Kabelaars in beroep tegen OPTA

De kabelaars zijn het niet eens met het tarief dat OPTA heeft vastgesteld voor open kabel. UPC overweegt stappen. Ook Ziggo wil zich er niet bij neerleggen en gaat in beroep tegen het voorstel.

OPTA heeft een voorlopig tariefbesluit gepubliceerd waarin het tarief is vastgesteld voor open kabel. UPC mag 8,48 per maand per abonnee vragen, concurrent Ziggo 8,46 euro. Dit is lager dan de kabelaars zelf hadden voorgesteld.

UPC is het niet eens met dit besluit. Het vastgestelde tarief zou en te laag zijn en gestoeld op een rekenmethode die de afgelopen maanden steeds is veranderd. "Wij gaan hiertegen in beroep. Dat is natuurlijk een eerst stap. Het is immers een consultatieronde. Afhankelijk van de situatie zal er daarna een tweede stap komen", aldus de woordvoerder, die verder niet in detail wil treden.

Het tarief is onwezenlijk en zeker niet in overeenstemming met de uitkomst zoals die voor KPN geldt. Daar is op dezelfde manier een tarief berekend", aldus Gradus Vos, voorlichter bij Ziggo. Alternatieve aanbieders kunnen ook gebruik maken van het netwerk van KPN voor telefonie. Hij vervolgt: "Wij weten niet hoe OPTA aan dit tarief komt. Zij hebben dat ook niet aan ons kunnen uitleggen, terwijl wij hier wel om hebben gevraagd."

Het is een voorlopig besluit, maar Vos verwacht niet dat er nog veel zal wijzigen. "We gaan in beroep tegen dit tarief."

Minimumtarief

Beide kabelaars dienden in juli dit jaar een voorstel in voor de tarieven. Ziggo stelde toen een minimumtarief voor van 11,05 euro en UPC kwam uit op 12 euro.

OPTA wil dat er meer keuze komt voor de consument op de kabel. Daarom legde de toezichthouder de twee grootste kabelmaatschappijen in Nederland, UPC en Ziggo, eerder een tweetwal verplichtingen op.

Alternatieve aanbieders moeten bijvoorbeeld hun eigen digitale pakket aan kunnen bieden op de kabel. UPC en Ziggo zijn verplicht de analoge kabelaansluiting administratief door te verkopen aan andere bedrijven. Deze bedrijven moeten nog wel zelf de uitzendrechten regelen.

De nieuwe tarieven gelden als inkoopprijs wanneer alternatieve aanbieders het analoge televisiepakket willen doorverkopen. Nieuwe aanbieders kunnen zelf bepalen voor welke prijs zij het analoge pakket aan de consument verkopen.

Ondanks de opkomst van alternatieven zoals Digitenne, IP TV en satelliet zijn UPC en Ziggo volgens de toezichthouder onverminderd sterk met een groot gezamenlijk marktaandeel.

OPTA hoopt dat het besluit in maart volgend jaar in werking kan treden. Tot 7 januari hebben marktpartijen en belangenorganisaties de tijd om te reageren op het voorstel. Het tariefbestel is daarnaast aangemeld bij de Europese Commissie.