-

Het second screen wordt een steeds groter probleem

Ondanks alle goede bedoelingen heeft interactieve televisie zelden tot iets geleid. De veelbesproken rode knop op de afstandbediening heeft het hart van Mien uit Urk nooit weten te veroveren. Die lag het liefst onderuitgezakt op de bank en gebruikte de afstandsbediening alleen om tv-programma’s te ontlopen. En een enkele keer belde ze op om te zorgen dat Marco Borsato de Soundmixshow won. Dan was echter meteen het lokale ziekenhuis onbereikbaar. 

Succes
De meest succesvolle vorm van interactieve televisie was het simpele Call TV, waar het domme deel der natie zich liet verleiden om tegen exorbitante bedragen infantiele spelletjes te spelen en z’n horoscoop te laten trekken. Nog steeds wordt er door de commerciëlen ‘s nachts meer geld verdiend met het aanprijzen van schaars geklede dames dan met welke andere toepassing dan ook.

Bijna ongemerkt kwam het interactieve succes er toch. Niet via de televisie of afstandsbediening, maar dankzij de onstuitbare opmars van smartphones en tablets. Het zogenaamde ‘second screen’-kijken. Ruim een kwart van de kijkers van Goede Tijden, Slechte Tijden en The Voice of Holland gebruikt tijdens het programma zijn smartphone, tablet en/of laptop. Hierbij gaat echter nog geen één procent van de bezoekers daadwerkelijk naar de bijbehorende website. Een second screen leidt dus vooral af. Je checkt even je e-mail tijdens de commercials, of je Facebook-timeline. Maar iets kopen? No way.

Probleem
Net als met de afstandsbediening in de jaren zeventig, wordt het tweede scherm een steeds groter probleem en dus doen tv-makers soms wanhopige pogingen om kijkers vast te houden. SBS gaat daarin – tijdens de wedstrijden van het Nederlands elftal – het verst. Zodra de commercials in de rust beginnen, toont de zender op het andere scherm de analyses van Gullit en van Van Basten. Het aloude tv-toestel is dan dus bewust minder interessant.

Dat is niet wat adverteerders graag zien. Die willen kijkers vasthouden, niet wegjagen. Je kan er op wachten dat die gaan protesteren. Toch biedt het ook voor hen meerwaarde, zeker als het live content betreft. Denk aan (gesponsorde) statistieken tijdens sportwedstrijden bijvoorbeeld. De echte freaks kunnen hier de details volgen zonder dat hun medekijkers daar onder lijden. Een win-win voor alle partijen. En de analytische data kan ook nog eens seperaat worden verkocht. Kassa.

Aanvulling
Het is fantastisch dat de redactie van een live-talkshow de presentator aan de hand van tweets kan bijsturen. Als programmadirecteur van RTL droomde ik al twintig jaar geleden van real time kijkcijfers. Maar we zijn er echter nog niet. Programmamakers moeten zich vandaag de dag realiseren dat het tweede scherm aanvullend en niet concurrerend moet worden ingezet. Het eerste scherm is de cash cow. Nog wel.

)* Deze column is eerder verschenen in het juninummer van Emerce magazine (#114)

Deel dit bericht

7 Reacties

Mark de Kock

@Ruud, welke bedrijven durven hun formats, en nog belangrijker, verdienmodellen om te gooien? Daar ligt het antwoord wat mij betreft. Dat dit niet in 1 keer zal gaan zie ik dagelijks. Door een veranderende media consumptie en angst voor verlies aan grip vanuit de producenten geloof ik dat het nog wel even duurt.. En toch ben ik optimistisch. Er was nog nooit zoveel kritische massa bereid, en in staat, om second screen ervaringen te beleven. Mobiel heeft nog nooit zoveel relevantie in de lineaire en non-lineaire video ervaring gehad. Zou graag jouw beeld zien van de partijen en (markt/technische) ontwikkelingen die deze veranderingen zullen ondersteunen de komende tijd.

Ruud Hendriks

@Mark Second Screen levert nu nog nauwelijks geld op, het geld wordt voorlopig nog op het eerste scherm verdiend. Dus is het nog nauwelijks zinvol het volledige businessmodel nu al om te gooien.
Eerst zullen adverteerders de waarde van mobiel moeten gaan zien.
Ik ben zeer benieuwd wat Apple met het tweede scherm gaat doen, wordt dat verwerkt in hun strategie voor hun nieuwe televisie of ligt de focus op iPad en iPhone? We zullen zien.

Arno Peperkoorn

Het is toch het concept wat het geld verdiend? Second screen onderdeel laten zijn van het concept verhoogt de interactie tussen consument en product ( in dit geval) TV. Second screen kan een prachtig mechnisme zijn om betrokkenheid te verhogen. PRaten bij het koffie apparaat is de analoge versie van Second Screen.
Een businiss model omgooien is ook wat radicaal, maar een business model verbreden en aanvullen met nieuwe mogelijkheden lijkt me meer dan wenselijk.

Mark de Kock

@Arno, in de basis is het concept leading maar op dit moment is de producent van het concept slechts een leverancier van een onderdeel van het geheel. Media partijen bouwen daaromheen te vaak content en kanalen als doorvertaling, niet als intrinsiek onderdeel van het concept. Daarmee is de producent te vaak buiten spel als het over het verdienmodel gaat.

Emile Edwards

Ben het roerend met Ruud eens. Second screen van de zenders kost nu geld en wordt niet massaal geadopteerd door de kijker. De grootste misvatting is dat men de aanwezigheid van een second screen lijnrecht gelijk stelt het gebruik van TV-gerelateerde content of applicaties. Per saldo blijkt toch echt uit onderzoek dat dat second screen (lees: tablet of mobiel) wordt gebruik voor e-mail of Facebook. Meer gedifferencieerd multitasken dus i.p.v. integrale intersactiviteit met het TV-programma.

Jeroen Doucet

Mijn verwachting is dat media multitasking en second screen uiteindelijk gaan leiden tot een verandering van het televisieaanbod. Mensen kijken televisie om erover te praten en te worden bevestigd in gemeenschappelijke waarden. Passief informatie of entertainment consumeren is vooral een middel en niet zozeer een doel op zich. Formats waarmee de kijker zich actief kan bemoeien, door te stemmen, erover te praten of mee te spelen, zijn daarmee aantrekkelijker dan het traditionele eenwegsverkeer. Ook de adverteerders schuiven langzaam maar zeker van inkopen van zendtijd voor commercials, naar performance based, dialoog en social. De zenders zullen zich hiernaar schikken en steeds meer actieve formats programmeren, spelletjes, quizzen, talentshows en interactieve discussies. Het second screen is het logische instrument om mee te doen. Natuurlijk blijft er behoefte bestaan aan mooi lineair entertainment. Maar dat zal vooral van internationale makelij zijn en direct, on-demand en tegen betaling door de producenten aan de consumenten worden geleverd. En is dat dan nog televisiekijken?

Mark de Kock

Onderschrijf de gedachten van Jeroen. Daarnaast is het mijn suggestie om de TED talk van Deb Roy te bekijken (link onderaan deze reactie). Daarin zien we (vanaf minuut 11:30 ongeveer) dat er al directe correlaties tussen lineaire content en merk/programma/sentiment binnen “second screen” en sociale participatie kan worden gelegd. Deze transparantie is nog lang geen standaard maar de inzichten die eruit spreken zullen wel degelijk invloed hebben op de toekomstige formats. De transmediale (om maar een buzz woord te gebruiken) beleving is een ontwikkeling waar de consument al lang mee bezig is en de traditionele merken en hun marketeers maar heel miniem. Hamvraag is, wie is instrumenteel om deze beweging te doorbreken? Ik zie een grote rol voor format en media owners/exploitanten.

> vanaf minuut 11:30 in deze context/discussie (maar kijk zeker ook het eerste deel, is interessant). http://www.ted.com/talks/deb_roy_the_birth_of_a_word.html

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond