Deel dit artikel
-

eTech: hoe organiseert iemand zijn informatie

eTech staat op de derde dag in het teken van folksonomies, ofwel hoe organiseren mensen hun informatie? Welke specifieke en unieke kenmerken geven ze mee aan informatie? Monique van Dusseldorp brengt namens Emerce 'live' verslag uit van de O'Reilly Emerging Technology Conference in San Diego.

Vandaag nam de O’Reilly Emerging Technologies conference de manier waarop informatie door het publiek georganiseerd wordt onder de loep. Clay Shirky , bracht de oprichters van Wikipedia, Flickr en linksite http://del.icio.us bij elkaar.

Folksonomies is de term die gebruikt wordt voor het proces waarbij grote groepen mensen zelfgekozen kenmerken kunnen toekennen aan welk file ze maar willen. Fotosite Flickr laat gebruikers bijvoorbeeld ‘tags’ toevoegen aan elke foto, die in eerste instantie vooral bedoeld zijn om zelf foto’s te kunnen indelen. Omdat de tags echter gedeeld worden, helpen ze ook de oceaan van publieke Flickr foto’ te ontsluiten (zie de foto’s met de ‘etech’ tag voor een beeldverslag van het event zelf bijvoorbeeld). De meeste Flickr gebruikers staan ook derden toe tags aan de beelden toe te kennen, dus de ad hoc classificatie is een gedeeld proces.

CEO Stewart Butterfield vindt het gebrek aan systematiek bij het taggen niet erg: ‘Tags zijn vooral handig voor wie zijn eigen foto’s wil organiseren. Dat je vervolgens niet alle publieke foto’s van Tokyo onder het tag ‘Tokyo’ kan vinden is niet helemaal niet erg. Wat moet je met alle 10.000 Tokyo foto’s?’ Shirky ging zelf in een interessante presentatie in op de kenmerken van dit soort door gebruikers gemaakte indelingen van informatie, die natuurlijk eindeloos zijn. Juist het verschil in toegekende tags bevat veel relevante informatie.

Een ander voorbeeld wordt gevormd door de site del.icio.us die gebruikers URLs laat opslaan samen met commentaar. Zoals Yoshua Schachter van del.icio.us meldde, “Het interessante van het groepsgedrag is dat ‘tagging’ niet om vaststaande categorieën gaat, ‘nog lezen’ is bijvoorbeeld ook een tag”. Gisteren liet de BBC hier ook al zien hoe luisteraars liedjes op de radio kunnen ‘taggen’ met zogeheten ‘phonetags’ en hoe dit een nieuwe manier kan zijn om liedjes, radioprogramma’s en artiesten in te delen. En ‘tagging’ zou ook wel eens een manier kunnen worden om eigen files te organiseren en te delen. Phil Fawcett van Microsoft Research  liet zien hoe het gebruik van tags de huidige folders metafoor in windows zou kunnen vervangen. Een tag is dan eigenlijk een ‘query’ – een file kan in allerlei verschillende stapeltjes tegelijkertijd opgeborgen worden. Fawcett liet ook zien hoe de gebruiker vervolgens per collectie documenten eenvoudig kan beslissen met wie hij ze wil delen of in welke vorm hij ze wil weergeven (als slideshow bijvoorbeeld).

Collectieve intelligentie

De opgetogen stemming over sociale netwerken en de kennis die ze kunnen delen en ontwikkelen werd door journalist James Surowiecki van interessante kanttekeningen werd voorzien. Surowiecki schreef het boek ‘The Wisdom of Crowds’ waarin hij ingaat op intelligent groepsgedrag. Een groep blijkt samen slimmer te kunnen zijn, dan het slimste lid. Laat een groep mensen het gewicht van een stier raden, en het gemiddelde van wat ze gokken blijkt de beste schatting te zijn. Maar dat werkt alleen maar, als de leden van een groep voor zich zelf denken, en dus NIET als ze al te zeer met elkaar verbonden zijn en elkaars beslissingen kunnen zien. ‘Slimme massa’s’ moeten het onderling oneens zijn, leden moeten zelf beslissen, en er moet een goede manier zijn, om beslissingen weer te verzamelen. De groep is beter af, als de onderlinge banden oppervlakkig zijn. Een toekomst waarin iedereen voortdurend online is en alle beslissingen van anderen kan volgen, kan slimme massa’s genereren, maar ook veel meer dom kuddegedrag.

Makers

De dag kende verder een aantal vrolijke voorbeelden van creatief gebruik van technologie. Software en hardware combineren met nieuwe concepten, en het maken van fysieke dingen is de volgende golf, volgens Neil Gershenfeld,die het MIT Center for Bits and Atoms leidt: ‘Nu dat de communicatie en computing gedigitaliseerd zijn, gaan we het proces van het maken van fysieke dingen digitaliseren’. Volgens Gershenfeld kan binnenkort iedereen in zogenaamde Fab Labs zelf produkten maken. Technologie is helemaal geen barriere meer.

De studenten van het ‘Interactive Telecommunications’ opleiding in New York, onderdeel van de Tisch School of Arts, slagen er elke keer weer in techniek op wonderbaarlijke manieren toe te passen. De regenstoel om verdriet te voelen, het medicijnkastje van Courtney Love dat meedoet aan een internetchat, en de handtas die oplicht als er een wi-fi netwerk in de buurt is: wie meer van dit soort voorbeelden wil volgen, zou ook de site Near Near Future moeten lezen.

De dag werd afgesloten met de lancering van Make magazine, een nieuwe O’Reilly tijdschrift precies voor de doelgroep van makers en knutselaars met technologie. Wat is er eigenlijk opgeslagen op al die plastic kaartjes die we meedragen? Waarom kan je het karakter van je robothond niet aanpassen? Wil je een waterzuiveringsinstallatie bouwen? Het kan allemaal.

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond