Huidige gebeurtenissen hebben ook positieve impact op toekomst onderwijs

Zondag 15 maart besloot het kabinet -vanwege het coronavirus- alle scholen in Nederland te sluiten. Er komt daarmee een ingewikkelde tijd aan voor schoolleiders en docenten. Want wat is er precies nodig om in deze situatie digitaal en online les te geven? ‘Sinds 2015 helpen we docenten om digitaal les te geven, niet alleen in de klas maar ook op afstand. Dat is nu heel actueel geworden,’ aldus Kars Veling, oprichter LessonUp. ‘Scholen zetten versnelde stappen richting digitaal onderwijs: wat er binnen 5 jaar zou gebeuren, voltrekt zich nu in 3 maanden.’

Explosieve stijging

Veling: ‘We zien sinds 15 maart de aantallen scholen en docenten die gebruikmaken van LessonUp explosief stijgen. Tot 2 dagen geleden was online lesgeven en volgen vooral een nice to have, nu is het binnen 24 uur veranderd in een need to have. De gebeurtenissen waar we mee te maken hebben, drukken een grote stempel op de toekomst van het onderwijs.’ LessonUp zet alles op alles om scholen zoveel mogelijk te helpen hun digitale onderwijs vorm te geven, zodat daarmee ook een positieve ontwikkeling wordt gestart.

‘We doen ons uiterste best om deze scholen binnen drie uur live te brengen en stellen ons online platform in ieder geval de komende maand gratis beschikbaar voor alle scholen, schoolleiders en docenten,’ benadrukt Veling.

Digitaal lesgeven: met of zonder videoverbinding

‘Docenten kunnen kiezen hoe ze dit invullen. Ze kunnen putten uit meer dan 245 duizend lessen die beschikbaar zijn in LessonUp, over uiteenlopende onderwerpen, of ze maken hun lessen zelf met de interactieve tooling. Leerlingen kunnen op afstand meedoen met de les, in een 100% veilige omgeving. Docenten zien welke leerlingen aanwezig zijn en welke antwoorden er gegeven worden op de klassikale vragen.

Een ander scenario is, dat leerlingen zelfstandig aan de les werken, in hun eigen tempo. Docenten kunnen hun voortgang monitoren en daar waar nodig ondersteuning bieden. Beide opties zijn zowel voor het basis- en voortgezet onderwijs als voor het middelbaar en hoger onderwijs bruikbaar.