PvdA:Nieuwe Europese btw-regels onwerkbaar voor webwinkels
De PvdA vindt de nieuwe Europese btw-regels ‘onwerkbaar’ voor webwinkels. Zij vreest dat online-verkopers gedwongen zijn hun bedrijf op te geven nu zij een per land een ander (soms ook hoger) tarief in rekening moeten brengen.
Sinds 1 januari van dit jaar gelden nieuwe btw-regels voor elektronische producten als films, muziek en e-books. Online handelaren die ook aan het buitenland verkopen, moeten voortaan het tarief hanteren van het land waar de consument woont. Dat leidt volgens de PvdA tot administratieve chaos.
Tweede Kamerlid Ed Groot van de PvdA en partijgenoot uit het Europees Parlement Paul Tang hebben schriftelijke vragen gesteld aan staatssecretaris Eric Wiebes van Financiën en verantwoordelijk eurocommissaris Pierre Moscovici. ‘Een Nederlands bedrijf dat bijvoorbeeld aan een Duitser een e-book verkoopt moet het Duitse btw-tarief van 19 procent aanrekenen. Dat geld moet hij ook nog eens aan de Duitse btw-dienst overmaken’.
Voor het afdragen van btw is volgens juridisch specialist Arnoud Engelfriet wel een oplossing: registreer je bij onze Belastingdienst, waarna die de btw-bedragen ontvangt en verdeelt over de belastingdiensten per land. ‘Zo heb je maar één loket waar al je btw heen gaat.’
Deel dit bericht
Plaats een reactie
Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond
7 Reacties
DubbelOZ
Er gelden drempels voor elk land afzonderlijk.. Dus je hoeft hier pas aan te voldoen als je al behoorlijk veel omzet hebt per buitenland. Deze info kun je terugvinden op de website van de belastingdienst..
Pieter
@DubbelOZ die grenzen gelden bij de nieuwe regels niet voor elektronische (bijv. Ebooks) en accijns- (bijv Wijn) goederen.
eMilty
@DubbelOZ: zo was het en is het nog steeds voor fysieke producten, maar voor electronische diensten / producten gelden nu per 1 januari andere regels. De aangifte en betaling is niet zo’n probleem als je dit via de NL’se belastingdienst regelt zoals Arnoud zegt, lastiger is wel om je webshop software zo ver te krijgen dat het juiste tarief gefactureerd wordt en je ook “bewijs” verzameld welk tarief je moet hanteren.
Paul Haarman
Het is erg lastig, maar het heeft ook zijn voordelen, zeker ten opzichte van de grote online reuzen die maar al te gemakkelijk zich vestigen in het land met het laagste BTW tarief en vandaar uit een marge-voorsprong creëren. De drempels voor fysieke producten worden door deze grote spelers wel gehaald en dat betekent dat ook zij met het tarief voor elk land rekening moeten houden. Aan de andere kant zou het wel zo makkelijk zijn wanneer we in de EU 1 BTW tarief hadden. Zou men daar in Brussel eens over na kunnen denken? En ja, dat betekent dat je per land wat aan gezag inboet, so what?
Gert Bras
De PvdA heeft duidelijk (lang) liggen slapen vorig jaar, zowel in het Europees Parlement als in de 2e Kamerfractie. Begin januari beschreef ik dit probleem al in één van mijn columns (zie ook: http://www.webshop-pro.nl/nieuwe-btw-regels-voor-webshops-de-eu/) waarbij de conclusie was dat men ‘vergeten’ was om een drempelwaarde in te stellen waar deze nieuwe verplichting begint. Nu zijn kleine webshops de dupe van dit wangedrocht. Het wachten is op de volgende miskleun van politici die niet gehinderd worden door enig vorm van kennis over eCommerce.
Dat emerce.nl overigens nu pas met dit bericht komt laat zien dat de redactie ook heeft zitten slapen en/of over weinig kennis beschikt. Jammer, ik had meer verwacht van dit medium…
Jurgen van der Vlist
Concreet voorbeeld van zakendoen in de 21e eeuw:
Je hebt een kleine shop met virtuele items in een 3D-wereld. Je verkoopt bijvoorbeeld in een game zelfgemaakte virtuele zwaarden. Ze kosten 99 eurocent per stuk, inclusief 21% Nederlandse BTW. Je laat je klanten met een paar clicks betalen via Bitcoin, PayPal of iDEAL. Simpel en snel.
Tot 1 januari 2015 was dit prima te doen, maar door de nieuwe EU-regels vanaf 1 januari niet meer.
De problemen beginnen met de locatie: je dient vanaf nu als ondernemer met minstens 2 niet-tegenstrijdige bewijzen van geografische locatie van de klant te komen. In bovenstaand voorbeeld had je die gegevens voorheen niet nodig.
Hoe bewijs je nu in je shop dat user X uit Denemarken komt waar de BTW 25% is?
De EC noemt het IP-adres van de klant als voorbeeld van locatie. De EC gaat daarbij voorbij aan het feit dat een IP-adres geen fysieke plaats in neemt. IP-adressen zijn niet gebonden aan een land. Je kunt hooguit inschatten waar een IP-adres zich bevindt, maar zelfs de beste betaalde GeoLookup-services zitten er vaak naast.
Wanneer je shopt via VPN is je locatie al helemaal niet te traceren. (Zin in lage BTW? Gebruik dan een VPN-verbinding vanuit Luxemburg.)
Het IP-adres had nooit als bewijs van locatie van aankoop toegestaan mogen worden.
Overige bewijzen van locatie zouden zijn: factuuradres, bankgegevens, mobiele landencode etc. Een shop zoals in het voorbeeld had tot 1 janari deze gegevens helemaal niet nodig. Als je een fysiek factuuradres vraagt voor een virtueel zwaard in een game ben je niet goed bezig.
Bankgegevens? Een Bitcoin-transactie gaat niet via een bank, en heeft daarmee ook geen bankgegevens.
Conclusie: de locatie van aankoop valt met geen enkele mogelijkheid waterdicht te bewijzen.
De EC legt de bewijslast volledig bij de ondernemer, die de bewijzen maar liefst 10 jaar lang moet bewaren en op aanvraag onmiddelijk moet overhandigen aan een belastingdienst van 1 van de 28 lidstaten. Dus, als op een dag de Poolse belastingdienst bij je aanklopt om bewijzen te vragen, dan heb je een probleem.
Stel, het lukt toch om de locatie van aankoop vast te leggen, dan dien je nog de juiste BTW te berekenen. Daarbij dien je rekening te houden met maar liefst 71 verschillende BTW-tarieven (per land, hoog/laag/nul), die regelmatig kunnen veranderen.
Je kunt van te voren niet meer een totaalprijs tonen op een vaste omzetprijs voordat je op 2 niet-tegenstrijdige manieren de locatie van je klant hebt bepaald. Zijn ze wel tegenstrijdig, dan zul je de klant moeten weigeren of om nog meer bewijzen moeten vragen, voor je een totaalprijs kunt tonen. Je kunt wel een vast bedrag vragen voor iedere klant en de BTW erin verwerken, maar dan levert een klant je in Denemarken minder op dan in Spanje. Dat kan, maar lijkt me zakelijk gezien niet altijd wenselijk. De marges worden dan variabel.
Een ander probleem: in elk land gelden andere regels. Een e-book in PDF-formaat moet je bijvoorbeeld volgens de Franse belastingdienst uitprinten(!) en valt daarom in Frankrijk niet onder de nieuwe regels, maar in Nederland denkt de belastingdienst daar anders over.
Waar het bijhouden van wetgeving van 1 land al een opgave kan zijn is dat met 28 verschillende landen voor veel ondernemers niet meer te doen.
Het registreren en het afrekenen via de MOSS wordt qua facturabele uren een waar feest voor administratiekantoren (tenzij ze nog niet op de hoogte zijn van deze regels). Een ZZP’er kan er maar beter meer niet aan beginnen: te complex en een fout is zo gemaakt met een BTW-aangifte met 71 verschillende tariefvelden.
Bij microtransacties van 99 cent zoals in bovenstaand voorbeeld kun je maar beter stoppen met je shop. De kosten wegen niet op tegen de baten en je dient bewijzen te leveren die er niet zijn. Maak je een fout, dan kun je daarvoor in 28 landen aansprakelijk worden gesteld.
De nieuwe regels maken modern e-zakendoen moeizaam, in bepaalde gevallen zelfs totaal onmogelijk en zetten hiermee de bedrijven en klanten in de EU op een achterstand qua innovatie en technologische ontwikkeling. De regels lijken bedoeld te zijn voor grote bedrijven zoals Apple en Google, maar zijn aan ieder bedrijf opgelegd, dus ook aan de SMEs: kleine en middelgrote bedrijven tot 250 man. Die groep vertegenwoordigt maar liefst 99% van het aantal bedrijven in de EU. De meeste microbusinesses bestaan maar uit 1 persoon, die met deze regels buitenspel worden gezet.
Catherine
Hi,
Geldt deze regeling ook voor de verkoop van kleding en sport accessories (dus niet gerelateerd aan e-books, en software en electronica).
Indien deze regel ook voor ons geld, is er een overkoepelende organisatie waar je je tax kan indienen en zij verrekenen het met de deelstaten binnen de EU.
Thanks,
C