Deel dit artikel
-

AP: Zet privacy voorop bij smart cities

Gemeenten moeten scherp zijn op digitalisering en de inzet van smart city-toepassingen. Zij moeten voldoende kennis hebben en informatie over smart city-toepassingen krijgen om hun controlerende taak goed uit te kunnen voeren. Dat stelt de Autoriteit Persoonsgegevens (AP).

Nederland beschikt over veel technologische kennis en innovatiekracht. Gemeenten kunnen dit goed benutten voor het ontwikkelen van privacyvriendelijke smart city-toepassingen.

Bestuurders en ambtenaren moeten de rechten en vrijheden van burgers daarom uiterst serieus nemen, zegt de AP. Dat betekent dat zij hun privacy ook daadwerkelijk meenemen bij elke stap in de ontwikkeling naar een smart city. ‘Laat privacy het startpunt zijn van innovatie, niet het sluitstuk.’

De AP heeft gekeken naar de mate waarin gemeenten gebruik maken van smart city-toepassingen en hoe ze bij de ontwikkeling en invoering daarvan de persoonsgegevens van inwoners en bezoekers beschermen. De verschillen bij de inzet van smart city-toepassingen zijn groot. Sommige gemeenten lopen voorop in de ontwikkeling van smart city-toepassingen en zetten hiervoor nieuwe technologieën in. Maar er zijn ook gemeenten die geen of heel weinig smart city-toepassingen gebruiken. Dit verschil wordt onder meer bepaald door de omvang van de gemeente en de vraagstukken die er leven.

Gemeenteraadsleden kunnen bijvoorbeeld bij hun interne privacytoezichthouder – de Functionaris gegevensbescherming (FG) – vragen hoe de privacy geborgd is en welke risico’s er zijn voor mensen die in hun gemeente wonen, werken of er op bezoek zijn.

De aanbevelingen (pdf) zijn tot stand gekomen met dank aan diverse deskundigen en onafhankelijke reflecties van Waag, imec-CiTiP/KU Leuven en imec-SMIT/Vrije Universiteit Brussel (SPECTRE Project/Smart-city Privacy: Enhancing Collaborative Transparency in the Regulatory Ecosystem).

Foto Shutterstock

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond