Deel dit artikel
-

Open brief aan Minister Zalm over BTW-vrijstelling online services

Geachte heer Zalm,

Zoals u ongetwijfeld weet geldt in de VS een BTW-vrijstelling voor online services. U heeft dit in 1999 gedeeltelijk overgenomen door een voorlopige BTW-vrijstelling op digitale producten (waaronder u volgens de berichtgeving verstaat, zaken als digitale muziek, tekst of video) in te voeren. Omdat internet een wereldmarkt is en de huidige concurrentieverstoring Nederlandse online service
providers benadeelt, verzoeken wij u om snel tot verbreding van de (voorlopige) fiscale vrijstelling te komen door niet alleen digitale producten maar alle pure online diensten hieronder te laten vallen. In ons geval betreft het bijvoorbeeld de MyTrade-dienstverlening, waarbij bedrijven, maar ook particulieren, online een webwinkel op internet kunnen inrichten. Het is dienstverlening die rechtstreeks op de eindgebruikersmarkt moet kunnen concurreren met vergelijkbare shop hosting-diensten uit met name de VS.

Toegepast op MyTrade wil ik de volgende argumentatie aanvoeren voor het oprekken van de vrijstelling en opheffen van de huidige fiscale BTW-verwarring:

1) Het is een online service en deze bestaat net als een digitaal product volledig uit bits & bytes. Hier komt verder geen fysieke mensenhand aan te pas.

2) Er is in de MyTrade.nl case ook volgens traditionele regels geen enkele grondslag voor BTW-heffing, omdat er a) geen sprake is van een fysieke inrichting in Nederland, b) het management
van deze nieuwe dienst plaatsvindt door ons internationale ecommerce Team buiten Nederland,
c) de dienst genoten wordt op een willekeurige plaats in de internationale ruimte van internet, d) er geen lokaal verkoopkantoor is, want de verkoop van de digitale dienst vindt volledig geautomatiseerd via de internationale internet site plaats.

3) Markttechnisch is het onhoudbaar wanneer Nederlandse online service providers wel BTW moeten rekenen aan eindgebruikers, terwijl vergelijkbare dienstverleners uit de VS dat niet hoeven te doen.

4) Net zoals online informatie-overdracht is BTW-heffing over pure internetdiensten vanuit fiscaal
oogpunt volstrekt niet controleerbaar, omdat alles volledig digitaal en via internet verloopt zonder
tussenkomst van een lokale intermediair.

Zolang er geen heldere beleidsuitspraak is, zullen we de MyTrade-dienstverlening in Nederland tot nader beraad volledig gratis aan winkeliers aanbieden. Opdat we niet geconfronteerd zullen worden met eventuele fiscale naheffingen. We vragen deze duidelijkheid vooraf omdat we vinden dat de ontwikkeling van ecommerce in Nederland er bij gebaat is dat er zo snel mogelijk een kristalhelder en internationaal concurrerend fiscaal vrijstellingsbeleid komt, dat niet meer achter loopt op het beleid zoals gepraktiseerd in de VS. Wij zijn er stellig van overtuigd dat zulke duidelijke kaders de welvaart en concurrentiepositie van de Nederlandse internet- en ecommerce-markt een zeer grote impuls zullen geven in de huidige kwetsbare groeifase van de internetmarkt.

Met vriendelijke groet,

Prof. Dr. Martijn Hoogeveen
Hoogleraar Multimedia/Ecommerce
Algemeen Directeur Take it Now BV

Deel dit bericht

10 Reacties

Joost Becking

Ik mis de inhoudelijke argumenten. Ik begrijp de opmerkingen over scheve concurrentie, maar waarom moeten online services worden vrijgesteld? Wat is er zo bijzonder aan handel via Internet dat het fiscale voordelen moet genieten? Handel is handel volgens mij en als je het van de fiscale voordelen moet hebben, is je handel niet goed.

arjan

Ik weet niet veel van economische termen, maar BTW staat voor Bruto Toegevoegde Waarde. Dat moet zelfs een Dr Prof weten. Argumenteren dat MyTrade (en andere online services) BTW vrij moeten zijn, is dus zeggen dat online services geen toegevoegde waarde leveren. Het web is geen vrolijke, vrijblijvende speeltuin meer. Hier worden keiharde dollars verdiend.Of is het zo slecht met de dotcom wereld gesteld dat ze gesubsidieerd moet worden?

Arjan_C

Je zou haast denken dat de reactie van mijn naamgenoot een grapje is, maar ik denk dat hij werkelijk gewoon niet veel van "economische termen" weet. Het gaat hier namelijk om "Belasting Toegevoegde Waarde" ook wel bekend als "Omzetbelasting". In het buitenland: Value-Added-Tax, Sales Tax enz.

Martijn

BTW is inderdaad Belasting op Toegevoegde Waarde. Inhoudelijke argumenten zijn, samengevat:1. Scheve concurrentieverhoudingen met grootste ecommercemarkt in de wereld: de VS2. Internet is grenzenloos3. Bevordering prille ecommercemarkt in Nederland4. Is er wel een (redelijke) grondslag aanwezig voor BTW-heffing?

Rene Scholte

Globalisering is een toverwoord maar het product dat mijn Internetbedrijf maakt wordt zwaar belast, als ik alleen al naar Spanje kijk (toch ook EU) gaat het daar veel makkelijker. Ik onderzoek dan ook serieus om dezelfde diensten aan dezelfde markt aan te gaan bieden maar dan vanuit een ander land.Gezien de afbreuk van ons sociale stelsel en de deplorabele toestand van de zorg en het onderwijs maak ik me wat dat betreft ook niet meer zoveel zorgen. Voorbeeld: veel software wordt ontwikkeld in Oost-Europa, kosten? Een derde van wat het hier kost, zijn gewoon Nederlanders die daar de boel runnen. Dat komt straks ook bij Europa? Ons product wordt ook via de VS verkocht aan Nederlandse bedrijven, goedkoper dan dat wij het hier aan kunnen bieden. Nederland pretendeert wel een ondernemersklimaat te willen scheppen maar als je een Internetproduct hebt betaal je je alleen al aan BTW blauw, je maakt immers een eindproduct van wat aan je eigen geest is ontsproten. Zo wordt het toch nooit wat hier. Vraag me wel eens af waar al dat geld blijft, staatsschuldsanering betekent minder investeren in de toekomst en die toekomst heet Internet. O.a. bedrijven dus zoals wij maar de lol gaat er nu al af.

Hans Perukel

Beste Martijn,je schrijft in je open brief aan minster Zalm o.a. "U heeft dit in 1999 gedeeltelijk overgenomen door een voorlopige BTW-vrijstelling op digitale producten (waaronder u volgens de berichtgeving verstaat, zaken als digitale muziek, tekst of video) in te voeren." Dit is (helaas) niet waar. Op de site van het ministerie van Financieen vind je de gedachten van de minster over {dit onderwerp; http://www.minfin.nl/nl/fiscaalbeleid/internetnota/internet.htm } maar helaas komt de minister niet verder dan een beschrijving welke soort BTW voor welke produkten/diensten moet worden betaald. Er is geen sprake dat er een uitzonderingspositie is voor produkten en/of diensten die via het Internet geleverd worden. Wel is het duidelijk geworden dat de Internet-ondernemer rekening moet houden met maar liefst 16 verschillende BTW-heffingen. Het is immers mogelijk dat er per EU-land apart BTW moet worden afgedragen.Nu is het zo dat de Belastingdienst zich alleen bezig houdt met de Nederlandse BTW. Vandaar dat de gemiddelde Internet-ondernemer nu nog wegkomt met het niet afdragen van buitenlandse BTW. Er zijn echter al gevallen bekend van grotere bedrijven die opeens met schrikbarende heffingen (en bijbehorende boetes) werden geconfronteerd. En denk nu niet, dat zien we dan weer wel. Want dan kan je vakantie in bv Spanje opeens iets langer gaan duren dan je had gedacht…. Hans Perukelconsultant

Martijn Hoogeveen

Hmm.. als de aangekondigde gedeeltelijke vrijstelling in NL door Zalm nooit is geimplementeerd, staan de zaken er nog wat droeviger voor dan ik dacht.Ondertussen heeft de grootste economie van de wereld goed begrepen hoe ze haar leidende positie moet gaan uitbouwen: In emerce: Vrijdag, 29 Juni 2001 – VS-commissie wil belasting van downloads halen Een Amerikaanse overheidscommissie overweegt een wetsvoorstel waarbij over niet-fysieke goederen geen belasting betaald hoeft te worden.Daarbij gaat het ondermeer om muziek en software. Nu mogen (lokale) Amerikaanse staten alleen belasting heffen indien het bewuste bedrijf een fysieke vestiging heeft in de staat. http://www.emerce.nl/archives/nieuws/Regelgeving/12674.html

Martijn Hoogeveen

De link van Hans Perukel refereert naar een nota uit 1998, terwijl de beleidsuitspraken van de Minister in 1999 gedaan zijn in de pers.

Bas de Koning

In de EU wordt nu al een tijdje geworsteld met BTW heffing op internet diensten. Een definitieve oplossing is er (nog steeds) niet, maar komt steeds dichterbij. Naar mijn mening is BTW heffing op internet diensten onoverkomelijk, aangezien de BTW een heffing op consumptie is. Het is niet meer dan redelijk dan dat de consumptie van internet diensten wordt belast in het land waar de diensten ook werkelijk worden afgenomen. Natuurlijk blijft het de vraag waar dit dan zou moeten zijn: het land waar de consument de dienst download? het land waar de dienstverrichter woont of is gevestigd? het land waar de server staat waar de website van de dienstverrichter op staat? of ergens anders? Het is logisch dat Zalm zoveel mogelijk het eerste standpunt zal bepleiten, aangezien daarmee de Nederlandse staatskas het meest is gediend. De vraag hoe de minister dit wil controleren blijft nog steeds onopgelost. Martijn: Let niet alleen op wat Zalm roept en schrijft, maar ook op de ontwikkelingen binnen de EU.Hans: Er zijn op dit moment maar 15 EU lidstaten die de Europese BTW regels in hun eigen nationale wetgeving hebben geimplementeerd. Een (internet-)bedrijf dat in de EU zaken doet, moet dus rekening houden met 'slechts' 15 BTW wetgevingen.

Hans Perukel

aantal eu-landen: 15. Je hebt gelijk. Voor de liefhebber hieronder de officiele richtlijnen inzake Internet-BTW heffingen. Let wel; van 1998 maar de regels gelden tot op de dag van vandaag.  ——DIRECTIE VERBRUIKSBELASTINGENAan:Vakgroepcoördinatoren omzetbelastingPortefeuillehouder omzetbelastingBelastingtelefoon voor ondernemersBelastingdienst/Centrum voor Kennis en Communicatie Uw brief van/kenmerk Ons kenmerk Den Haag????? VB 98/1785 14 augustus 1998OnderwerpHeffing van omzetbelasting met betrekking tot activiteiten op het Internet. Inlichtingen: drs. G.F.J. van der Corput · Telefoon: 070-342 8883 · Fax: 070-342 7936 · Postbus 20201, 2500 EE Den HaagBezoekadres: Korte Voorhout 7, Den Haag Vooruitlopend op opneming in het boekwerk Omzetbelasting 1968 zend ik u de tekst van het besluit van 14 augustus 1998, nr. VB 98/1785, Mededeling 57, inzake Internetprestaties. Volledigheidshalve heb ik een afschrift van de Kamervragen, waarnaar in de Mededeling verwezen wordt, met de daarop gegeven antwoorden bijgevoegd. Ik teken hierbij aan dat het huidige BTW-regime niet altijd een bevredigende uitkomst biedt voor prestaties die via het Internet worden verricht. De Europese Commissie onderzoekt dan ook op welke wijze de Zesde Richtlijn in dit verband moet worden gewijzigd. Gelet op de omstandigheid dat de afnemers van de Internetprestaties veelal particulieren zijn, is het vinden van een bevredigende èn werkbare oplossing geen eenvoudige zaak. Tot de inwerkingtreding van een nieuw BTW-regime, zal de BTW-heffing op grond van de huidige regels moeten plaatsvinden. Een interpretatie van de huidige regels die weliswaar recht doet aan het subjectieve uitgangspunt dat consumptie binnen de EU met een Europese BTW behoort te worden belast, maar die niet strookt met de wijze waarop dit uitgangspunt in de Richtlijn juridisch is vormgegeven, is niet aan te bevelen. Gelet op de vaak strikt juridische wijze waarop met name de Hoge Raad fiscale zaken benadert, kan niet worden verwacht dat extensieve, doelgerichte interpretaties van Wet en Richtlijn door de rechter zullen worden gevolgd. Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN,namens deze,DE DIRECTEUR VERBRUIKSBELASTINGEN, (loco)  mr. H.A. Wagenaar1. MEDEDELING 57. Heffing van omzetbelasting ten aanzien van Internetprestaties  DIRECTIE VERBRUIKSBELASTINGEN  HEFFING VAN OMZETBELASTING TEN AANZIEN VAN INTERNETPRESTATIES  Besluit van 14 augustus 1998, nr. VB 98/1785 1.0.1. 1. Inleiding  De problematiek inzake de heffing van omzetbelasting met betrekking tot prestaties die over het Internet worden verricht, is aan de orde geweest bij de beantwoording (brief van 19 mei 1998, nr. VB 98/878) van de door de Kamerleden De Vries en Voûte-Droste daarover gestelde vragen. Ter toelichting op deze antwoorden wordt het volgende opgemerkt. 1.0.2. 2. Downloaden van bestanden, virtuele goederen  Bij de inwerkingtreding van de "BTW-overgangsregeling" (Richtlijn 91/680/EEG van 16 december 1991) hebben de Raad en de Commissie verklaard dat de maatstaf van heffing bij de invoer van software moet worden bepaald overeenkomstig de door het BTW-Comité tijdens zijn 30e vergadering vastgestelde richtsnoeren. Het begrip "invoer" moet in dit verband niet strikt juridisch worden opgevat; het gaat hier in feite om de grensoverschrijdende terbeschikkingstelling van software.  In de 30e vergadering van het BTW-Comité is weliswaar gesproken over de fiscale behandeling van software, maar een oriëntatie werd bij die gelegenheid niet vastgesteld. Een op deze aangelegenheid betrekking hebbende oriëntatie werd wèl in de 38e vergadering vastgesteld; aangenomen moet worden dat in de verklaring van de Raad en de Commissie op deze laatste oriëntatie wordt gedoeld.  De oriëntatie van het BTW-Comité inzake de fiscale behandeling van software houdt onder meer het volgende in.  Na een omschrijving van het begrip "standaardsoftware" (software wordt onderverdeeld in standaard- en specifieke software) volgt:  "De overdracht van standaardsoftware wordt niet beschouwd als de levering van goederen als:  – de overdracht van het recht om als eigenaar over het goed te beschikken niet kan worden vastgesteld; – de goederen niet tastbaar zijn doordat er geen gegevensdrager is of wanneer het onderwerp van het contract de overdracht van copyright inhoudt."  De belastingheffing met betrekking tot specifieke software wordt in de oriëntatie (onder verwijzing naar bepalingen van de Zesde Richtlijn) als volgt uitgewerkt.  "ii) In geval van specifieke software is sprake van de invoer van de fysieke gegevensdrager en de verrichting van een dienst (de overdracht van gegevens). Wanneer de afnemer een ondernemer is, wordt de gegevensdrager behandeld als ondergeschikt aan de overdracht van de gegevens en beide elementen van de dienst worden belast in de Lid-Staat van de afnemer als één enkele dienst overeenkomstig de criteria die zijn vervat in het derde gedachtestreepje van artikel 9, lid 2, onderdeel e. Om dubbele belastingheffing te voorkomen, wordt de fysieke gegevensdrager niet belast bij invoer.  iii) De aankoop in een andere Lid-Staat van specifieke software door niet-ondernemers wordt niet belast in de Lid-Staat van de afnemer, omdat de dienst op grond van artikel 9, lid 1, onderworpen is aan de belasting in de Lid-Staat van de leverancier.  iv) De aankoop in derde-landen van specifieke software door niet-ondernemers behoort te worden behandeld als een dienst die gebruikt wordt in de Lid-Staat-van-consumptie door toepassing van artikel 9, lid 3, onderdeel b, en die dienovereenkomstig aldaar aan belastingheffing wordt onderworpen. Uit praktische overwegingen kan deze dienst, in plaats daarvan, worden behandeld als de invoer van goederen, maar de gehele in rekening gebrachte waarde (drager plus gegevens) moet in de maatstaf van heffing worden opgenomen."  Hoewel deze oriëntatie in eerste instantie betrekking heeft op elektronische informatie (bestanden) op fysieke gegevensdragers, omvat de definitie van specifieke software, naast de software die naar de wensen van een individuele afnemer ontwikkeld is, ook de terbeschikkingstelling van elektronische informatie (standaardsoftware) die niet op een fysieke gegevensdrager is vastgelegd. "Standaardproducten zijn, aldus de oriëntatie, in tegenstelling tot specifieke software, producten die op grote schaal worden voortgebracht en die vrijelijk beschikbaar zijn voor het publiek en door hen zelfstandig kunnen worden gebruikt, na installatie en een beperkte standaardtraining, om dezelfde toepassingen of functies uit te voeren. Zij bestaan uit een samenhangend pakket van programma's en andere materialen en omvatten vaak dienstverlening in de vorm van installatie, training en onderhoud. Software voor privé-computers en spelletjespakketten vallen onder deze categorie. Ook in deze categorie vallen standaardpakketten die op initiatief van de leverancier worden aangevuld met beveiligings- en dergelijke voorzieningen."

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond