Industry Wire

Geplaatst door HvA

Geen sociale media voor kinderen onder de 15: dit zeggen experts

Het demissionair kabinet raadt het gebruik van sociale media onder kinderen jonger dan vijftien jaar af, zo is deze week bekend geworden. Het advies staat in de nieuwe richtlijn voor gezond schermgebruik. Drie experts van de Hogeschool van Amsterdam reageerden eerder op de vraag of een verbod op sociale media onder de 15 jaar, zoals in Australië, zin heeft.

“Verbod op basisschoolleeftijd heeft zin”
Stijn Sieckelinck, lector Youth Spot aan de HvA, ziet de gevolgen van socialmedia-gebruik dagelijks langskomen in zijn vakgebied, en is dan ook voorstander van een leeftijdsgrens. “Hoe jongeren omgaan met sociale media is een hersenbreker geworden voor alle pedagogische domeinen. De verleidingen, verslavingen en conflicten die ermee gepaard gaan, leiden tot noodkreten van docenten en meer stress onder ouders. Maar leerlingen en jongeren ervaren ook zelf zorgen hierover, die zij duidelijk uitspreken.”
Stijn Sieckelinck, lector Youth Spot

Geen dag te vroeg

Zo’n maatregel kan dus zeker helpen, denkt Sieckelinck. “Het verbod op smartphones in de klas voor scholen was ook hard nodig; dit kwam geen dag te vroeg.”
Als het om de gevolgen van socialemedia-gebruik gaat, is het wel belangrijk om niet alle jongeren en leeftijden over een kam te scheren, benadrukt Sieckelinck. “Een algeheel verbod op sociale media voor basisschoolkinderen heeft zéker zin. Alleen al omdat de verharding online totaal ongeschikt is voor jonge tieners.

Vanaf het voortgezet onderwijs lijkt het het meest wenselijk dat de stem van leerlingen wordt meegewogen bij socialmediagebruik, zoals bij de huidige wetgeving rond telefoons op scholen.”
Verschil in effect op jongens en meisjes
Ook blijft het belangrijk om oog te houden voor het verschil in effect van sociale media op jongens en meisjes. “In grote lijnen: jongens laten hun overtuigingen te veel bepalen door desinformatie, dus die wil je waakzamer maken voor misleiding en extremistische beïnvloeding.

Meiden nemen elkaar te veel de maat op allerlei apps, waardoor ze mentale klachten ontwikkelen. Zij zouden geholpen zijn met meer mogelijkheden voor fysieke ontmoeting.”
Online beter te bereiken

Sieckelinck ziet verder dat jongeren beter leren omgaan met sociale media, als begeleiders goed op hun digitale leefwereld afstemmen. “De paradox: soms lukt het alleen online om deze doelgroep te overtuigen om wat vaker naar buiten te gaan.”

“Geen verbod, wel techbedrijven dwingen”
Esther Hammelburg, media-onderzoeker aan de HvA, denkt dat een verbod op sociale media voor kinderen onder de 15 niet de juiste maatregel is. “Ik denk dat sociale media in hun huidige vorm best een probleem vormen, maar een verbod is in mijn ogen niet de juiste vorm om hierop in te grijpen. De verantwoordelijkheid komt dan te veel bij de gebruikers en ouders te liggen, terwijl de grote tech-bedrijven achter deze platforms een veel grotere hand hebben in het probleem.
Ook heb ik grote vragen over de uitvoering – wie gaat dit handhaven? Volgens mij kunnen de tech-bedrijven achter deze platforms best gedwongen worden om meer te doen. Dan leg je de verantwoordelijkheid tenminste waar die hoort. We hebben in Europa de Digital Services Act die veelbelovend is, maar daar mag best een tandje bij.”

Media-onderzoeker en hoofddocent Esther Hammelburg

Ook waardevolle kanten
“Daarnaast vind ik een verbod te ingrijpend, omdat sociale media voor veel jongeren ook waardevolle kanten hebben. Bovendien is het goed om ervaring ermee op te doen, en er op een gezonde manier mee te leren omgaan.

Gezond eten leer je ook niet door suiker te verbieden. Maar kinderen en jongeren moeten hier wel in worden begeleid en de overheid kan hierin sturen, bijvoorbeeld door winkels te dwingen om snoep niet op ooghoogte van kinderen te leggen, producenten te binden aan richtlijnen voor toegevoegde suikers en ouders voor te lichten over gezond eten.
Met sturing en voorlichting bereik je denk ik meer. Telefoons op school in een kluis doen, vind ik bijvoorbeeld een verstandige beslissing: zo help je jongeren om hiermee om te gaan. Er ligt trouwens niet alleen een rol voor de overheid, maar ook voor ouders, scholen en opvoedinstanties om hierin bij te sturen.”

Investeer in alternatieven
“Wat écht op grote schaal zou helpen, is als sociale media-platforms niet ingericht zijn op winst maken. De commerciële basis onder deze platforms is het probleem, want het verdienmodel draait om content die veel engagement krijgt. Posts die conflicten, ruzie en polariteit aanjagen worden bevoordeeld in algoritme en ranking.

Het ‘stille midden’ krijgt daardoor minder ruimte en zichtbaarheid op deze platforms. Daar komt bij dat onze gegevens vaak verhandeld worden, en onduidelijk is hoe het zit met onze privacy.

Daarom is het essentieel om alternatieve platforms te steunen, bijvoorbeeld door als overheidsdienst Signal te gebruiken in plaats van WhatsApp. En door te investeren in de ontwikkeling van veilige online publieke ruimte voor Nederlanders, zoals PubHubs.”

Geert Lovink, lector Netwerkcultuur

“Verwacht niets van Big Tech”
Geert Lovink, lector Netwerkcultuur aan de HvA en hoogleraar aan de UvA: “Over het onderliggend belang– jongeren beschermen tegen de negatieve effecten van sociale media- is vrijwel iedereen het eens. Maar deze discussie gaat niet over goede bedoelingen, maar over effectieve implementatie.

In Australië zijn ze sinds het verbod voor sociale media onder 15 jaar niet veel verder dan in andere landen. Want het komt uiteindelijk neer om de mogelijkheden die de overheid heeft om zo’n verbod effectief te implementeren. Met een verbod verschuif je het probleem van wetgeving naar handhaving.”

Silicon Valley houdt zich niet aan wet
“Helaas zijn er geen aanwijzingen dat de tech-platformen deze wetgeving of maatregelen ook gaan naleven. Nederland is voor grote techbedrijven sowieso geen partner die hen hiertoe kan bewegen; Brussel eventueel nog wel. Maar ik vraag me intussen zelfs af of ze naar de Europese Commissie luisteren, zeker met de politieke veranderingen sinds de inauguratie van Trump. Elon Musk heeft al gezegd: wij willen dat Trump de EU zodanig onder druk gaat zetten, dat wij niet gereguleerd worden in Europa.

Dat is het naïeve aspect ervan, óók van de Australië- dat verondersteld wordt dat Silicon Valley zich aan onze wetgeving gaat houden. Er zijn helaas geen aanwijzingen dat deze bedrijven naar overheden luisteren. Ze staan boven de wet. Dat mag niet, dat kan niet, maar het is wel zo.”

Leeftijdsprofiel
“Het lijkt me dat het uiteindelijk wel mogelijk moet zijn om een leeftijdsprofiel in te voeren op platforms als TikTok, Snapchat en Instagram, dat wettelijk kan nagaan wie het account aanvraagt en of dit ook de echte persoon is. En voor YouTube natuurlijk, maar dat wordt al wat ingewikkelder, omdat het heel groot is. De Europese Unie zou dan per platform moeten kijken of tech-bedrijven daartoe gedwongen kunnen worden, via het land waarin zij gevestigd zijn.”

Klassenvraagstuk
“Van de grote techbedrijven kunnen we dus niets verwachten, en overheden zijn beperkt in hun implementatie. Of er nog reden tot hoop is? Persoonlijk vind ik het verbieden van smartphones in klas op school wel heel effectief. We weten al dat het op veel plaatsen werkt; het zou goed zijn om die ervaringen te inventariseren en door te trekken. Het helpt dat leerkrachten, schooldirecteuren en anderen hier nu ervaring mee opdoen.”
“De wetgeving is nog vrijwillig- middelbare scholen in Rotterdam-Zuid doen het bijvoorbeeld niet. Dus er zit ook een klassenvraagstuk aan vast. Degenen die dit het hardst nodig hebben zullen het als laatste krijgen.”

Dit artikel is een ingezonden bericht en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.

Deel dit bericht