Deel dit artikel
-

Onderzoekers willen via sociale media risico op fraude inschatten

Het onderzoeksinstituut CTIT van de Universiteit Twente wil sociale media analyseren om personen met verhoogd risico hebben op frauduleus gedrag op het spoor te komen.

Om frauduleus gedrag, zoals het onterecht ontvangen van een huurtoeslag of uitkering, te ontdekken koppelt het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid momrnteel data van diverse instanties aan elkaar. Daarbij kan het gaan om het aantal kinderen dat iemand heeft, of iemand getrouwd is of in welke auto er gereden wordt.

Op dit moment voorspelt dit profiel nog niet voldoende of iemand daadwerkelijk een verhoogd risico heeft op het plegen van fraude. Hierin wil Maurice van Keulen, wetenschapper van onderzoeksinstituut CTIT van de Universiteit Twente, verandering brengen. Van Keulen denkt dat persoonlijke informatie van mensen, verkregen uit sociale media, kan worden toegevoegd aan de feitelijke gegevens van instanties, men in staat zijn om het risico beter in te schatten.

Om gebruik te kunnen maken van informatie uit sociale media, zijn nog veel hobbels te nemen. Zo moet worden onderzocht of sociale media accounts zijn te koppelen aan de juiste personen, Met andere woorden: is Snoopy24 daadwerkelijk het Twitter-account van de heer Jansen uit Utrecht?

Inmiddels is een IT-systeem ontwikkeld dat uitgaat van een aantal persoonsgegevens zoals: naam, spreektaal en adres. Het is gelukt om daarmee uit de honderden miljoenen Twitteraccounts een beperkte hoeveelheid kandidaten te vinden, meestal een stuk of twintig, waar de juiste persoon tussen zit. Het daadwerkelijk koppelen van één persoon aan één Twitteraccount is nog niet gelukt, maar dat is vooral een kwestie van tijd en meer onderzoek.

Er is ook aandacht voor ethische aspecten van het onderzoek. Afstudeerder Henry Been erkent dat het onderzork de privacy van mensen vermindert, maar het doel waarvoor dat gebeurt, maakt het ethisch te verantwoorden. ‘Fraudebestrijding is immers in het belang van iedereen.’

Deel dit bericht

2 Reacties

Arnoud Groot

Grappig idee, maar dit wordt al massaal in de praktijk toegepast! Zie mijn blog voor TROS Radar van februari dit jaar: http://www.trosradar.nl/columns/archief/detail/article/foute-facebook-vrienden-dan-geen-hypotheek/

En in zijn bijdrage aan het Opinie & Debat katern van het NRC Handelsblad introduceerde Evgeny Morozov onlangs diverse zorgwekkende varianten op dit zorgwekkende thema. De Wit-Russische auteur publiceerde vorig jaar zijn opzienbarende boek ‘The Net Delusion’ (De waan van het internet), waarin hij misbruik van het internet door autoritaire regimes aan de kaak stelde. In het NRC richtte hij zijn pijlen op banken die consumenten beoordelen op hun digitale schaduw voor ze een lening te verstrekken.

In eerste aanleg is dat niet perse een slechte zaak, argumenteert Morozov. Bij gebrek aan betrouwbare gegevens van aanvragers zonder kredietverleden hadden banken voorheen geen andere keuzen al deze personen en hun aanvragen op één grote hoop te gooien. Van daar uit was slechts uitzicht op twee opties: een lening tegen zeer onaantrekkelijke voorwaarden, of een volledige afwijzing. Door gebruik te maken van hun digitale schaduw kunnen de kredietverstrekkers deze kandidaten echter veel nauwkeuriger beoordelen.

In de praktijk is het echter maar de vraag of consumenten hier wel zo blij mee moeten zijn. Zo kijkt het in Hongkong ge vestigde Lenddo bijvoorbeeld eerst goed naar de relaties van aanvragers op Facebook en Twitter. Als daar te weinig betrouwbare personen bij zitten, kan de aanvrager de lening wel op zijn buik schrijven. Het Duitse Kreditech analiseert naast de betrouwbaarheid van het vriendennetwerk liefst 8.000 andere online indicatoren om die beslissing te maken. Daaronder ook de locatiegegevens (die aanvragers continu verspreiden via huncomputers, smartphones en tablets), Likes, webwinkelaankopen- en gedrag en door aanvrager gebruikte apps.

En het kan nóg uitgebreider. “Voor ons zijn alle gegevens kredietgegevens”, vertelde Douglas Merill, de voormalige chef informatie van Google, vorig jaar aan de New York Times. “We weten alleen nog niet hoe we ze moeten gebruiken. Die les hebben we bij Google geleerd.” Vrienden is een social media-netwerk zijn bijvoorbeeld van belang, maar ook welke informatie er gedeeld wordt, het taalgebruik, het lettertype en zelfs de tijdstippen waarop de pagina wordt aangepast. Merill is nu eigenaar van kredietinformatieverstrekker ZestFinance, dat in totaal 70.000 verschillende soorten ‘signalen’ verwerkt in het risicoprofiel van kredietaanvragers.

Dat is angstaanjagend, maar Morozov gaat nog een stapje verder. Want wat gebeurt er als voorgenoemde bedrijven hun extreem gedetailleerde kennis gaan gebruiken om internetgebruikers te manipuleren? Ook daar wordt inmiddels al mee geëxperimenteerd, beschreef ik in een eerdere column over de verkiezingscampagne van Obama [ http://www.trosradar.nl/columns/archief/detail/article/een-persoonlijke-e-mail-van-obama/ ]. Het moet voor deze bedrijven bijvoorbeeld wel heel verleidelijk zijn om klanten met behulp van deze kennis te prikkelen tot het doen van nieuwe aankopen. Van de gemiddelde consument kun je onmogelijk verwachten dat hij door dergelijke extreem geraffineerde vormen van manipulatie heen prikt. Het wordt dan ook hoog tijd dat toezichthouders gaan nadenken over maatregelen om dergelijke misbruik van privégegevens aan banden te kunnen leggen.

F.M.Blocq

Dit gebruik van iemands internetgegevens zou slechts geoorloofd moeten zijn onder twee condities:
1): iedereen die jouw sites, netwerken e.d. bezoekt zou een direct zichtbaar ” cookie” moeten achterlaten, zodat de eigenaar van het account in een oogopslag kan zien wie de gegevens heeft gelezen en of diegene daar toestemming voor heeft gehad;
2): gegevens die gebruikt zijn bij een sollicitatie, een leningaanvraag o.i.d. van een sociaal media netwerk zonder dat de eigenaar daarvan toestemming daartoe heeft verleend aan de gebruiker, maken de afwijzing van de aanvraag ongeldig.
Blijft over het probleem dat de bewijslast dat iemand zich bediend heeft van gegevens zonder toestemming niet eenvoudig is, maar met een slimme gesprekstechniek valt daar wel enigszins achter te komen.
In ieder geval is dit een begin om dit veelkoppige monster een halt toe te roepen.
DE COACH, F.M.Blocq.

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond