Deel dit artikel
-

Bronnen van risicodragend vermogen

Vrienden en familie: geloof het of niet, maar een belangrijk deel van het risicodragend vermogen in ons land wordt nog altijd aangedragen door suikerooms en tantes. In totaal gaat het om tachtig procent van het risicodragend vermogen, oftewel vele miljarden guldens per jaar. Wees er wel op bedacht dat nogal wat familievetes ontstaan door geruzie over geld!

Informal Investors of business angels komen op de tweede plaats. Het zijn ondernemers die geld (maximaal 20 miljoen gulden) hebben overgehouden aan de verkoop van eigen onderneming. De geïnvesteerde bedragen lopen uiteen van een ton tot 1,5 miljoen gulden.

Echt grote investeringen worden gedaan door participatiemaatschappijen: Een paar honderd miljoen gulden per fonds is geen uitzondering. Er zijn circa vijftig participatiemaatschappijen in Nederland, verenigd in de Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen. Het geld krijgen ze van grote beleggers. Participatiemaatschappijen kijken heel zorgvuldig naar het businessplan van de bedrijven waarin ze investeren. Er bestaan zeer uiteenlopende participatiemaatschappijen, van regionale ontwikkelingsmaatschappijen tot technostarters-fondsen. Regionale ontwikkelingsmaatschappijen zijn geen goede partners als de starter internationale ambities heeft.

Incubators zijn fondsen die startende ondernemingen intensief begeleiden, en als het ware klaarstomen voor een beursgang. Het grootste nadeel van incubators is dat bedrijven weliswaar enkele maanden intensief begeleid worden, maar daarna alsnog op eigen benen moeten staan.

Venture Capitalists of durfkapitalisten zijn particuliere investeerders/ beleggers die vaak aangezien worden voor informal investors, maar dat niet zijn. Al was het maar omdat ze veel meer geld beheren (meer dan 20 miljoen gulden). Durfkapitalisten investeren bedragen van 2 miljoen en meer, en niet zelden in ondernemingen die hun bestaansrecht al hebben bewezen. Meestal nemen ze een meerderheidsbelang in de onderneming, zodat ze alsnog over hun eigen geld kunnen beslissen.

Beleggingsmaatschappijen, ook wel Private Equity Funds genoemd, zijn fondsen met grote hoeveelheden particulier geld, dat gebruikt wordt om (aandelen in) bestaande bedrijven te kopen. Ze bewegen zich daarmee op dezelfde markt als durfkapitalisten. Ook deze fondsen zijn hoofdzakelijk geïnteresseerd in bedrijven die hun bestaansrecht al bewezen hebben.

Subsidies. Tellen eigenlijk niet mee. Hoewel ICT een van de speerpunten van het EZ-beleid is, zijn er nog steeds weinig specifieke subsidie- en kredietregelingen voor de ICT-branche. Sterker nog: één van de bekendste regelingen, KREDO, wordt naar verwachting afgeschaft.

Beursgang, oftewel een emissie op de aandelenbeurs. In Nederland kenden we tot voor kort de AEX en de NMAX, de babybeurs voor starters, maar beiden gaan dit najaar op in Euronext, de fusie van de Nederlandse, Franse en Belgische beurzen. Het kostbare onderzoeksproces dat aan een beursgang vooraf gaat, en de aandacht die een beursnotering vraagt, vergen een kapitaalbehoefte van ten minste 15 miljoen gulden.

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond