Deel dit artikel
-

Elektronisch stemmen in Nederland op lange baan

Kiezers in de Noord-Engelse steden Liverpool en Sheffield kunnen bij de lokale verkiezingen in mei stemmen via het internet of per textbericht. Dat heeft de regering Blair vrijdag bekend gemaakt. In Nederland stond tot voor kort een vergelijkbare proef op het programma, maar om allerlei redenen wordt er nu 'een pas op de plaats' gemaakt. Wat zijn precies de problemen?

De regering Blair heeft lang moeten nadenken over het al dan niet invoeren van elektronische stemsystemen. Tegenstanders wezen op de gevaren van fraude, zeker nu cybercrime in de gedachte van veel politici oprukt. Niettemin ziet de Engelse overheid zich geconfronteerd met dramatisch gedaalde opkomstpercentages bij verkiezingen. Volgens Robin Cook, fractieleider van Labour in het House of Commons, het Engelse Lagerhuis, moet elektronisch stemmen dan ook vooral jongeren aanspreken. In totaal worden op ruim dertig lokaties in Liverpool en Sheffield proeven gedraaid met 'het virtuele stembureau'. Als de proeven succesvol zijn, volgt mogelijk uitbreiding naar de landelijke verkiezingen.

In Nederland is de overheid nog lang niet zo ver. Het ministerie van Binnenlandse Zaken wilde in 2003 een grootschalige proef starten bij de Provinciale verkiezingen. Vorige week werd bekend dat het experiment voor onbepaalde tijd is afgeblazen. De benodigde techniek zou in 2003 nog niet beschikbaar zijn. Het ging daarbij om een centraal telsysteem en om de beveiliging van alle communicatielijnen.

Niet iedereen is het met de officiële reden eens. "Ik vrees dat het toch een kwestie van koudwatervrees is", zegt Bart Jan Flos. Hij leidt binnen het Electronic-highway Platform Nederland (EPN) een projectgroep die zich bezig hield met elektronisch stemmen. Fraudebestendigheid hoeft volgens hem geen reden te zijn om het experiment niet door te zetten. "Als je kijkt naar traditionele stemmethoden, dan zijn die ook niet honderd procent waterdicht. Wie zich bij een stemlokaal meldt, hoeft nu niet zijn paspoort te laten zien. We kunnen er van uitgaan dat daarmee ook in de offline wereld ruimte voor fraude wordt gelaten", aldus Flos.

Een andere reden waarom de proef is afgeblazen, is het mislukken van de Europese aanbesteding. Er hebben zich acht partijen gemeld, die voor Binnenlandse Zaken wel een stemsysteem wilden opzetten. Zoals minister Klaas de Vries vorige week aan de Tweede Kamer schreef, voldeed niet één offerte aan de vooraf opgelegde eisen. De belangrijkste eis was dat het systeem op de verkiezingsdag een 'absolute beschikbaarheid' moet bieden. Storingen zijn dus uit den boze. Ook garanderen de aangeboden systemen geen absolute vertrouwelijkheid, controleerbaarheid en anonimiteit. Het hoge kostenplaatje, een ander argument van tegenstanders, lijkt voor De Vries geen probleem meer te zijn. Hij gaat er vanuit dat een werkbaar systeem tussen de tien en vijfentwintig miljoen euro zal kosten.

Hoe nu verder? Volgens een woordvoerder van Binnenlandse Zaken staat de proef nog steeds op de politieke agenda. Op kleinere schaal vinden daarnaast nog enkele experimenten plaats. In stadsdeel Amsterdam Oud Zuid bijvoorbeeld, waar een proef draait met elektronische identificatie. Kiesgerechtigden worden via een hand- of irisscan geïdentificeerd, alvorens zij een stem kunnen uitbrengen over 'raadplegende referenda'. Op landelijk niveau is in de woorden van Klaas de Vries vooralsnog een 'adempauze' ingelast. Uiterlijk in juni van dit jaar volgt dan een heroriëntatie over het standpunt.

Deel dit bericht

1 Reactie

Anders Floor

In Nederland wordt al eeuwen gestemd met het handje, dus een paar jaar extra wachten totdat een waterdicht systeem kan worden gegarandeerd lijkt me absoluut geen probleem. Ik ben best voor een rol als koploper maar ik heb de indruk dat elk land nu zijn eigen wiel aan het uitvinden is. Dat is onnodig want het principe van identificatie, controleerbaarheid en beveiliging is goeddeels universeel, dus hetzelfde in Nederland als het is in Amerika, Engeland of Japan. Niet dat Nederland achterover moet gaan leunen, maar de tijdsdruk lijkt me minder hoog dan het EPN wil doen geloven. De opmerking van Bart Jan Flos is een beetje dom. "Fraudebestendigheid hoeft volgens hem geen reden te zijn om het experiment niet door te zetten, want het huidige systeem laat ook ruimte voor fraude". Tsja, als dat de insteek is van het Electronic-highway Platform Nederland mag die organisatie van mij wel worden opgeheven. Fraudebestendigheid dient natuurlijk ten alle tijde de kern van het geheel te zijn. Overigens vallen de beoogde kosten (10-25 miljoen euro) me enorm mee.

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond