moet hebben. Om deze doelstelling te behalen is impact een belangrijke vereiste. De boodschap moet immers wel overkomen. Deze wordt enerzijds gecre?erd door relevantie voor de gebruiker. Anderzijds door het inzetten van de juiste advertentieformaten en de juiste reclamedruk.Dit wordt in zeer veel gevallen niet gereguleerd waardoor het regelmatig voor komt dat de meeste waarde wordt gegeven aan de adverteerders die daar het minst voor betalen. Vergeet namelijk niet dat een uitgever de doelstelling van de adverteerders wil behalen om zelf zo veel mogelijk omzet te realiseren. Het is dan dus als uitgever heel belangrijk om heldere voorwaarden te cre?ren in de levering van de advertenties.Wanneer je dat combineert met de doelstelling van de uitgever lijkt het belangrijk om meer relevantie en meer impact te bieden aan adverteerders die daar meer voor willen betalen. In mij optiek wordt er vooral gekeken naar volume en minder naar kwaliteit.Hierdoor ontstaat er een wilgroei aan slecht renderende advertentieposities en daarmee (in de optiek van velen) een neerwaartse spiraal. Wat betreft de opmerking dat merkbouw een exacte wetenschap inmiddels lijkt mij lichtelijk overdreven. Dit impliceert dat iedereen een geweldig merk zou kunnen bouwen met alle voordelen vandien. Er zijn inmiddels wel steeds meer middelen die hierbij kunnen helpen door de resultaten inzichtelijk te maken.

Karel Kolb

En ik snap niet waarom adverteren in RSS-feeds niet opgepikt wordt. De grote mediabureaus & webads achtigen hebben er geen verstand van dus dan is het ook niks? Zonde, een bureau als het onze heeft een jarenlange expertise met RSS en ziet voldoende mogelijkheden om supergericht & tegen marginale kosten de doelgroep te bereiken. Wie durft?

Anne Broekhoven

Geniaal. Zo helder heb ik het zelden gezien.

Tim de Vrind

Ik ben van mening dat "de waarheid" toch iets meer in het midden ligt. De markt voor online branding is niet weg, misschien ligt bij sommige bedrijven de focus iets meer op de korte termijn. Men hoort iets over CPL, direct response affiliate marketing etc… Zolang veel merken/bedrijven niet de toegevoegde waarde kwalitatief meten van hun online inzet en de toegevoegde meerwaarde op hun andere (online) inzet, ontstaan die inzichten (helaas) ook niet.  Je wilt toch immers altijd weten wat het effect is van je mediainzet op zowel kwantitatief (directe verkoop, inschrijvingen nieuwsbrief etc) als op communicatieparameters is (merkwaarde, TOM, aankoopintentie, sympathie en zo verder). Hoe kijken prospects tegen je product aan en wat is het verschil met hen die al klant zijn? We weten dat het relatief makkeijker is om geld te verdienen aan bestaande klanten ipv steeds nieuwe te werven. Ik merk dat daar ondanks de crisis (te) weinig mee gedaan wordt. Via welke kanalen beklijven sommige klanten het beste? Misschien moet je je daar wel op focussen?  Uitgevers kunnen best hun modellen aanpassen en meer proberen met de klanten en bureau's mee te denken. Een goede prijs met een juist resultaat is fair. Maar vaak is voor een eerste x, als nog niet bekend is wat de resultaten ongveer zouden zijn, de drempel hoog om die "dure"cpm tarieven te betalen. Juist omdat alleen naar de korte termijn resultaten wordt gekeken. En dat is een beetje jammer. Ik denk dat de uitgever/exploitant bij herhaalorders wel degelijk een terugkoppeling krijgt over z'n site/titels! Er is dan iig sprake van ene zekere tevredenheid! Want sites zijn er immers genoeg.. Maar hoe gaat de toekomst worden?? Gaan adexchanges de markt bepalen. Ontstaat er straks alleen nog maar online advertising op basis van een veiling model? Of kunnen we nu als slim met bv. retargeting werken en daar van leren? @ karel RSS feeds worden wel degelijk ingezet, maar veel klanten willen er nog niet aan!@ Tjeerd vanuit concurrentieoogpunt zijn veel bedrijven terughoudend in het delen van resultaten waarmee zij lang zijn bezig geweest of tegen hoge (ontwikkel) kosten.@ Paul gelukkig zien we ook steeds meer mogelijkheden tot contentintegratie!

Marko D

Goed verhaal,  Ben het er ook zeker mee eens, probleem is echter dat "site-eigenaren" geen "Maarten Roelofs" in dienst hebben maar een sales afdeling en een bundel redacteuren, die zoveel kosten dat er geen geld is voor technologische ontwikkeling die noodzakelijk is om ook echt te weten wie en wat hun bezoekers zijn en wie en welk product je daaraan moet koppelen om succesvol te zijn. Volgens mij is de markt is geschapen (er is zoals Maarten schets, voldoen aanbod van adverteerders) en de technologische uitdagingen gerealiseerd (retargeting, demografische stat's, etc), Waar het nu nog voor bij de grote uitgevers spaak loopt is dat de kennis niet op de juiste plaats aanwezig is en dat resources niet aangewend willen/kunnen worden om het mogelijk te maken. Om in het vergelijk van Edouard met de boot te blijven "De boot zinkt repareer het gat!" Ik zou zeggen: Nee men repareert het gat niet eens maar hoost enkel water om drijvend te blijven. Uitgevers moeten meer begrip hebben dat om op internet succesvol te zijn (als uitgever) er steeds meer noodzaak is tot het omarmen/enabelen van techniek en niet alleen content en een grote sales afdeling zaligmakend zijn.

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond