‘Gratis geld’ voor internetprojecten over identiteit

Internetsites mogen sinds deze week weer voorstellen indienen om een subsidie te ontvangen in het kader van de regeling Digitale Pioniers. Nieuwe ronde, nieuwe kansen.

Gezocht worden internetprojecten rond het thema ‘identiteit’. Internetgebruikers vertellen massaal aan de wereld wie ze zijn, waar ze zijn en waar ze voor staan. Volgens Digitale Pioniers brengt de komst van deze nieuwe identiteit vragen met zich mee. "Wat gebeurt er met al die persoonlijke gegevens die ik online zet?", "Hoe veilig zijn mijn persoonsgegevens online?". Maar ook: "Hoe kan ik sociale netwerken inzetten voor sociale innovatie?".

Digitale Pioniers is dan ook op zoek naar internetprojecten die op een innovatieve manier op het thema ‘identiteit 2.0′ inspelen. Maatschappelijke innovatieve projecten die weinig met het thema hebben, hoeven niet te wachten op een volgende ronde. Ook zij maken nog kans om een subsidie te ontvangen. Het thema wordt aangeraden, maar is geen harde eis.

De organisatie maakt onderscheidt in content- en softwareprojecten. Voor de eerste groep is er per project maximaal 17.000 euro beschikbaar. In het geval van een softwareproject wordt ten hoogste 32.000 euro subsidie gegeven.

Dit jaar organiseert Digitale Pioniers, een initiatief van Nederland Kennisland, drie rondes. De eerste van deze drie, ronde 15, sluit op 20 juni. Begin augustus krijgen de aanvragers uitslag.

Dit jaar biedt de organisatie voor het eerst advies over software tijdens de aanvraagfase. De organisatie is erg voor het gebruik van open source software, maar merkte dat aanvragers niet altijd wisten welke applicaties of software er beschikbaar zijn. Dit jaar geven experts persoonlijk advies.

De Digitale Pioniers-regeling, financiële en organisatorische ondersteuning aan innovatieve internetinitiatieven van kleinschalige maatschappelijke organisaties, bestaat sinds december 2002. Tot nu toe kregen in 14 rondes 143 internetprojecten steun. De subsidie is afkomstig van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

Bron foto: Jeff Bellmonte (CC)