Industry Wire

Geplaatst door Vrendle

Twintig zorginstellingen bundelen krachten in VR-platform Vrendle

Op dinsdag 11 oktober vindt in Steenwijk de aftrap van Vrendle plaats. Twintig zorggroepen komen samen om het online Virtual Reality platform voor de geestelijke gezondheidszorg officieel te lanceren. De zorggroepen zijn Founding Fathers, partners die intensief betrokken zijn bij de ontwikkeling van het platform en de aangeboden VR-therapieën.

Een miljoen Nederlanders kampen met angststoornissen. Dit percentage stijgt naar verwachting met nog eens 20 procent de komende jaren. Angststoornissen vallen onder één van de vijf meest voorkomende ziektelasten in Nederland. Behandeling kost jaarlijks meer dan 600 miljoen euro. Een bedrag dat los staat van de maatschappelijke kosten.

Vrendle is een initiatief van het in Leeuwarden gevestigde Coolminds dat ruime ervaring heeft in de zorg. Het platform omvat onder meer een bibliotheek met 360 graden video’s. Deze zijn geschikt voor de behandeling van angststoornissen en empathietraining. Naast pleinvrees zijn er inmiddels therapieën ontwikkeld met als thema angst voor de dokter, tandarts, lift, bus en supermarkt. Meer therapieën volgen.

Gebruik van VR-therapieën kan ertoe bijdragen dat een behandeling met 30 tot 40 procent kan worden ingekort. Het gaat om mensen die sociaal geïsoleerd raken, de straat niet meer op durven of moeilijk functioneren. Het inkorten van de behandelperiode betekent belangrijke tijdwinst voor de patiënt.

Virtual Reality exposure therapie, oftewel VRET, is niet nieuw. Het is een bewezen effectieve behandelmethode voor cliënten met angststoornissen (Universiteit van Amsterdam, 2012). Dankzij de enorme ontwikkeling van 360 graden film en de ontwikkeling van geschikte VR brillen zijn VR behandelingen nu betaalbaar geworden en komen zo binnen het bereik van de brede zorg.

Ons doel is om patiënten met angsten, die hun dagelijkse leven beïnvloeden, weer te laten genieten van het leven.

Dit artikel is een ingezonden bericht en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.

Deel dit bericht