Deel dit artikel
-

Hoogeveen: BTW-wetgeving schiet doel voorbij

Buitenlandse bedrijven die via internet bepaalde producten of diensten de EU invoeren, moeten straks omzetbelasting gaan betalen. Dat vinden de Europese ministers van financiën, die gisteren hiertoe een wetsvoorstel ondertekenden. Volgens hoogleraar e-commerce Martijn Hoogeveen schiet het voorstel zijn doel voorbij. "Een volstrekte farce! De juiste weg wijst eerder de andere kant op."

Het wetsvoorstel maakt op het oog een einde aan een oneerlijk concurrentievoordeel van buitenlandse bedrijven. Europese bedrijven die via internet producten of diensten aan consumenten leveren, moeten nu BTW betalen. Buitenlandse bedrijven hoeven dit niet, omdat de wet tot nu toe onderscheid maakte tussen import via elektronische en fysieke wegen. Volgens de Commissie raakt het voorstel nog minder dan tien procent van de totale 'online import'. De overige negentig procent wordt immers aan de zakelijke markt geleverd.

Als het Europese Parlement instemt met het voorstel, moeten buitenlandse leveranciers zich voortaan laten registreren in een EU-land naar keuze. Het heeft geen zin om een land als Luxemburg te kiezen, waar een laag BTW-tarief geldt. Het land waar de ontvanger woont is namelijk bepalend voor de hoogte van het tarief. Elk bedrijf moet verplicht een administratie aanleggen zodat de BTW-opbrengsten kunnen terugvloeien van het land van inning naar het land waar het bedrijf geregistreerd is.

Waanzin, vindt Martijn Hoogeveen, hoogleraar e-commerce aan de Open Universiteit. "Wie gaat die administratie controleren? Een douanier in de offline wereld kan nog vrachtlijsten afstrepen, maar er bestaat nog steeds geen online douane", zegt hij. "Het druist tegen alle economische wetten in. Internet is een internationale marktplaats. Daarbinnen vindt veel concentratie en efficiëntieverbetering plaats en nu leg je bedrijven de verplichting op om per afzetmarkt een administratie aan te leggen. Een volstrekte farce!"

Critici binnen de Amerikaanse overheid lijken het eens te zijn met Hoogeveen. Staatssecretaris van Financiën Kenneth Dam wees er op dat Europese leveranciers in de nieuwe situatie bevoordeeld worden. Een Europees bedrijf betaalt staks het BTW-tarief van het land waar het is gevestigd, een Amerikaanse bedrijf betaalt het tarief van het land waar de ontvangers wonen. De Verenigde Staten beschouwen het belastingvoorstel dan ook als een onwenselijk unilateraal besluit.

Hoogeveen voorziet dat veel buitenlandse bedrijven, vooral de Amerikaanse, de problematiek zullen voorkomen door een Europese vestiging op te zetten. "Ik kan me ook voorstellen dat er wat inkomsten betreft een benedengrens wordt gesteld voor het verplicht bijhouden van een administratie. Een bedrijf zal dan zorgen dat zijn activiteiten daaronder zitten door veel kleine bv'tjes op te zetten", aldus Hoogeveen.

Op de keper beschouwd is volgens hem de grensoverschrijdende internethandel gebaat bij vrijhandel. "Internet verkeert nu in zo'n pril stadium. Waarom nu alles al dichttimmeren? Wat mij betreft wijst de juiste weg de andere kant op. Maak ook binnen de EU het handelsverkeer vrij van BTW, net als binnen de VS!" Het BTW-tarief op digitale producten is indertijd ingevoerd om de offline handel te beschermen tegen oneerlijke concurrentie, erkent Hoogeveen. Maar hij vraagt zich af of lokale BTW-wetgeving is te handhaven wanneer er een wereldwijde markt ontstaat.

Deel dit bericht

4 Reacties

Hans Perukel

Deze maatregel lijkt een (krampachtige) poging tot bescherming van de eigen fiscale EU-belangen. De huidige situatie zou immers kunnen leiden tot een massaal aanbod vanuit de Verenigde Staten en derhalve tot het mislopen van BTW-gelden. Deze poging tot protectionisme zal waarschijnlijk schipbreuk leiden. Het probleem zit natuurlijk in de 'global reach' van het Internet, gecombineerd met het ontbreken van 'global tax'. Tot die tijd kan alleen een bronheffing oplossing bieden. Daar zit dan echter weer hetzelfde probleem onder; zolang er maar 1 land is dat weigert mee te doen zal er altijd voordeel zijn voor het bedrijf wat daar gevestigd is. Kortom, er is geen echte oplossing voorhanden. De aangekondigde maatregel zal echter leiden tot 'onderduiking' en achterstand voor alle bedrijven die wel fiscaal correct willen werken.

Rianne ten Veen

Het onderwerp van BTW-heffing bij verkoop langs elektronische weg is inderdaad een heet onderwerp. En samen met de heer Hoogeveen zijn er velen die het EU besluit "waanzin" vinden. Ik ben het met de heer Hoogeveen eens dat het voorstel bij de uitvoering ervan nog wat praktische haken en ogen zal geven. Dit besluit van de EU betekent ook niet het einde van de uitdagingen waar het internet de rechtsregels mee confronteert. Graag zou ik toch ook wat kanttekeningen maken bij de gegeven argumentatie. De Amerikanen hebben het over een competitief nadeel bij het invoeren van de nieuwe regels. Volgens de EU gaat het echter om het wegnemen van een competitief voordeel voor niet EU-leveranciers, het opheffen van het competitief nadeel van EUleveranciers. Een EU-consument zal nu eerder voor een niet EU-leverancier kiezen, want, het product en verdere kosten gelijk zijnd, moet de EU-leverancier er een bedrag aan BTW aan toevoegen (tussen de 15-25%) dat de niet-EU leverancier niet hoeft. Vóór e-commerce bestond dit systeem ook al, maar toen leidde het niet tot een competitief nadeel voor EU leveranciers, want wilden EU consumenten geen BTW betalen, dan moesten ze het fysiek buiten de EU ophalen. Die enkele boeken en software pakketten die toeristen kochten, was verwaarloosbaar. Hieronder nu wat directere reacties op het artikel: "Buitenlandse bedrijven die via internet bepaalde producten of diensten de EU invoeren, moeten straks omzetbelasting gaan betalen."Dit is onjuist: het zullen de consumenten zijn die het betalen; de niet-EU bedrijven zullen na invoering van de richtlijn (net als nu al EU-bedrijven!) als tussenpersoon in de BTW administratie een taak hebben. "omdat de wet tot nu toe onderscheid maakte tussen import via elektronische en fysieke wegen."Er was juist geen echt onderscheid tussen elektronisch of niet, elektronische handel kwam niet voor, zeker niet aan consumenten. Nu het wel mogelijk is om online te bestellen en het voor consumenten net zo makkelijk is in de VS te bestellen als bij de winkel om de hoek, zal hij snel zien dat het elektronisch in de VS bestellen veelal goedkoper is. De richtlijn wordt dus aangepast in die zin dat de lokatie van de consumptie belangrijk wordt en niet langer de lokatie van de leverancier. "Wie gaat die administratie controleren? Een douanier in de offline wereld kan nog vrachtlijsten afstrepen, maar er bestaat nog steeds geen online douane"De nieuwe regels zullen inderdaad nooit door iedereen nageleefd worden, net als geen enkele andere regel door allen en iedereen strict wordt nageleefd. Spelers die zich echter in de EU willen profileren bij de consumenten, zullen dat ook (ongewild) doen bij de BTW-administratie; controle van de administratie en afhandeling van de formaliteiten zal vervolgens zo veel mogelijk elektronisch gebeuren. "Het druist tegen alle economische wetten in."De stellingname van de EU is juist dat de nieuwe regels in lijn zijn met de economische wetten: eerlijke concurrentie (level-playing field), dus moeten voor allen dezelfde (spel)regels gelden, iedere leverancier aan een consument moet binnen de EU BTW heffen. Geen nadeel meer voor de EU-leveranciers binnen de EU.  "Ik kan me ook voorstellen dat er wat inkomsten betreft een benedengrens wordt gesteld voor het verplicht bijhouden van een administratie."In het oorspronkelijke voorstel had de Commissie een drempel van 100.000 euro omzet in de EU door B2C voorgesteld, waarboven de administratie gehouden moet worden. Het parlement heeft tijdens haar eerste lezing gepleit voor een verlaging van die drempel tot 40.000 euro in de EU door B2C, om het concurrentieel voordeel van niet-EU leveranciers in de EU zoveel mogelijk te beperken. "Maak ook binnen de EU het handelsverkeer vrij van BTW, net als binnen de VS"Op federaal niveau is er in de VS inderdaad sprake van een 'moratorium' op belasting van internettransacties. Echter, meerdere Staten hebben wel lokale heffingen, over complexe administratie gesproken! De heer Perukel reageert met de opmerking dat "Deze maatregel lijkt een (krampachtige) poging tot bescherming van de eigen fiscale EU-belangen". Voor EU Lidstaten zijn BTW inkomsten inderdaad belangrijk (soms tot 25% van nationale inkomsten, waar met name de sociale zekerheid van de welvaartsstaten van wordt onderhouden), maar zoals ik hierboven heb geprobeerd aan te geven, staat ook de opkomst en opleving van Europese e-commerce op het spel.

martijn hoogeveen

Reacties op Rianne:- Inderdaad wordt een competitief voordeel voor VS-leveranciers weggenomen. Maar hier komt het competitieve nadeel bij dat -als ik het goed begrepen heb- per land een BTW-administratie gevoerd moet worden. EU-bedrijven hoeven binnen de EU slechts 1 BTW-tarief te voeren richting consumenten.- Ik denk dat de beschrijving van de journalist dat "buitenlandse bedrijven BTW moeten betalen" (ergo afdragen), dus juist is. Zie ook je eigen beschrijving.- Level playing field vs Economische wetten…. Internet is 1 markt. De Eu-landen benaderen het probleem vanuit hun fysieke geografie. Dat is strijdig en achterhaald.Jammer dat Rianne dat laatste gegeven niet goed adresseert. Het is ook jammer dat de basisgedachte binnen de EU vooral lijkt te zijn: de bescherming van de BTW-inkomsten van lidstaten. Wanneer internet een tax free zone is, stimuleert dat B2C ecommerce natuurlijk veel sterker. Meer filosofisch kun je je ook afvragen wat de natiestaten (of de EU) feitelijk nog voor waarde toevoegen aan een internettransactie dat ze menen daarover belasting te kunnen heffen.

radja

Internet is 1 markt. De Eu-landen benaderen het probleem vanuit hun fysieke geografie. Dat is strijdig en achterhaald. Internet is helemaal geen markt: internet is een medium. vergelijk:-invoer van spul over de weg.-invoer van spul per vliegtuig.-invoer van spul over een netwerk.

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond