FTC en Amerikaanse staten naar de rechter om Facebook op te knippen

De Amerikaanse toezichthouder FTC en de openbaar ministeries van 46 Amerikaanse staten, de hoofdstad Washington en Guam hebben woensdag Facebook formeel aangeklaagd vanwege monopolistisch gedrag op de markt voor sociale media. Zij willen dat dochterbedrijven Instagram en WhatsApp worden afgestoten.

De partijen spreken in de 123 pagina’s tellende aanklacht over een systematische strategie (buy or bury) waarbij Facebook mede door het kopen van de twee apps kon voorkomen dat deze een bedreiging zouden vormen voor Facebook. Daardoor hebben consumenten en adverteerders minder keuze.

De argumentatie is niet erg sterk. Facebook kocht Instagram in 2012 voor 1 miljard dollar en WhatsApp twee jaar later voor 19 miljard dollar. Destijds hadden de toezichthouders geen bezwaar, zoals Facebooks hoofd juridische Jennifer Newstead in een reactie ook benadrukt.

Ook waren beide platforms destijds nog niet erg groot. Bovendien zijn TikTok, WeChat, Telegram en Snapchat evengoed concurrenten van deze apps.

Ook diverse juridische experts en beleggers onder wie Seth Bloom noemen de aanklacht ‘significant zwakker’ dan die tegen Google door Amerikaanse Ministerie van Justitie.

Andere partijen zoals het Open Markets Institute zijnjuist blij met de rechtszaken. Facebook, Google en Amazon vormen in hun ogen ‘een groeiende bedreiging voor onze persoonlijke vrijheid en voor een aantal van onze meest essentiële democratische instellingen en praktijken, waaronder onze vrije pers en electorale systemen’, aldus directeur Barry Lynn.

De FTC wil voortaan inspraak in elk bedrijf dat Facebook wil overnemen. Eerder dit jaar kocht Facebook nog het bekende gifjesplatform GIPHY.

Facebook heeft al laten weten dat het zich zal verzetten tegen de aanklacht. De juridische procedures zouden makkelijk nog jaren kunnen duren.