-

Aandacht voor serverless cloud groeit – net als de roep om nieuwe tools

De ‘serverless’ architectuur krijgt beetje bij beetje meer aandacht. Met name onlinebedrijven kiezen voor dit alternatief voor het traditionele serverpark. Netflix rondde de migratie bijvoorbeeld begin vorig jaar af. In een terugblik die het bedrijf recent deelde zegt het blij te zijn met de ontwikkeling, maar het hoopt ook op nieuwe tools voor het beheer ervan.

De verwachtingen van een serverless architectuur – of ‘Function as a Service’ – zijn groot. Er wordt niet betaald voor de infrastructuur en servers, maar voor het effectieve gebruik van afgenomen services. Het cloudplatform laat zich zogezegd op afroep gebruiken. Alleen wanneer een gebruiker met zijn handelingen een code activeert of servers onderling informatie moeten uitwisselen, wordt er een beroep gedaan op de servercapaciteit en dus de portemonnee.

Oneindig opschalen

Het sluit naadloos aan op de huidige tijdsgeest: juist omdat het theoretisch mogelijk is om oneindig op te schalen, maakt het bedrijven wendbaar. Eigenlijk hoeven bedrijven niet meer aan capaciteitsplanning te doen. Of in ieder geval veel minder.

Met name Amazon Web Services heeft de bekendheid van de ‘serverloze’ architectuur groot gemaakt. De ‘stack’ bestaat uit Lambda voor de compute service, de ‘API Gateway’, DynamoDB voor databases en S3 voor opslag. Deze basis is uit te breiden met AWS’ aanvullende diensten. Maar behalve Amazon beschikken ook Microsoft, Google en IBM inmiddels over een vergelijkbaar platform. De verwachting is dat anderen zullen volgen.

Bedrijven gebruiken het onder meer voor mobiele backends, Internet of Things, big data of automatisering van processen. Zaken die hoe dan ook meer aandacht krijgen. Volgens IBM’s belangrijkste cloudbaas wordt deze ‘Infrastructure as a Service’ maar dan zonder verantwoordelijk over virtuele servers daarom een enorme groeimarkt. Tot 2021 zal die naar zijn verwachting zeven tot tien keer uitdijen. Een enquête van Sumo Logic onder eigen klanten die werken met ‘de grote drie’ laat de populariteit al zien. De omarming van Lambda nam bijvoorbeeld in een jaar tijd toe van twaalf naar 23 procent.

 

‘Zorgen zijn niet ineens verdwenen’

Netflix is één van de bekendere partijen die zich nadrukkelijk als voorstander manifesteert. In een tweeluik blikt het terug (deel één, deel twee) op de grootschalige migratie naar de cloud. Het bedrijf geeft aan bijzonder gelukkig te zijn met de keuze voor deze cloudinnovatie, de serverless architectuur en Lambda in het bijzonder. Vooral de toegenomen snelheid, schaalbaarheid en lagere kosten worden genoemd als voordeel. Netflix zegt zich daardoor meer bezig te kunnen houden met de productkenmerken. Maar zo schrijft het techteam ook eerlijk, operationele zorgen zijn echt niet ineens verdwenen. Die zorgen nemen alleen nieuwe vormen aan. Sommige daarvan zijn zelfs groter geworden.

Een serverless architectuur is inderdaad niet vrij van ‘operations’, schrijven twee andere experts. Dat bestaat namelijk uit meer dan het managen en schalen van servers: monitoring, beveiligen, implementeren – je zou het bijna vergeten. En hoewel de hele serverless-ontwikkeling volgens hen bijzonder hoopgevend is, staat het ook nog in de kinderschoenen. Er is bijvoorbeeld nog een gebrek aan tools voor monitoring, logging en debugging. Daarnaast zijn er ook zorgen over de performance. Want de Service Level Agreements bevatten daar doorgaans geen beloften over.

Deze vraag biedt ruimte voor nieuwe bedrijven of producten. De eerste namen dienen zich dan ook al aan. De open source oplossing ‘Serverless’ biedt daarom een raamwerk voor het beheren van de architectuur. Stackery belooft een console voor het uitrollen en monitoren, IOpipe levert eveneens software voor toezicht en controle.

Serverless architecturen zijn wat Netflix betreft een blijvertje, maar de behoefte aan nieuwe tools of de doorontwikkeling van de bestaande is groot. ‘De lat voor de ervaring die ontwikkelaars wordt geboden moet echt omhoog.’

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond