Deel dit artikel
-

‘Coördinatie en sturing noodzakelijk voor onlinebeleid NPO’

Coördinatie en sturing zijn noodzakelijk om het budget voor de publieke omroep zo in te zetten dat het online aanbod van de NPO zoveel mogelijk impact heeft. Dat concludeert de Evaluatiecommissie NPO in haar vandaag verschenen eindrapport.

Het online beleid is volgens de commissie in lijn met dat van de meeste andere publieke omroepen in Europa. Zij verspreiden evenmin zomaar volledige programma’s via YouTube of andere sociale mediaplatforms, maar gebruiken deze vooral als promotiekanaal en om over programma’s te communiceren met kijkers en luisteraars. Bij vrijwel alle publieke omroepen staat voorop dat zij een eigen publiek on-demand en online domein willen creëren omdat zij niet afhankelijk willen worden van de grote, internationale internetbedrijven.

De opkomst van het internet en de digitalisering van programma’s en distributienetwerken hebben de afgelopen jaren een verschuiving teweeg gebracht in de manier waarop mensen media gebruiken, schrijft de commissie (pdf). Programma’s kunnen via veel meer verschillende platforms en apparaten worden bekeken dan alleen het traditionele radio- of televisietoestel. In 2018 had 43,5 procent van de huishoudens in Nederland een smart tv en 19,9 procent een mediacenter of dongel bij hun tv.

Sinds 2013 wordt budget structureel toegekend aan websites of apps die een minimaal aantal gebruikers hebben of een hoog aantal terugkerende bezoekers. De NPO is er zo in geslaagd om het aantal websites terug te brengen van 800 naar ongeveer 60 zogenaamde plussites en daarmee meer lijn aan te brengen in het online aanbod. Er werd geïnvesteerd in online gemeenschappen, vlogs en webseries en er werd geëxperimenteerd met nieuwe vertelvormen voor WhatsApp en Snapchat.

In de zelfevaluatie geeft de NPO-organisatie zelf al; aan dat het de internetstrategie nog niet volledig heeft kunnen uitvoeren. Een van de oorzaken is dat lang onduidelijk is geweest of en hoe de NPO zijn content op platforms van derden mag verspreiden. Het ministerie van OCW heeft er lang (drie jaar) over gedaan om tot een uitleg te komen over hoe de aanwezigheid van NPO content op de platforms van derden (Facebook, Instagram, WhatsApp) zich verhoudt tot de regelgeving rond aanbodkanalen.

De raad van bestuur van de NPO moet ‘met urgentie’ zijn online strategie uitswerken. Daarnaast is een visie op hoe data en algoritmes in een publieke omgeving op een verantwoorde manier ingezet kunnen worden van groot belang.

In het algemeen concludeert de commissie dat de Nederlandse Publieke Omroep van grote waarde is voor de Nederlandse samenleving en juist nu steun van de politiek verdient.

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond