-

Semantische sociale SEO: wat Google+ wel kan en Facebook niet

Hoewel Google+ heel erg lijkt op andere sociale media zijn er wel degelijk een aantal essentiële verschillen. In de eerste plaats dat Google+ je op allerlei manieren verbindt met alle andere diensten van Google. In de tweede plaats dat alles wat je openbaar op Google+ deelt ook direct wordt geïndexeerd in de Google zoekmachine. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld twitter en facebook. Een andere belangrijk verschil wat daaruit voortvloeit is dat het semantisch zoeken wat Google ontwikkelt ook op van toepassing is op wat je op Google+ doet en met wie je verbonden bent.

Semantiek
Het is belangrijk om even de term semantiek even plat en kort door de bocht toe te lichten. In de taalwetenschap gaat het bij semantiek om betekenisleer en daarmee hoe de mens betekenis geeft aan woorden. Bij Google gaat het bij semantisch zoeken om hoe zij computerkracht kunnen aanwenden om te “weten” en te “begrijpen” wat wij bedoelen als we een zoekopdracht invoeren. Het is dus geen poging om de semantiek die mensen toepassen exact na te bootsen, maar om een softwarematig alternatief daarvoor te bedenken. Hieronder gaan we verder in op hoe dat werkt en wat dat betekent voor de gebruikers van Google.

Semantisch zoeken
Bij semantisch zoeken zoals Google het ziet gebruiken we een terminologie voor online activiteiten die de zaken bedrieglijk eenvoudig beschrijven. We praten bijvoorbeeld over “relaties” en “gesprekken”. En via via verkrijgen we “referenties” door de “relaties” die we aangaan. Dit zijn woorden die we heel goed begrijpen, omdat ze deel uitmaken van onze dagelijkse ervaring.

We weten dat in de offline wereld deze netwerkactiviteiten belangrijk zijn omdat ze ons helpen te overleven. Relaties helpen ons in het creëren van een cirkel van vertrouwen waarbinnen we  ons veilig voelen. Gesprekken zijn hoe we met elkaar communiceren. Referenties zijn de rode draad die onze gedeelde manier van denken vormt. En referenties zijn bruggen naar onze cirkels van vertrouwen die ons helpen om nieuwe mensen te ontmoeten.

Online werkte dit als een benadering op zijn best en dan imperfect, totdat Google+ kwam. In Google+ is er semantische technologie aan het werk die:

  • profielen indexeert
  • activiteiten indexeert
  • de verbindingen tussen profielen indexeert
  • indexeert hoe we verbinden met anderen en anderen verbinden met ons
  • de verbindingen op het netwerk gemakkelijker en intuïtiever maakt

Hoe werkt dat semantisch zoeken dan?
Om te begrijpen hoe dit werkt, gaan we naar een omgeving waar de techniek minder goed werkt: Facebook. Facebook experimenteert ook met semantische verbindingen. De Searchgraph bevat semantische technologie die natuurlijke taal zoekopdrachten begrijpt (net als Google’s Hummingbird). Met de verkregen data van meer dan 1 miljard gebruikers wil Facebook de gebruiker specifieke individuele zoekresultaten bieden.

In theorie klinkt dit perfect. Eigenlijk meer dan perfect aangezien Facebook zit op een goudmijn van gegevens die zijn opgeslagen achter hun ‘walled garden’. Het vervelende is dat Facebook zoeken niet goed begrijpt waardoor dit concept slecht is uitgevoerd. Disambigueren bijvoorbeeld, een basisprincipe van de zoektocht die helpt onderscheid te maken tussen het Engelse woord “hammer” voor gereedschap om spijkers te slaan en “MC Hammer” (de rapper) was iets wat Facebook over het hoofd had gezien waardoor zoeken binnen facebook erg moeilijk kon zijn. In de tussentijd heeft Facebook dat aangepast en wat zijn de resultaten?

Hier is een voorbeeld van David Amerland de oorspronkelijke auteur van dit bewerkte artikel. (Tevens schrijver van Google Semantic Search wat ik ten zeerste aanbeveel.) Alex Jenkins van het Colchester Institute heeft een bericht op Facebook met David gedeeld om hem te bedanken voor zijn boek, Google Semantic Search. Hier wilde David op terug reageren alleen Alex zit niet in zijn vriendenlijst op Facebook waar hij een zeer kleine kring van contacten heeft.

Facebook-Semantics

Op Facebook is het mogelijk net als op Google+ door het teken @ of + te gebruiken om een gebruiker op te roepen in je bericht, zodat die dan een melding krijgt van het bericht. Op de afbeelding hieronder zie je wat er gebeurt als David Alex wil vermelden. Hij krijgt alleen de verbindingen die hij al bevriend heeft of volgt.Graphsearch bevat niet genoeg intelligentie om de verbinding die er al is geweest tussen David en Alex op te zoeken en weer te geven.

Dit zijn de tekortkomingen:

  • De verbinding tussen David en Alex werd niet herkend.
  • Facebook “begrijpt” niet dat we een zinvol contact hadden.
  • Door de eerste twee punten “begreep” Facebook ook niet dat Alex en David Amerland een gesprek hadden.

Dit is belangrijk omdat de Facebook zoekopdracht, in dit geval, door niet te begrijpen wat er gebeurd was het ook moeilijker voor Alex en David maakte om verder te verbinden. Tenzij ze Facebook “vrienden” zouden worden om meer te zien van elkaars informatie. Alleen weet David niet zeker wat voor inhoud Alex produceert en hoewel hij zijn boek gelezen heeft kan hij er niet zeker van zijn dat zijn Facebook postings iets weerspiegelen van wat hij doet. Hier hebben we dan te maken met een sprong in het ongewisse die, indien verkeerd, teruggedraaid moet worden door middel van ‘ontvrienden’. Het is rommelig, ingewikkeld en dit is niet hoe we offline werken. Er is geen reden om te denken waarom het online wel zo zou kunnen werken. In de Facebook-wereld is niemand van invloed tot we specifiek besluiten dat die ander met ons verbonden is door dat formeel te verklaren aan Facebook via wederzijdse Facebook “vriendschap”.

Dit is semantiek light. Zeer light.

Hoe werkt dat dan in Google+?
Als je in een bericht iemand wil vermelden dank komen ze in de keuzelijst ongeacht of je met ze bevriend bent of volg, soms als eerste. Google heeft namelijk al voorgesorteerd met wie je het meest contact hebt.

Google begrijpt dat als je reageert op een bericht en je wilt mensen vermelden dat het zeer waarschijnlijk is dat je andere deelnemers aan het gesprek wilt vermelden. Die namen staan klaar om te verschijnen wanneer je begint te typen, zelfs al heb je ze nog nooit gezien en soortgelijke namen zijn gerangschikt in volgorde van prioriteit ten opzichte van de verbinding in het bericht waarop je reageert.

Dit betekent ook dat Google begrijpt dat de interactie een gesprek is. Informatie wordt uitgewisseld door mensen. Het begrijpt dat relaties mogelijk worden binnen die omgeving als je reacties uitwisselt met elkaar. Het algoritme begrijpt de prioriteiten van deze relaties (de namen van totale vreemden verschijnen in mijn vermeldingen lijst, omdat ze meer relevant zijn dan die van mijn kringen voor het besproken onderwerp).

Hiervoor is inzicht nodig in de verschillende graden van verwantschap die bestaan in deze context. Van totaal onbekende tot oppervlakkige kennis, tot gesprekspartner of iemand die je volgt met de bedoeling voor interactie in de toekomst. En zelfs als je iemand volgt en zij volgen terug begrijpt dat dat niet automatisch een sterke band betekent. Google+ weet dat de beleefdheid om elkaar te volgen niet gelijk staat aan een verplichting om veel met elkaar te communiceren.

Google begrijpt bovenstaande en weet daarom ook het volgende:

  • Het belang van je interactie met iemand in termen van lengte en onderwerp (en heel misschien, gevoel).
  • Het belang van je relaties aan anderen ten opzichte van uw acties.
  • Het belang van je gesprekken ten opzichte van uw interesses en expertise.
  • Het feit dat je kringen en interesses de hele tijd verbreden.

Conclusie
Dit creëert een wrijvingsloze omgeving waar, net als in het echte leven, je kunt communiceren met iemand op een manier waarop jij wilt. Je kunt eerst zien wat voor vlees je in de kuip hebt. Op basis daarvan kun je beslissen of het iemand is waarmee je verder wilt voor nu of de toekomst. En dat kan allemaal zonder veel bewuste planning of denken. Waar komt SEO in dit allemaal terug? Buiten het feit dat de semantische technologie in Google+ ons genuanceerde sociale gedrag herkent, begint het ook te begrijpen, door dat gedrag, wie wij en anderen zijn en wat we doen. Dit heeft echte invloed wat betreft de inhoud die we online delen en de engagement die we genereren en dus ook hoe wij en onze produkten en diensten door Google worden gevonden. Ons sociale online gedrag heeft dus invloed op ons en de mensen om ons heen, zowel prive als professioneel. Net als in het echte leven.

Overigens is dit geen argument om te stoppen met Facebook. Waar ik vooral op wil wijzen met dit ene voorbeeld is dat Google+ een heel ander beestje is dan de andere sociale netwerken. De belangrijkste reden voor de meesten om dit in te zien is de impact die content delen en relaties aangaan op Google+ heeft op je vindbaarheid in Google. Je zult niet op automatisch op de eerste pagina van zoekresultaten komen, maar je informatie wordt wel veel relevanter voor mensen die naar jou zoeken aangezien Google er voor zorgt dat alle zoekresultaten worden gepersonaliseerd. Wat je dan deelt aan informatie op dit netwerk en de hoeveelheid goede relaties die je daar hebt worden dan steeds belangrijker voor je vindbaarheid of dat van je organisatie.

*)Dit artikel is een bewerking van David Amerland’s Semantic Connections in Google Plus and your SEO.

Deel dit bericht

7 Reacties

Paul

Google gaat Facebook heel snel voorbij de komende jaren! Facebook is leuk voor C2C en B2C, maar als professional wil je daar niet aanwezig zijn. Op Linkedin en Google plus wel! En bij G+ is het erg makkelijk om goed onderscheidt te maken in groepen. Het echte geheim is denk ik nog steeds Authorship en SEO: http://www.ensie.nl/definitie/Google_Authorship

Brendan

Eens Paul. En uiteindelijk zijn we bijna allemaal tegenwoordig op diverse manieren professioneel bezig online. Dus alleen al daarom moet je meedoen op G+ en interacteren met mensen daar. En inderdaad ook LinkedIn, want daar gebeurt het ook.

Frits

Kom op, dit artikel had best wat beter nagekeken mogen worden én beter geschreven kunnen worden. Zo is er wel heel veel letterlijk overgenomen van het originele artikel. Soms zelfs te letterlijk: “Door de eerste twee punten “begreep” Facebook ook niet dat Alex en ik een gesprek hadden.” Ik? Eerst was die ‘ik’ nog auteur David Amerland en nu is ‘ik’ opeens Brendan…

Brendan

Hai Frits,

Je hebt gelijk, het had beter gekund. Komt doordat het originele stuk heel veel passieve vormen gebruikt. Maar die “ik” heb ik er helaas door laten glippen. Dat moet natuurlijk Davis zijn.

Brendan

Het is gecorrigeerd, bedankt voor je oplettendheid Frits.

Daniel Mulder

Hoi Brendan,

Leuk artikel! De grote plus is inderdaad dat Google+ profielen en pagina’s indexeerd. Ik leg toevallig net de laatste hand aan artikel over de relatie tussen Google+ en indexeren. Ben benieuwd wat je daar van vindt!

Gr Daniel

Brendan

Bedankt Daniel!

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond