‘Organisatie moeten meer doen met geo-data en GIS-analyses’

“Deze twee dagen gaan over mensen achter technologie en de opgaven waar zij voor staan.” Zo opende Mark Herbold, CEO van Esri Nederland, de 25e Esri GIS Conferentie. Hij vertelt dat The Science of Where hét middel is vraagstukken in de wereld te omarmen. En daarin zijn gebruikers van geo-informatie en GIS-technologie heel belangrijk. ‘You make the maps that run the world’, is een bekend statement van Esri Nederland.
Terugblik
De Esri GIS Conferentie begon in 1994 als klein evenement met een paar honderd deelnemers. Het groeide uit tot een platform waar gebruikers van geo-informatie en partnerbedrijven inspiratie kunnen opdoen, kennis kunnen uitwisselen en ervaringen kunnen delen. Het evenement is flink gegroeid; de 25-jarige jubileumeditie van de Esri GIS Conferentie had 1600 deelnemers over twee dagen.
Er was opnieuw een afwisselend programma. Van presentaties over toepassingen van GIS in de praktijk tot het netwerken door de deelnemers zelf op de beursvloer. Een rode draad die voortdurend terugkwam was ‘grenzen’. Jan Willem van Eck van Esri Nederland, een van de keynotes zei: “Wat begrenst ons? Wat houdt ons tegen? Zijn we met de juiste dingen bezig? De context bepaalt hoe we tegen het begrip ‘grenzen’ aankijken. Is de horizon de grens waar dingen eindigen of begint daar iets nieuws?” Zijn conclusie na een aantal presentaties: “Wat ons eigenlijk begrenst is alleen dat wat we ons gezamenlijk kunnen verbeelden.”
Digitale transformatie doorgemaakt
De presentatie lieten de digitale transformatie zien die organisaties hadden doorgemaakt; veranderingen dankzij de ontwikkeling van technologie. Zo presenteerde Nol Witte, coördinator functioneel en gegevensbeheer, van Omgevingsdienst Midden-Holland hoe hun Web GIS-infrastructuur opgebouwd is en hoe deze wordt toegepast bij bouwtoezicht en advisering. Royal HaskoningDHV besloot om de digitale transformatie te omarmen, vertelde director Frank Legters. “We zien in dit digitaal tijdperk dat het mogelijk is om te werken aan meer, betere en nieuwe waarde.” Royal HaskoningDHV ontwikkelde onder meer een nieuwe benadering voor het delen van de complexe informatie uit een milieueffectrapport (MER). Het resulteerde in de digitale multimediale MER: iReport. Een nieuw programma binnen Royal HaskoningDHV, Flowtech, is een programma voor realtime verkeersmanagement. Steeds meer voertuigen gaan data generen, waarmee het advies- en ingenieursbureau kan inspelen op nieuwe verkeerssituaties.
Nieuwe grenzen en uitdagingen
Jaco van der Quast is manager Operations Staf Geographic Comptence Center bij Gasunie. Hij ging in op wat de energietransitie betekent voor het transporteren van energie, waarvoor de Gasunie verantwoordelijk is. Voor de Gasunie is veilig en betrouwbaar gastransport het allerbelangrijkste. Met de invoering van een Asset Data Warehouse en Geoportaal 2.0 is hiertoe een solide fundament gecreëerd. Marianne Vogels van de gemeente Rotterdam vertelde over hoe de gemeente bezig is om de stad digitaal gestuurd te reinigen. En Niels van der Vaart, product manager bij Esri Nederland, behandelde de grenzen in technologie: de integratie met AutoCAD en opkomende technologiën AR, VR en machine/deep learning passeren de revu.
Gerwin Hop, directeur van de data-gedreven adviseurs van Over Morgen vindt dat organisaties meer moeten doen met geo-data en GIS-analyses. “Het wordt onze grootste groeimarkt. De potentie is enorm.” Hij schetst het belang: “Tot 2050 zijn er nog 8000 werkdagen om 8 miljoen woningen in Nederland om te bouwen van gas naar elektra. Dat zijn 1000 woningen per dag. Als we dit allemaal willen aanpakken, hebben we data en analyses nodig.” Thomas de Ruyck van KPMG legt uit dat een bedrijf als KPMG – dienstverlener voor assetmanagement – ook veel gebruik maakt van kaarten en datasystemen. Kaarten zijn een belangrijk hulpmiddel bij asset decision making binnen het bedrijf, legt hij uit.
GIS voor de volgende generatie
Om de toegang tot GIS in het onderwijs te faciliteren maakt Esri via een speciaal programma ArcGIS Online beschikbaar: ArcGIS voor op School. Hierin kunnen docenten kosteloos gebruik maken van GIS. Tim Favier van de Universiteit Utrecht: “Ik denk dat GIS heel veel te bieden heeft voor het voortgezet onderwijs.” Niet voor niets zijn ‘webgis-applicaties’ en ‘GIS-applciaties’ in het examenprogramma van aardrijkskunde opgenomen. “Toch wordt GIS maar beperkt gebruikt, want de juiste hardware is niet altijd beschikbaar. Daarnaast zijn er maar weinig schoolboeken die GIS of webapps behandelen, omdat dit voor leerlingen nog best lastig is. Daarnaast vinden docenten het lastig om deze lessen te begeleiden.” Daarom gelooft Favier juist in ArcGIS Online. “Dit is een eenvoudig te gebruiken tool waar niet veel kennis van datasets voor nodig is.” Vijf leerlingen van het Einstein Lyceum in Hoogvliet en hun docent Mathijs van Breukelen tonen dit aan. Zij hadden een veldwerkopdracht waarin ze met GIS aan de slag konden in de eigen omgeving en de leefbaarheid beoordeelden.
De kracht van GIS is onveranderd, de impact van GIS is groter
Er waren meer dan 15 standhouders in de verschillende paviljoens en op de beursvloer te vinden. Het middagprogramma bestond uit een afwisselend aantal sessies in verschillende thema’s: assetmanagement, digitale transformatie, analytics, Omgevingswet en informatiegestuurd werken. Verspreid over twee dagen was er keuze uit bijna 25 verhalen uit de praktijk. Verder waren er zo’n 20 technische sessies en diverse Expert Round Tables.
Hoe GIS in de afgelopen 25 jaar is gegroeid illustreert business manager Bas Bijtelaar. “Ik begon toen als GIS-professional bij de provincie Gelderland en stond voor een klein zaaltje te vertellen over een papieren kaart. Onlangs was ik vanuit mijn rol bij Esri Nederland weer bij de provincie en mocht aan een volle zaal vertellen hoe het digitale GIS organisatiebreed ingezet wordt.” Hij besluit: “De kracht van GIS is in de afgelopen 25 jaar hetzelfde gebleven, maar de impact van GIS is vele malen groter geworden.”
Dit artikel is een ingezonden bericht en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.