The Guardian met minder en betere online reclames

De Engelse krant The Guardian voert een nieuw beleid waarbij het minder maar betere online reclames wil tonen. Het publiek wordt minder verveeld, maar bovendien moet het op langere duur tot betere resultaten leiden voor adverteerders.

Sinds deze week vecht de uitgeverij meer om de merkbudgetten van grote adverteerders. De zakken met performancegeld komen makkelijk binnenstromen, maar zijn ook juist de bron van alle irritaties die consumenten ertoe aanzetten om adblockers te installeren.

Bij de presentatie van Guardian Prime eerder deze week zei commercieel directeur Nick Hewat dat met zijn kleine inventory een premium alternatief te pitchen voor een wereld met onbeperkte hoeveelheden beschikbare reclameruimte. Hij zegt reclame nodig te hebben op zijn site, maar niet koste wat kost.

Prime is een crossplatform premium aanbod dat alle online en offline kanalen combineert, voor adverteerders een simpele en overzichtelijke manier om ruimte in te kopen. Dat omvat responsive video, twee naast elkaar gelegen pagina’s in de krant, en Guardians Response+ programmatic platform. Met technologie van Integral Ad Science worden de reclameviews voor honderd procent gegarandeerd.

De discussies tussen de verkoopteams van The Guardian en adverteerders gaan nu vooral om zaken als aandacht, context en strategie om merken te bouwen.

Daarnaast bestaat er nog het zogeheten Guardian Labs, een plek waar nieuwe vormen van contentmarketing worden bedacht en uitgeprobeerd. Opperhoofd Anna Watkins zegt een nieuw format te testen, een combinatie van mobiel en video, dat twintig keer beter scoort qua engagement dan vergelijkbare ‘traditionele’ formats. Details wilde ze nog niet geven tijdens de IAB Upfront-bijeenkomst.

Foto: pete (cc)