-

Virtuele museumweek

Als alternatief voor de Nationale Museumweek ontwikkelden XSAGA en Capitola het Gouden Pronkstuk: een 3D-model van de Dam met rondom het monument honderden door musea ingezonden topstukken.

Strategie
  • Digitaal kunstobject
  • Mikken op een nieuw museumpubliek

Met slechts enkele weken op de teller wordt duidelijk dat de plannen voor de Nationale Museumweek grotendeels in de prullenbak verdwijnen. Musea zijn dicht, evenementen verboden. XSAGA, sinds zes jaar betrokken bij de landelijke campagne, zoekt samen met de Museumvereniging naar een digitaal alternatief. Net als bij eerdere fysieke aandachttrekkende kunstobjecten – type gouden hondenkoptrein midden in Utrecht – is de opzet ook deze editie groots. “Het doel is altijd om voorbijgangers te confronteren met de rijkdom van Nederlandse musea”, vertelt oprichter Patrick Roubroeks. “Zo spreken we een nieuw, jonger publiek aan.” 

Doelstellingen
  • Vertaling fysiek plan
  • In drie weken gereed
  • Nadruk op de kunstwerken

De digitale vertaling beoogt hetzelfde. Niet geheel toevallig sluit de vorm naadloos aan op het thema dat met het Nationaal Comité 4 en 5 mei werd gekozen: ‘Ontdek samen ons echte goud – in vrijheid’. “Thuis achter een computer krijgt vrijheid een andere dimensie. Kunst biedt troost en is een remedie tegen de lelijkheid.” Hiermee kunnen de musea bovendien laten zien zich niet uit het veld te laten slaan.

Het Gouden Pronkstuk dat VR- en AR-bureau Capitola in opdracht maakt, voelt als een tentoonstelling voor het web. Bezoekers bewegen zich over een 3D-versie van de Amsterdamse Dam en stuiten bij het monument op de topstukken van de 444 deelnemende musea. De wandeling is een één-op-éénvertaling van het plan voor een fysiek object, zegt Cees Dingler, creative director van Capitola. Hoewel virtualiteit nauwelijks grenzen kent, ging het bureau toch letterlijk met de bouwtekeningen in de hand van start. “Over tien jaar moet Het Gouden Pronkstuk namelijk naadloos passen tussen andere edities. We hebben getracht een fysiek plan te herscheppen”, aldus Roubroeks.

Omdat sfeer en emotie belangrijke uitgangspunten waren, wilde Capitola niet een ‘volledige letterlijkheid’ bieden. “Als creatieven hebben we de werkelijkheid gefilterd”, legt Dingler uit. “Doe je dat niet, dan ontstaat een te rationele beleving.” De kijker ziet dit onder andere terug in de details en het ritme. De gevels van gebouwen zijn volledig grijs ingekleurd en er is geëxperimenteerd met snelheid en geluid. “De lucht is een residu van het campagnebeeld en loopt van rood naar blauw. Die kleuren weerspiegelen, waardoor het grijs een warmere gloed heeft.” De keuze voor contrast neutraliseert de omgeving en legt de nadruk op de kunstwerken.

Knelpunten
  • Snelheid
  • Jonge technologie

De “hysterisch korte termijn” van negentien dagen waarin alles af moest zijn, was wat Dingler noemt een uitdaging. Daarom is zijn team meteen gestart met prototypen en werd dagelijks een update gemaakt. Wat betreft de techniek heeft hij wel even zijn hart vastgehouden. De oplossing is ontwikkeld in WebGL, een jonge standaard voor 3D-componenten op het web. “Nog geen handvol specialisten heeft dit in Nederland echt in de vingers. En één daarvan werkt voor ons. We zochten een back-up voor zowel hem als de techniek, maar hebben die niet gevonden.”

Een bijkomstig effect van het werktempo is de beperkte ruimte om te testen met de doelgroep. En met jonge creatieven kom je dan snel uit op iets dat niet voor elke leeftijd werkt. “Mijn opdracht was daarom het voor 70-jarigen te maken”, zegt Dingler. “Dan weet ik dat we in het midden uitkomen. Ik wilde koste wat kost voorkomen dat bezoekers – bij wijze van spreken – de ingang niet vonden.” Niet geheel toevallig is er daarom sprake van geleidelijke overgangen en word je als bezoeker met een zachte hand in een richting geduwd. Ook wel georganiseerde vrijheid genoemd.

Resultaat
  • Tienduizend bezoekers

Iets meer dan tienduizend mensen hebben de wandeling gemaakt. Musea konden mede hierdoor ruim honderdtwintig duizend extra online bezoekers tellen. Door de extra aandacht van de pers was de mediawaarde dit jaar bovendien een stuk hoger. Exacte cijfers ontbreken nog, maar ook de jongeren zijn deze virtuele editie beter bereikt dan in andere jaren, stellen de betrokkenen.

Deze crisis leert de sector veel over het digitale domein, meent Roubroeks. Hij verwacht een opkomst van het hybride evenement waarbij fysiek en virtueel elkaar versterken. Er wordt al gedacht aan een omgeving die ook duidelijk maakt welke anderen er op hetzelfde moment rondlopen. Daarmee wordt de ervaring minder solistisch.

Financieel

Precieze cijfers over de kosten worden niet gedeeld. De virtuele tentoonstelling is ‘net een tikkie duurder’ dan de fysieke variant, deelt Roubroeks. “Het mooie is dat een virtuele omgeving veel langer blijft bestaan. Dat is positief voor het bereik.”

* Dit artikel verscheen eerder in het juninummer van Emerce magazine (#178).

Over de auteur: Yoshi Tuk is freelance journalist en tekstschrijver.

Deel dit bericht

1 Reactie

Blockchainkiller

Nu alles ineens viritueel wordt zullen die lui bij google wel balen dat ze nooit een of ander VR bedrijfje ergens hebben opgekocht…. Toch?

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond