-

Government Trends 2020: de digitale burger

Hoe gaan overheden wereldwijd – en vooral in Nederland – om met de ‘tech tsunami’? Hoe kunnen zij ervoor zorgen dat de democratie blijft functioneren in zo’n snel veranderende omgeving? In een serie van negen webartikelen gaan wij in op de belangrijkste (toekomst)trends voor de publieke sector. Aflevering twee: hoe kan een unieke digitale identiteit de ‘end-to-end’ dienstverlening vanuit de overheid optimaliseren?

Waarom een unieke digitale identiteit?

Burgers en bedrijven vinden het vaak vervelend als ze steeds dezelfde informatie moeten verstrekken aan overheidsdiensten. Dit bleek ook weer uit een onderzoek van KANTAR in opdracht van de Nationale Ombudsman, dat op 11 juli jl. werd gepubliceerd. Waarom kan die informatie niet op één plek toegankelijk zijn voor alle diensten? Een unieke digitale identiteit kan de oplossing zijn om de kwaliteit en efficiency vanuit overheden flink te verhogen. De situatie dat sommige burgers geen of nauwelijks gebruik maken van bepaalde diensten waar zij wel recht op hebben kan daarmee ook worden verholpen. Resultaat is een overheid die zorgt voor een gelijke behandeling in gelijke situaties. Wereldwijd verdiepen daarom steeds meer overheden zich in het gebruik van de unieke digitale identiteit.

Voorbeelden uit diverse overheidssectoren

Een bekend voorbeeld is Estland. Elementaire informatie over burgers hoeft daar slechts één keer te worden ingevoerd en kan daarna met alle overheidsdiensten worden gedeeld. De Europese Unie is eenzelfde pad ingeslagen met het EU Once-Only project, waarmee burgers van de EU op termijn toegang krijgen tot publieke diensten in eigen land én andere lidstaten. In Nederland is de loonaangifteketen een goed voorbeeld, met informatiedeling uit de polisadministratie tussen Belastingdienst, UWV en CBS voor vooringevulde inkomstenaangifteprocessen. Dit principe zou in meer ketens uitgewerkt en toegepast mogen worden om burgers en ondernemers meer waarde te bieden.

Burgers én bedrijven

In sommige landen krijgen ook bedrijven inmiddels een unieke digitale identiteit, zoals in Nieuw-Zeeland. Deze kan ook tussen bedrijven worden gebruikt. De verwachte jaarlijkse besparing hiervan is zestig miljoen USD. In Nederland zijn we wat minder ver, onder meer door Europese regelgeving. Wel hebben we DigiD en eHerkenning, met de uitwerking van eID in uitvoering. Voor de Nederlandse overheid is de betrouwbaarheid van de identiteit een grote uitdaging. Het betrouwbaarheidsniveau moet voor veel diensten omhoog naar ‘substantieel’. Dat kan door onder andere principes van ‘tweefactor authentication’ te ontwikkelen .

Voordelen en risicofactoren

Een unieke digitale identiteit maakt de interactie met overheden een stuk makkelijker en vermindert eventuele ergernissen. De administratieve kosten nemen af, het wordt makkelijker om zaken te doen, fraude kan worden gereduceerd en een meer klantvriendelijke, digitale overheid komt een stap dichterbij. Estland is vooral zo’n succesverhaal omdat je daar burger of ondernemer kunt zijn zonder in het land zelf te wonen. Bijna alles kan op afstand worden geregeld. Er zijn ook risicofactoren, bijvoorbeeld op het gebied van cybersecurity en privacy. Deze verdienen veel aandacht in het ontwerp.

Hoe nu verder?

Er zijn goede juridische en beleidsmatige kaders nodig, met een duidelijke scope en doelstelling en een omschrijving waaruit blijkt wie waarvoor verantwoordelijk is. Om privacy en burgerrechten te bewaken, kan privacy-by-design worden toegepast. Er zijn diverse technologische mogelijkheden voor toepassing van digitale identiteit, zoals smart cards, biometrics, een iris-scan, gezichtsherkenning en mobiele apps. Welk gemak gaat de Nederlandse overheid haar burgers op een veilige manier aanbieden? Ook hier speelt het vraagstuk van de betrouwbaarheid.

Lees hier deel drie van de serie: De opkomst van ‘nudging’.

Lees hier deel één terug: Hoe AI de overheid verder kan ondersteunen.

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond