Deel dit artikel
-

Living Tomorrow bouwt demonstratiecomplex in Amsterdam

Living Tomorrow is een project dat wil laten zien op welke manier er 'in de toekomst' mogelijk gewoond en gewerkt gaat worden. Eind dit jaar gaat daartoe in Amsterdam de bouw van een demonstratiecomplex van start. Het gebouw, dat in 2003 klaar moet zijn, gaat dienen als publiekstrekker, congrescentrum, 'real life' testlab en als showcase van nieuwe technologie. Daartoe is er inmiddels medewerking van onder meer ICT-dienstverlener CMG, telecombedrijf Telfort/BT Ignite en multinational Unilever.

Over welke toekomst gaat Living Tomorrow eigenlijk, is dat de dag van morgen of hebben we het over tien of twintig jaar?
Mede-initiatiefnemer Peter Bongers verklaart dat er sprake zal zijn van technologie die bijna letterlijk 'voor morgen' is (gericht op het high-end segment van consumenten en business), technologie die over twee tot drie jaar klaar is voor verkoop (gericht op het mid-end segment) tot en met technologie die mogelijk pas over tien tot vijftien jaar realiteit zal zijn. Hij benadrukt dat het publiek het project dan ook niet moet zien als een concreet voorbeeld van hoe woningen en werkplekken er in de toekomst uit gaan zien, het gaat er meer om dat bezoekers en deelnemers "ideeën opdoen" en "voor zichzelf bepalen wat ze ook daadwerkelijk praktisch willen gebruiken".

De deelnemers hebben elk hun eigen motieven om mee te doen aan het project. Zo wil Unilever het vooral gebruiken om er 'live' consumentenonderzoek te doen. Chief scientist Unilever Research Theo Verrips zegt dat consumenten in een proefopstelling zelden te kennen geven wat ze werkelijk van het gebodene vinden, ze zouden te vaak antwoorden geven waarvan ze denken dat de onderzoekers die willen horen. Door bezoekers van Living Tomorrow onder leiding van een gids rond te leiden en na het bezoek vragen te stellen hoopt Unilever beter praktijkonderzoek te kunnen doen. BT Ignite ziet het project als een mooie gelegenheid om te tonen waar hun high-speed netwerken toe in staat zijn, en CMG ziet tal van mogelijkheden op hun eigen gebied, dat van ICT-dienstverlening. De betrokkenen hopen daarnaast uit de bedoelde synergie allerlei nieuwe producten en diensten te kunnen ontwikkelen.

Een van de 'nieuwe technologieën' betreft een badkamerspiegel die bijvoorbeeld 's ochtends de agenda voor de dag laat zien. Is het niet zo dat die agenda elke werkdag voor het grootste deel van de beroepsbevolking niets anders meldt dan 'naar het werk'?
De initiatiefnemers beamen dat de getoonde mogelijkheden niet voor iedereen even interessant zullen zijn. Theo Verrips: "Unilever wil graag weten hoeveel dat er zijn, hoeveel mensen behoefte hebben aan zo'n agenda in de spiegel, hoeveel mensen een keukencomputer willen gebruiken. Uit eerder onderzoek in Amerika werd ons bijvoorbeeld al duidelijk dat veel mensen allerlei dagelijkse dingen niet graag door computers laten bepalen. Na demonstraties bij het MIT zeiden veel uitgenodigde huisvrouwen dat ze het allemaal wel prachtig vonden, maar dat ze veel meer dingen zelf willen bepalen. Dat gaan wij dan onderzoeken, tot welke mate mensen daadwerkelijk gebruik willen maken van nieuwe mogelijkheden."

Op het ogenblik is tweederde van de benodigde 25 miljoen euro binnen, en zijn dertien van de dertig gewenste partnerbedrijven bekend. Is dat niet wat weinig, gezien het feit dat de bouw al eind dit jaar van start gaat?
Mede-oprichter Frank Beliën verklaart dat er bij de eerste versie van het project in België meer dan 150 partijen interesse hadden om mee te werken. Dat bleken er veel te veel te zijn, waardoor niet iedereen eruit kon halen wat erin zat. Volgens Beliën zijn ze daarom wat selectiever geworden, al vertrouwt het bedrijf erop dat er, gezien de ervaring met twee eerdere Living Tomorrow-projecten, voldoende aandacht zal komen van zowel bedrijfsleven als overheid.

Elk Living Tomorrow-project kent een leven van vijf jaar, waarna het gebouw gesloopt gaat worden. Het is de bedoeling dat er daarna een nieuw project zal beginnen of reeds gaande is, ook weer met een looptijd van vijf jaar. Waarom worden de projecten niet ge-update in plaats van volledig vervangen?
Volgens Peter Bongers is het zinvoller om telkens weer van vooraf aan te beginnen, om zodoende telkens de nieuwste mogelijkheden te kunnen toepassen. "Je moet het zien als een prototype, het is niet op de eerste plaats gebouwd om voor langere tijd functioneel te zijn." Daarnaast is het volgens hem makkelijker om partnerbedrijven te vinden als er ook een concrete einddatum bekend is.

Is het eigenlijk de bedoeling dat Living Tomorrow een financieel winstgevend project wordt?
Living Tomorrow-directeur Gert-Peter Vos zegt dat het in ieder geval de bedoeling is om geen verlies te draaien. Volgens hem zit het business model zo in elkaar zit dat financiële winst ondanks de evenementswaarde van het project (de organisatie zegt 300.000 bezoekers per jaar te verwachten) niet van het aantal bezoekers afhankelijk is. Zo is een van de verwachte inkomstenbronnen de mogelijkheid om congressen en presentaties in het gebouw te organiseren. Dat zullen er volgens Living Tomorrow zo'n driehonderd per jaar worden.

Gaan we in de toekomst inderdaad in huizen wonen die bij wijze van spreken voortdurend standby staan en die, zoals de initiatiefnemers zeggen, 24 uur per dag met de bewoner(s) in verbinding zullen staan?
Peter Bongers: "Als de bewoner daarvoor kiest dan is dat zeker een mogelijkheid. Daarnaast zijn er bepaalde zaken, denk aan inbraakbeveiliging of brandalarmsystemen, waarvan het wel zo prettig is als die 24 uur per dag werken. Maar er zal altijd wel zoiets blijven als de macht van de gebruiker om de computer uit te zetten."

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond