-

Belastingdienst lokt uit tot privacyschending

Het is weer 1 april geweest. De datum waarop de aangifte inkomstenbelasting idealiter bij de Belastingdienst binnen moet zijn. De gegevens die een burger met belastingaangiftes invult, helpen de Belastingdienst bij het vaststellen en het opleggen van zijn verschillende heffingen. Daarbij zijn allerlei soorten gegevens van de belastingplichtige van belang. Denk bijvoorbeeld aan adres-, betalings-, verblijfs-, reis- en zelfs parkeergegevens. Zonder deze persoonsgegevens is de Belastingdienst niet goed in staat om zijn taken behoorlijk uit te voeren.

Big Data

Tegenwoordig verzamelen bedrijven via het internet en apps grote hoeveelheden gegevens van hun klanten (big data). Deze gegevens bevatten een schat aan informatie over individuen die de Belastingdienst goed kan gebruiken bij het uitvoeren van zijn controlerende taken. Het komt daarom steeds vaker voor dat deze gegevens op basis van artikel 53 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (Awr) bij bedrijven worden opgevorderd.

Kort gezegd dwingt een artikel 53 Awr-verzoek bedrijven om privacygevoelige gegevens van hun klanten aan de Belastingdienst beschikbaar te stellen. Het spreekt voor zich dat een ondernemer hier niet op zit te wachten. Niet alleen kan hij hierdoor imagoschade oplopen; ook claims van klanten zijn een terechte vrees.

Veel bedrijven vragen zich daarom af of zij zomaar aan een dergelijk verzoek gehoor moeten geven. Volgens de Belastingdienst moet deze vraag bevestigend worden beantwoord. Sterker, de ervaring leert dat de Belastingdienst zich in dergelijke procedures autoritair, bijna intimiderend op kan stellen. Voor de Belastingdienst lijken regels noch beperkingen te gelden. Maar zijn de controlebevoegdheden van de Belastingdienst daadwerkelijk onbegrensd?

Privacy

Ondernemers en burgers hebben in een democratische samenleving rechten om zichzelf te kunnen beschermen tegenover de overheid en haar instellingen. Een van de belangrijkste wapens die hierbij kan worden inzet, is het grondrecht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer (het recht op privacy). Natuurlijk is dit recht niet absoluut en moet er af en toe de afweging worden gemaakt tussen enerzijds het recht op privacy van een burger en anderzijds het belang van de Belastingdienst om de door haar gewenste informatie te verkrijgen.

Deze belangenafweging kan in het voordeel van de Belastingdienst uitvallen. Echter, een inbreuk op het privacyrecht door een artikel 53 AWR-verzoek van de Belastingdienst, zal altijd met voldoende, adequate en effectieve waarborgen moeten zijn omkleed om rechtmatig te zijn.

Overigens onderschrijft privacywaakhond het College Bescherming Persoonsgegevens dat de Belastingdienst zo beperkt mogelijk gebruik moet maken van zijn opvorderingsbevoegdheden. Bij een inbreuk door de Belastingdienst op het privacyrecht van klanten, is de minimum inbreuk dus ook gelijk de maximum inbreuk. Het gebruik van de aan de Belastingdienst verschafte wettelijke controlemiddelen mag niet ontaarden in machtsmisbruik. Wanneer die grens is bereikt is discutabel.

Foto: Alan Cleaver (CC)

Deel dit bericht

1 Reactie

Sil Kingma

Over het hierboven door mij behandelde onderwerp heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) recentelijk een interessant en voor de praktijk belangwekkend arrest gewezen in de zaak Bernh Larsen Holding A/S en anderen tegen Noorwegen. Hierin is, kort gezegd, geoordeeld dat een belastinginspecteur – onder omstandigheden – van een bedrijf kan verlangen hem een volledige back-up te verstrekken van de server waarop de bedrijfsadministratie wordt bijgehouden. Ook als die server eigendom is van een andere entiteit en de server de boekhouding van twee andere bedrijven en persoonlijke e-mails van medewerkers bevat. Een vergaande beslissing.
Wat was het geval. Begin 2004 kwam de Noorse fiscus voor controle langs bij Bernh Larsen Holding en eiste toegang tot en een back-up van de door Bernh Larsen Holding gebruikte servers. Bernh Larsen Holding was bereid om de fiscus toegang tot de servers te verlenen. Het verstrekken van een back-up van de servers opgeslagen gegevens ging Bernh Larsen Holding een brug te ver. Dit omdat op de door Bernh Larsen Holding gebruikte servers ook privé e-mailverkeer van medewerkers en de boekhoudingen van twee andere bedrijven stond.
De Noorse fiscus vaardigde hierop een informatiebeschikking uit, waarmee formeel afgifte van de back-up werd geeist. Ook besloot de fiscus de boeken van de beide andere bedrijven te controleren. Hiertegen werd door de geïnspecteerde partijen formeel bezwaar aangetekend. Uit het bezwaar blijkt onweersproken dat slechts een klein deel van de back-up versie relevant was voor de belastingcontrole.
Partijen spraken af dat een back-up tape gedurende de bezwaarprocedure bij de Noorse Belastingautoriteit verzegeld aan Noorse fiscus ter beschikking werd gesteld. De Belastingautoriteit stelt de klagende partijen deels in het gelijk, maar oordeelde niet dat de back-up moest worden geretourneerd. Partijen spannen hierop tevergeefs bij de rechtbank, het gerechtshof en de Hoge Raad procedures aan. Saillant detail is dat de fiscus na de procedure bij het Noorse rechtbank de back-up tape ten behoeve van een strafrechtelijk onderzoek op last van de politie heeft bestudeerd.
Volgens de Noorse hoogste rechtelijke instantie kan de Noorse fiscus op grond van zijn wettelijke bevoegdheden toegang verlangen tot alle documenten die relevant kunnen zijn voor de belastingheffing, inclusief opgeslagen elektronische documenten die niet tot de boekhouding horen. Omdat de administraties van de verschillende bedrijven niet waren gescheiden, overvroeg de fiscus Bernh Larsen Holding niet met een volledige back-up van beide servers.
De gecontroleerde bedrijven hebben daarop een klacht ingediend bij het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM). De Noorse fiscus zou met het opvorderen en bekijken van de back-up tape het recht van partijen en hun medewerkers op bescherming van de persoonlijke levenssfeer schenden.
Het EHRM onderzoekt of de fiscus bij het onderzoeken van de back-up tape op zijn kantoor voldoende garanties en waarborgen tegen misbruik van de gegevens heeft genomen. Deze vraag beantwoordt het EHRM bevestigend, omdat:
• de controle en het bekijken van de back-up tape vooraf door de Noorse fiscus is aangekondigd
• er bij de controle en het onderzoek vertegenwoordigers van de bedrijven aanwezig waren
• de bedrijven hun zienswijze kenbaar mochten maken en commentaar hebben kunnen geven op de volgens de fiscus voor het onderzoek relevante documenten
• de bedrijven het recht hadden bezwaar te maken tegen de informatiebeschikking
• de back-up tape werd gedurende de bezwaarprocedure in een verzegelde enveloppe bewaard
• partijen bij de controle van de back-up door de fiscus aanwezig konden zijn
• op de inspecteur de verplichting rust om een rapport op te stellen
• het belastingsubject recht heeft op inzage in dit rapport
• irrelevante documenten zo spoedig mogelijk door de fiscus dienen te worden geretourneerd
• de bedrijven kennelijk niet hebben geklaagd over het feit dat de back-up tape op last van de politie door de fiscus is bekeken en bovendien alle documenten direct na het onderzoek zijn vernietigd
• de via back-up tape verkregen informatie direct na het onderzoek geheel en permanent van de computersystemen van fiscus zouden worden verwijderd of vernietigd.
Op basis hiervan oordeelt het EHRM dat de Noorse fiscus een afgewogen en eerlijke afweging hebben gemaakt tussen enerzijds de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de geïnspecteerde partijen en hun personeel en anderzijds het belang van de fiscus belang om zijn controlerende taken behoorlijk te kunnen uitvoeren. Verder vindt het EHRM de verzoeken om toegang tot de complete server respectievelijk een back-up daarvan gerechtvaardigd, omdat de administraties van de betreffende bedrijven niet gescheiden waren.
Een vergaande beslissing, waarbij wat mij betreft vraagtekens kunnen worden gezet. Niettemin maakt dit arrest duidelijk dat Belastingdiensten niet zomaar informatie bij bedrijven kunnen opvorderen. zij moeten weldegelijk aan een heel aantal waarborgen voldoen.

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond