Deel dit artikel
-

ACM start onderzoek misbruik machtspositie Apple in App Store

De Autoriteit Consument & Markt (ACM) gaat onderzoeken of Apple misbruik maakt van de positie die het bedrijf verworven heeft met zijn App Store. Dit naar aanleiding van signalen van andere appaanbieders die de ACM ontving tijdens een marktstudie naar appstores.

Appaanbieders zijn in grote mate afhankelijk van Apple en Google voor het aanbieden van apps aan gebruikers. In de marktstudie (pdf) kreeg de ACM signalen van partijen die erop lijken te wijzen dat Apple misbruik maakt van zijn positie in de App Store.

De ACM gaat onder andere onderzoeken of Apple in strijd heeft gehandeld met het verbod op misbruik van een machtspositie, bijvoorbeeld door zijn eigen apps te bevoordelen. Het onderzoek richt zich in eerste instantie alleen op Apple, omdat op dit moment ten aanzien van de App Store van Apple de meest concrete signalen zijn ontvangen.

Appaanbieders geven aan dat zij drempels ervaren in de toegang tot de eindgebruiker. Ten eerste door het goedkeuringsproces. Appaanbieders zeggen dat zij de voorwaarden van Google – maar voornamelijk Apple – te vaag vinden. Het is vaak onduidelijk waarom een app geweigerd wordt. Ook zetten verschillende appaanbieders vraagtekens bij de reden voor de weigering.

Daarnaast ervaren appaanbieders problemen met interoperabiliteit met het besturingssysteem of bepaalde functionaliteiten op de telefoon, zoals met Siri of de NFC-chip. Bovendien geven appaanbieders aan niet altijd een eerlijke kans te hebben ten opzichte van eigen apps van Apple dan wel Google die al op de telefoon geïnstalleerd staan of de wijze waarop ranking in de appstore geregeld wordt.

Ook hebben veel appaanbieders aan de toezichthouder laten weten dat zij problemen hebben met de commissie die zij dienen te betalen over in-app purchases (IAP). Appaanbieders klagen over de hoogte van de commissie (met name bij abonnementen) en het onderscheid dat gemaakt wordt tussen apps die wel en niet aan deze verplichting moeten voldoen. Het is niet toegestaan om een link te plaatsen naar betaalmethoden buiten de app.

Ten slotte geven appaanbieders aan dat transparantie vaak een probleem vormt in het proces om een app in de appstore te plaatsen of te updaten. Het is, met name voor de kleine tot middelgrote appaanbieders, moeilijk om in contact te komen met Apple en Google.

Op de iPhone biedt Apples App Store de enige mogelijkheid om apps te downloaden. In Nederland is op ongeveer 30 tot 45 procent van de smartphones iOS geïnstalleerd, en op 55 tot 70 procent Android. In beide appstores worden zowel eigen apps als apps van derden aangeboden. In totaal zijn dit 3,3 miljoen apps in de Play Store en 2,2 miljoen apps in de App Store.

De toezichthouder constateert dat Apple en Google een unieke positie hebben doordat zij zowel eigenaar van de appstore zijn als ook eigen apps hebben. Zij hebben daarmee de mogelijkheid om concurrentie tussen apps te verstoren.

Ook wordt de concurrentiepositie van apps van derden soms verslechterd doordat zij geen toegang krijgen tot data die hen helpt om een goede service te leveren aan hun klanten. Daarnaast kunnen Apple en Google beïnvloeden hoe en in welke volgorde apps getoond worden in de appstore.

De ACM roept appaanbieders op om zich te melden als ze problemen (hebben) ervaren in de App Store van Apple, maar ook als dat het geval is in de Play Store van Google.

Bij hoge uitzondering reageerde Apple Nederland vandaag als volgt: ‘We respecteren de Nederlandse Autoriteit Consument & Markt en hebben vertrouwen dat hun onderzoek zal bevestigen dat alle ontwikkelaars gelijke kansen hebben op succes in de App Store. We behandelen elke ontwikkelaar hetzelfde en investeren veel in het creëren van een veilige winkel voor al onze klanten. We zijn trots dat we ontwikkelaars in Nederland hebben geholpen om honderden miljoenen klanten te bereiken in 155 landen en die daarmee bijna 450 miljoen euro verdienen.’

 

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond