Datum inschrijving KvK niet doorslaggevend bij NOW-regeling voor start-ups

Een vonnis van rechtbank Amsterdam heeft mogelijk positieve gevolgen voor veel startups die gebruik hebben gemaakt met de NOW-regeling. Zij kunnen vanaf nu verweren in het geval dat zij hun voorschot terug dreigen te moeten betalen. Dit kunnen zij doen door aan te tonen dat hun bedrijfsactiviteiten aantoonbaar op een later moment zijn gestart dan de inschrijving bij de Kamer van Koophandel (KvK).
Startups worden geconfronteerd met forse terugbetalingsverzoeken wanneer zij geen omzetverlies hebben geleden in vergelijking met jaren voordat de COVID-19 pandemie uitbrak.
Bij het vaststellen van de referentieperiode voor het bepalen van de terugval in omzet, hanteert het UWV de de datum van inschrijving van de onderneming bij de Kamer van Koophandel (KvK) als startdatum van de onderneming. De startdatum van de onderneming wordt dus gebruikt om de hoogte van de tegemoetkoming onder de NOW-regelingen te bepalen. Voor veel startups geldt dat zij pas lange tijd na inschrijving bij de KvK hun eerste omzet hebben kunnen genereren, omdat eerst kapitaal moest worden opgehaald en het product in kwestie moet worden ontwikkeld. Het gebruiken van de datum van inschrijving bij de KvK als startdatum, zoals het UWV doet, leidt er dus toe dat het UWV een referentieperiode hanteert waarin in veel gevallen door startups geen omzet is gegenereerd en er dus geen omzetverlies is, waardoor er geen recht op tegemoetkoming onder de NOW ontstaat.
De rechtbank Amsterdam heeft nu echter bepaald dat de datum van inschrijving bij de KvK niet altijd doorslaggevend is. Startups kunnen hun bedrijfsactiviteiten namelijk op een later moment zijn gestart. Wel moet de datum van aanvang van bedrijfsactiviteiten objectief bepaalbaar zijn, bijvoorbeeld als een beginnende onderneming een zekere hoeveelheid personeel heeft aangenomen..
Het UWV kan nog in hoger beroep gaan tegen deze uitspraak.
Plaats een reactie
Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond