Industry Wire

Geplaatst door TU/e

Techniekpromotie motiveert leerlingen middelbare school voor wetenschap en technologie

Een tekort aan werknemers in wetenschap en technologie (internationaal afgekort als STEM: Science, Technology, Engineering, Mathematics) is voor STEM-gebaseerde industrie en hoger onderwijs reden om een ​​diversiteit aan outreach-activiteiten te ontwikkelen om middelbare scholieren te stimuleren voor een ​​carrière in wetenschap en technologie. Annemieke Vennix, van de Eindhoven School of Education (EsoE), concludeert dat outreach-activiteiten veel potentie hebben om studenten te motiveren voor STEM. Uit haar onderzoek volgt het advies om bij deze activiteiten vooral aandacht te besteden aan de impact van STEM op het dagelijks leven, de persoonlijke relevantie en de daadwerkelijke werkplek.

Er is een wereldwijde trend te zien in zowel de actualisering van het curriculum als in nieuwe activiteiten die worden georganiseerd om studenten te motiveren en studenten gemotiveerd te houden voor STEM-cursussen en -carrières. De activiteiten die in samenwerking met de industrie worden uitgevoerd, worden outreach-activiteiten genoemd.

Grote diversiteit

Drie hoofdkenmerken van outreach zijn de deelname van een STEM-bedrijf of een instelling voor hoger onderwijs, begeleiding door het bedrijf of een instelling voor hoger onderwijs en aansluiting van het onderwijs op de echte wereld van wetenschap en technologie. Hoewel alle outreach-activiteiten deze kenmerken delen, is er ook een grote diversiteit in duur, frequentie, locatie, doelen en onderwerpen.

Vennix gebruikte een aanpak met meerdere casussen om te onderzoeken welke kenmerken en aspecten van outreach-activiteiten van invloed waren op de motivatie van studenten en hun houding ten opzichte van STEM en een toekomstige carrière. Haar theoretisch kader was gebaseerd op de de zogeheten Self-Determination-Theory (SDT). De link tussen de outreach-activiteit en begeleiding en de motivatie en attitudes van de student staat hierin centraal. Ze veronderstelt dat vier verschillende concepten met elkaar verband houden: de outreachende leeromgeving, vervulling van psychologische basisbehoeften, motivatie en houding ten opzichte van STEM.

Vaker kiezen voor STEM

Vennix concludeert uit haar studies dat outreach-activiteiten veel potentie hebben om studenten voor STEM te motiveren. De percepties van studenten van de outreachende leeromgeving waren zeer positief en er werden positieve associaties gevonden tussen deze percepties en autonome motivatie. Meer autonoom gemotiveerde studenten zullen wellicht vaker kiezen voor een toekomstige STEM-carrière. Daarom wordt het sterk aanbevolen voor STEM-gebaseerde bedrijven om outreach-activiteiten te blijven aanbieden.

Daarbij is het raadzaam om de impact van STEM op het dagelijks leven te belichten, persoonlijke relevantie te benoemen en de daadwerkelijke werkplek te laten zien (buitenschoolse component). Omdat de motivatie en houding van de leerlingen persoonlijk zijn, betekent dit dat er nog steeds een verscheidenheid aan activiteiten nodig is. Dit geeft studenten meerdere voorbeelden in termen van verschillende inhoud en manieren van werken, en hiermee hebben studenten een grotere kans dat een of twee echt passen bij hun persoonlijke interesse. Daarnaast geeft een verscheidenheid aan activiteiten het meest complete en reële overzicht van het STEM-veld.

Hoewel verdere verbeteringen in outreach-activiteiten kunnen worden aangebracht, worden de motivaties en attitudes van studenten ten aanzien van het nastreven van een STEM-carrière duidelijk gestimuleerd wanneer studenten outreach-activiteiten bijwonen. Daarom beveelt Vennix ten zeerste aan om door te gaan met het aanbieden van outreach-activiteiten in STEM aan alle studenten. Dit proefschrift kan worden gezien als een eerste poging om de effecten van dit soort activiteiten op studenten te bestuderen, maar er ligt volgens Vennix nog veel interessanter werk over dit onderwerp.

Titel van het proefschrift: Outreach learning environments and student motivation in STEM. Begeleiders: Perry den Brok (WUR), Ruurd Taconis (TU/e).

Dit artikel is een ingezonden bericht en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.

Deel dit bericht