Deel dit artikel
-

De Nieuwe Omroep bijna aspirant

De Nieuwe Omroep, die nu nog alleen via internet uitzendt, heeft nog tweeduizend leden nodig om een plekje in het publieke bestel te kunnen veroveren. De teller staat nu op 48.000 leden. Lukt het om de laatste tweeduizend zielen over de streep te trekken dan kan de aanvraag de deur uit.

Een aspirant-omroep krijgt jaarlijks 550 uur radio- en televisiezendtijd. Omgerekend is dat goed voor bijna 23 dagen non stop radio en televisie. Volgens Anna Visser, directeur van De Nieuwe Omroep, is het nadrukkelijk de bedoeling om als de zendmachtiging eenmaal binnen is door te gaan met het maken van filmpjes die alleen worden uitgezonden op internet.

“We zijn begonnen op internet en we merken gewoon dat het medium heel goed werkt. Daar gaan we dan ook mee door. Het blijft een van onze belangrijkste kanalen van doorgifte” Ook de werving van nieuwe leden gebeurde grotendeels via internet. “Momenteel zijn nu bijvoorbeeld zo'n vijftienduizend mensen geabonneerd op het e-zine dat we maandelijks versturen”, zegt Visser. 

Visser begon haar loopbaan bij de VPRO als programma-maakster en richtte later Dion Media op. Daar specialiseerde zij zich in het maken van video-items voor het internet. Het productiemaatschappijtjje overleefde de internethype niet.

Voordat ze directeur werd bij De Nieuwe Omroep was ze er hoofdredacteur. Visser staat nu nog als enige fulltimer op de loonlijst bij De Nieuwe Omroep. Nog vijf anderen werken er op projectbasis. Zij maken bijvoorbeeld “Move your ass-tv”.

Overigens is het niet zo dat de Nieuwe Omroep meteen kan beginnen met uitzenden op radio en televisie als de aanvraag eenmaal de deur uit is. “Dan moet Medy van der Laan, staatssecretaris van mediazaken, onze aanvraag nog beoordelen. Zij moet bepalen of wij tot een stroming behoren die nog niet vertegenwoordigd is in het medialandschap. Maar ik denk dat dat wel goed zit”, zegt Visser.

De Nieuwe Omroep moet gezien worden als een idealistische niet direct 'op winst gerichte’ organisatie. “We willen onze kijkers en luisteraars dingen meegeven die je nergens anders ziet of hoort, zonder al te opvoedkundig te willen zijn. We zeggen bijvoorbeeld niet dat mensen groene stroom moeten nemen. We willen ze er enkel op wijzen dat het er is.” Dat soort programma's zijn te weinig op televisie. Het enige programma waarin nog enige maatschappelijke verantwoording wordt afgelegd, is Tegenlicht van de VPRO.

De pay off die de De Nieuwe Omroep hanteert, is “Verbeter de wereld, begin ergens anders”. In december krijgt de omroep te horen of er een definitieve 'go' is om ook uit te gaan zenden via radio en televisie. Tot die tijd blijft internet het medium. 

De Nieuwe Omroep is niet van plan om naar Hilversum te verhuizen als het zover is. “Ik ben erg voor het delen van allerlei faciliteiten. Wat mij betreft blijven we in Rotterdam zitten. Daar staan we tenminste in het midden van de samenleving. Waarom zouden we bijvoorbeeld niet samen kunnen werken met RTV Rijnmond”, aldus Visser.

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond