Column: Giddy Up!

Door Job Franken

De laatste column die ik schreef voor de online versie van Emerce bevatte een aantal kritische opmerkingen ten aanzien van de content armoede die we helaas maar al te vaak tegenkomen op internet. Niet dat er een tekort is aan content. Integendeel, volgens het Ierse bureau NUA stonden er vorig jaar zoveel documenten op internet dat u en ik er meer dan 25.000 jaar voor nodig zouden hebben om alle documenten op het internet te lezen, ervan uitgaande dat we 3,5 minuut aan elk document zouden besteden. Zelfs de beste search engines slagen er vandaag de dag niet in om meer dan enkele tientallen procenten van alle sites te indexeren. Dus aan hoeveelheid content geen gebrek. Het gebrek zit hem naar mijn idee aan de kwalitatieve kant. Veel content op internet is geen internet content.

Naar mijn idee ligt hieraan een aantal zaken ten grondslag. Allereerst is er een enorme voorraad content aanwezig bij content owners die de afgelopen decennia hun content produceerden voor tv en radio. Deze content hoeft 'slechts' gedigitaliseerd te worden om geschikt te worden gemaakt voor distributie via internet. Technisch gesproken klopt dit natuurlijk. Functioneel zet ik daar grote vraagtekens bij aangezien het zeer de vraag is of dit wel het soort content is dat mensen zoeken op internet. Ten tweede vinden we bij deze partijen veelal te weinig visie en kennis over internet content. Ook hier geldt dat de oude content owners op technisch vlak hun zaakjes vaak goed op orde hebben. Techniek is echter een middel en geen doel en pas echt goed in te zetten als ze wordt aangestuurd door functionele visie. Daar deze ofwel ontbreekt in veel organisaties, ofwel (te) weinig support krijgt uit de hogere regionen, komt implementatie niet altijd even goed uit de verf.

Toch is er licht aan het einde van de tunnel. Deze week werd bekend dat IvoNiehe producties een joint venture opzet met een web-partij. Dat is verstandig. Ook Endemol is op zoek naar internet-partners. Dit betekent dat de oude content-eigenaren hun uitgebreide kennis en ervaring over formats, intellectueel eigendom en natuurlijk hun netwerk aan sterren kunnen inzetten om de internet presence beter vorm te geven en geschikt te maken voor het grote publiek. Er zit, zo bleek recentelijk, wel een klein addertje onder het gras. Een initiatief van Steven Spielberg om entertainment op het web te brengen is afgeserveerd voordat de site in de lucht was. Bij dit initiatief was ook een aantal grote sterren betrokken en het kost bij wijze van spreken al duizenden dollars om deze mensen de telefoon op te laten nemen.

Dat internet de ontwikkeling van nieuwe business modellen sterk stimuleert is geen nieuws. Wat ik nou leuk zou vinden is als grote sterren eens durven te experimenteren met dergelijke zaken. De manier waarop bijvoorbeeld Stephen King of David Bowie omgaan met internet is geweldig. Zij ontwikkelen als artiesten nieuwe modellen en voeren die ook uit. Dat wil ik graag zien. Niet dat krampachtige vasthouden aan wat er is, maar actief zoeken naar manieren om je content via internet te distribueren en er ook nog eens een goede cent aan verdienen. Deze mensen laten zien dat het kan en hoe het kan. Het zou zo leuk zijn als in Nederland wat meer van dergelijke initiatieven worden ontplooid. Laat er nou iemand opstaan die het gewoon mooi vindt om nieuwe dingen te doen en niet alleen wordt gestuurd door de almachtige dollar, maar (ook) door de fun van het pionieren. Dus dames en heren BN'ers: zet die band van How the west was won maar klaar, trek je cowboylaarzen aan, je Stetson op en GIDDY UP!

Job Franken is CEO van Onlive.nl.