Ario investeert 1,2 miljoen euro in veiliger wegtransport

34,4% van de ongevallen met vrachtwagens zijn te wijten aan vermoeidheid en de daarbij horende verminderde aandacht van de chauffeur. De financiële gevolgen van ongevallen met dergelijke zware voertuigen zijn niet min, om nog maar te zwijgen over de maatschappelijke kost en het menselijk leed bij bijvoorbeeld busongevallen. Met een solide achtergrond in de wereld van bustransport gingen Thomas Dietvorst en Jelle Van Winckel vier jaar geleden aan de slag om een vermoeidheidssensor te ontwikkelen. Het resultaat is een plug & play systeem dat de micro-stuur-correcties die de chauffeur maakt analyseert, en een audiovisueel signaal geeft als vermoeidheid problematisch dreigt te worden. Vandaag rijden al een 200tal voertuigen rond met Ario detectie en die hebben samen meer dan 1,5 miljoen kilometer afgelegd zonder ongevallen.

Er is dus duidelijk interesse van de markt in dit soort oplossingen. Meer nog, bij busbouwer Van Hool staat een Ario systeem vast op de optielijst en ook Volvo biedt het systeem aan. Met ongeveer 300 000 bussen en zo maar eventjes 35 miljoen vrachtwagens op de Europese wegen is het marktpotentieel dus ruim voorzien.

De logische volgende stap is dan ook het opschalen van de productie. Vandaag gebeurt die nog aan de hand van 3D geprinte onderdelen maar de installatie staat nu dermate op punt dat massaproductie opgestart kan worden. Om het product breed in de markt te zetten zal zeker marketing ondersteuning nodig zijn en dat is één van de redenen waarom het Ario team de voorkeur gaf aan het ‘seed fund’ The CoFoundry, als partner om deze kapitaalronde te trekken. Het Antwerpse investeringsfonds en accelerator staat in voor 200 000 euro van de 350 000 in totaal. Naast de financiële inbreng is het vooral de know-how op vlak van marketing, technologie en ondernemen en het netwerk die The CoFoundry aan tafel kan brengen waar Ario op rekent.

De missie van Ario is wegtransport veiliger maken. Ze doen dat op een manier die zonder veel moeite te integreren is in alle zware voertuigen en dat tegen een zeer redelijke kostprijs. Detectie van vermoeidheid moet snel gebeuren, dus zonder dat het systeem minutenlang moet kalibreren wanneer er een nieuwe bestuurder is ingestapt. En omdat veiligheid meer inhoudt dan detectie op in slaap vallen, kijkt Ario verder. Zo is het systeem gebouwd om te integreren met bestaande track & trace systemen zoals dat van The CoFoundry partner Suivo. “Big data, artificiële intelligentie en integratie met andere slimme systemen openen allerhande perspectieven voor nog meer verkeersveiligheid in de toekomst. Zo zouden de eerder arbitraire regels rond rij- en rusttijden op termijn afgeschaft kunnen worden als de planning en routing van chauffeurs dynamisch aangepast kunnen worden rekening houdend met de vermoeidheid van de bestuurder.” zegt Thomas Dietvorst van Ario.

Wie denkt aan de toekomst van wegtransport kan vandaag niet rond zelfrijdende voertuigen. Daar zien de jongens van Ario geen concurrent in op korte termijn. “Het duurt om te beginnen nog wel een tijdje eer we echt autonoom rijdende vrachtwagens op de weg zullen hebben op grote schaal.” zegt Jelle Van Winckel. “In wegtransport, en al zeker bij personenvervoer, zal er trouwens altijd een begeleider aanwezig zijn die het stuur kan overnemen en om voor andere logistieke taken te zorgen. Als zo’n begeleider na een half uurtje krant lezen terug achter het stuur kruipt, is die vermoeider dan ervoor en is onze detectie belangrijker dan ooit” aldus Van Winckel.

Ario koos met The CoFoundry voor een financiële partner die verder kijkt dan het financiële plaatje. Het team helpt ons nu al met technische integratie vraagstukken en met het communicatieplan. Dankzij de connectie met De Cronos Groep liggen mogelijke partners en klanten binnen handbereik. Thomas Dietvorst: “Wij hebben een lange termijn visie en The CoFoundry heeft dat ook. Dat zorgde spontaan voor een match.”

Wat me internationale groei? Het is duidelijk de bedoeling om op termijn wereldwijd te groeien. Het product, zowel het fysieke deel als de software, is daarop ook gebouwd. “We zouden in principe morgen in de VS kunnen lanceren, maar we geven de voorkeur aan onze Europese thuismarkt om de eerste stappen te zetten en een soliede basis uit te bouwen. Daarna staan de landen met extreem lange afstanden zoals de VS en Australië op het programma, daar staan ze te springen voor onze oplossing.” zegt Thomas Dietvorst tenslotte.