-

ING Innovation Studio heeft eerste eigen validatie achter de rug

Als onderdeel van de innovatiestrategie van ING stelde het bedrijf in 2014 een Chief Innovation Officer aan en opende het haar eigen ‘Innovation Studio’. De eerste resultaten daarvan worden langzaam zichtbaar.

Grote corporates staan niet bekend om hun flexibiliteit en innovatiekracht. Ook ING moet tot die conclusie zijn gekomen en richtte vorig jaar een innovatiestudio op voor financiële of zogenaamde fintech startups. De corporate accelerator is volgens mede-oprichter Willem Schellekens met nadruk een combinatie van acceleratie en incubatie. Externe en interne teams met potentieel goede ideeën komen hierin samen.

Innovatiestudio is ook valideren

‘Het belangrijkste dat we met het team nastreven is de validatie van wat wel en niet werkt’, vertelt Schellekens. Zowel interne als externe teams komen hier dus voor in aanmerking. ‘Interne ‘starters’ hebben vanuit hun eigen discipline veel kennis, maar zijn gewend om bijvoorbeeld via watervalmethodes te werk te gaan en de volledige businesscase rond te breien. Daarbij wordt voorbij gegaan aan de vraag of het in praktijk ook voet aan de grond krijgt.

‘Externe starters schieten met een kleine hoeveelheid kennis en alleen een idee als basis uit de startblokken. De ontwikkelsnelheid die dan wordt gevraagd is enorm, de leercurve erg steil. De mentaliteit van de één en de vaardigheden van de ander moet je als corporate combineren.’

Als voorbeeld noemt hij wetgeving over de opslag en verwerking van data. Op vlakken als IT en juridische zaken kunnen de specialisten van interne teams een leidende rol innemen. Anderzijds hebben startups moeite aan te haken bij grote kanalen.

Aanhaken bij corporates

Schellekens: ’Het is niet zo dat je als startup een volledige customer journey a la Uber ontwikkelt, maar een schakel daarin. Hoewel externe starters wel eens opgaan in hun eigen wereld, moeten zij zich ook realiseren dat ze een onderdeel zijn van een proces en daarom moeten aanhaken bij andere schakels daarin, veelal de corporates. Het betaalproces is immers vaak een onderdeel van de totale, soms al bestaande, customer experience.’

Als fintech startup moet je dus niet per se een totale ervaring bouwen, maar met je oplossing klantwaarde creëren. ‘Neem Adyen bijvoorbeeld. Dat bedrijf heeft met de koppeling van betaalsystemen voor winkeliers een proces verbeterd, gecompleteerd. Het bedrijf treedt relatief weinig op de voorgrond, maar heeft door de samenwerking met corporates te zoeken de klantervaring – namelijk die van winkeliers en de consument – verbeterd. Corporates en startups moeten niet in wij en zij denken. Ze moeten elkaar opzoeken’ zegt Schellekens.

P2P-betalen

De recent gelanceerde fintech startup Bunq vindt hij passend bij die gedachte. Het bedrijf van Ali Niknam wil met het onderlinge betalen (p2p-betalen) via een app de Whatsapp van het bankieren worden. Niknam zei er dan ook in eerste instantie niet op uit te zijn mensen over te laten stappen naar Bunq als bank. De dienst moet vooral naast de primaire bank worden gebruiken.

Omdat het bedrijf ook een banklicentie heeft gekregen zou een volgende stap kunnen zijn dat het bedrijf als volwaardig alternatief voor de bank gaat fungeren. Dat maakt Bunq potentieel veelbelovend, zo ziet ook Schellekens. ‘Maar de techniek op zich is niet uniek. Je ziet meer van dit soort initiatieven, ook Apple zou er aan werken. Uiteindelijk heeft de consument er geen behoefte aan om plukjes geld her en der verspreid te hebben en voor de ene functie de bankomgeving te raadplegen, voor de volgende functie PayPal en voor weer een andere Bunq of een alternatief. De ontwikkelingen moeten leiden tot een integrale oplossing, uiteindelijk zal er dus een consolidatieslag plaatsvinden.’

Ook in de innovatiestudio van ING is gewerkt aan het zogenaamde p2p-betalen, met (deels) vergelijkbaar resultaat. De kruisbestuiving van aan de ene kant een intern team dat een infrastructuur ontwikkelde en aan aan de andere kant een team dat een nieuwe customer experience voor zich zag, resulteerde in de startup Tabster. De app is gekoppeld aan kassasystemen in de horeca en zo open, deel je met elkaar en betaal je een rekening vanaf je telefoon. Tabster is zogezegd een nieuwe schakel, een betere horeca-beleving het resultaat.

De koppeling van corporates en startups noemt Schellekens veelbelovend. Het innovatiecentrum is daarom recent een tweede ronde gestart met weer zes nieuwe teams. Je vindt intern bij corporates in veel disciplines experts en potentiele mentoren. Normaal schuiven die bij startups een uurtje aan, hier werkt men een halfjaar lang samen aan een oplossing. Tabster is daarvan een eerste voorbeeld. 

Deel dit bericht

1 Reactie

Esther

Leuk!

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond