Onderzoek: hoe het staat met de rol van contant geld in Nederland?
Contant geld is voorlopig nog niet volledig weg te denken uit onze samenleving. Zo adviseerden banken Nederlanders recent nog om ook cash in huis te houden.
In het geval van bijvoorbeeld een stroomuitval of tijdelijke storing in het betaalverkeer kun je dan je boodschappen blijven doen. Als reactie werd er direct weer meer gepind. Aanleiding genoeg om uit te zoeken hoe het staat met de rol van contant geld en de beschikbaarheid van geldautomaten in ons land. In een rangschikking van de tien grootste economieën van de eurozone neemt Nederland de eerste plaats in als het gaat om onafhankelijkheid van contant geld, op korte afstand gevolgd door Finland, maar met grote afstand tot de andere landen.
Een analyse van het aantal geldmaten in achttien grote Nederlandse steden en een vergelijking met het rapport dat we drie jaar geleden uitbrachten laat daarnaast zien: vooralsnog blijft het aantal pinautomaten constant. Onder de streep zijn in drie jaar tijd slechts twee verdwenen. Wel zijn er grote verschillen tussen de verschillende steden. Zo kwamen er in Amsterdam zelfs negen geldmaten bij ten opzichte van 2021. In Den Haag nam het aantal juist af met zes.
Internationale vergelijking: Nederland minst afhankelijk van cash
In de rangschikking neemt Nederland met een score van slechts 1,55 van tien mogelijke punten de laatste plaats in. Alleen in Finland is contant geld ongeveer evenzeer uit de gratie geraakt (1,85 punten). De landen waarin contant geld nog altijd het belangrijkst is, zijn Oostenrijk (9,50 punten), Duitsland (7,10 punten) en Spanje (6,95).
Land | Score (op een schaal van tien) |
Oostenrijk | 9,50 |
Duitsland | 7,10 |
Spanje | 6,95 |
Ierland | 6,75 |
Italië | 6,05 |
Portugal | 5,75 |
België | 5,10 |
Frankrijk | 4,40 |
Finland | 1,85 |
Nederland | 1,55 |
Nederlandse mkb loopt niet meer warm voor briefjes en munten
In geen enkel ander land accepteren minder middelgrote en kleine bedrijven cash aan de kassa dan in Nederland (79 procent). In Frankrijk is dit bijvoorbeeld nog altijd 94 procent. Daarnaast geeft slechts 18 procent van de Nederlandse mkb’ers voorkeur aan contant geld. Dit staat in schril contrast met bijvoorbeeld buurland Duitsland, waar 32 procent van het mkb de voorkeur geeft aan cash. Alleen in Finland is cash nog minder vaak het favoriete betaalmiddel van mkb’ers (8 procent). Wat vindt het mkb van contante betalingen?
Land | Percentage van het mkb dat cashbetalingen accepteert | Percentage van het mkb dat de voorkeur geeft aan cashbetalingen |
Ierland | 96 procent | 33 procent |
Frankrijk | 94 procent | 19 procent |
Italië | 93 procent | 37 procent |
Oostenrijk | 92 procent | 54 procent |
Portugal | 90 procent | 21 procent |
België | 89 procent | 29 procent |
Spanje | 88 procent | 35 procent |
Duitsland | 87 procent | 32 procent |
Finland | 83 procent | 8 procent |
Nederland | 79 procent | 18 procent |
Nergens minder geldautomaten per inwoner dan in Nederland
Gekeken naar het aantal geldautomaten (relatief aan het aantal inwoners) staat Nederland wederom onderaan. In Nederland staan slechts 33 geldautomaten per 100.000 inwoners. In Frankrijk is dit aantal maar liefst bijna drie keer zo hoog (94) en in Oostenrijk staan zelfs vijf keer zoveel geldautomaten per inwoner als in Nederland (169). Ook bij onze zuiderburen, dat vrijwel net zo dichtbevolkt is als Nederland, staan nog altijd twee keer meer geldautomaten gemeten naar het inwoneraantal (67).
Het aantal contante betalingen aan de kassa is in Nederland in de afgelopen jaren (en vooral tijdens de coronacrisis) sterk afgenomen. Waar zeven van de tien Oostenrijkers nog contant afrekenen aan de kassa, is dit in Nederland slechts iets meer dan een op de vijf (21 procent). Ook onze oosterburen zijn nog fervente cashbetalers: hier rekenen drie keer zoveel mensen contant af aan de kassa als bij ons (63 procent).
Land | Percentage aandeel cashbetalingen aan de kassa | Aantal geldautomaten per 100.000 inwoners |
Oostenrijk | 70 procent | 169 |
Italië | 69 procent | 88 |
Spanje | 66 procent | 97 |
Portugal | 64 procent | 163 |
Duitsland | 63 procent | 79 |
Ierland | 54 procent | 45 |
Frankrijk | 50 procent | 94 |
België | 45 procent | 67 |
Nederland | 21 procent | 33 |
Finland | 19 procent | 37 |
Minder dan de helft van de Nederlanders vindt contant geld nog belangrijk
Ook naar de voorkeuren van consumenten is gekeken in de analyse. Van de Nederlandse consumenten geeft slechts 13 procent aan dat contant hun meest geliefde betaalmiddel is. In bijvoorbeeld Duitsland is dit nog altijd 30 procent. Ook dichten Nederlanders contant geld een veel minder belangrijke rol toe dan in andere landen in de eurozone. In Nederland vindt ondertussen minder dan de helft (46 procent) van de mensen het belangrijk dat we met contant geld kunnen betalen.
Land | Percentage van de consumenten die bij voorkeur cash betalen | Percentage van de bevolking dat het belangrijk vindt dat je met cash kunt betalen (zeer belangrijk/redelijk belangrijk) |
Oostenrijk | 45 procent | 66 procent (43 / 23 procent) |
Duitsland | 30 procent | 69 procent (39 / 30 procent) |
Ierland | 28 procent | 64 procent (33 / 31 procent) |
Spanje | 24 procent | 60 procent (23 / 37 procent) |
België | 19 procent | 64 procent (31 / 33 procent) |
Italië | 18 procent | 52 procent (19 / 33 procent) |
Portugal | 17 procent | 58 procent (21 / 37 procent) |
Frankrijk | 14 procent | 57 procent (23 / 34 procent) |
Nederland | 13 procent | 46 procent (17 / 29 procent) |
Finland | 7 procent | 57 procent (24 / 33 procent) |
In welke Nederlandse steden komen inwoners het makkelijkste aan contant geld?
Naast een internationale vergelijking is ook de beschikbaarheid van geldautomaten in achttien grote steden vergeleken. De meeste geldmaten staan in Amsterdam (164). Niet geheel opvallend wordt de hoofdstad gevolgd door Rotterdam (118) en Den Haag (113). Inwoners van Apeldoorn, Leiden en Amersfoort hebben de minste geldmaten in hun gemeente (24). Gemeten naar het aantal inwoners staan de meeste geldmaten in Arnhem (22,1 geldmaten per 100.000 inwoners), gevolgd door Enschede (20,4) en wederom Den Haag (20). Inwoners van Utrecht komen er bekaaid vanaf wat betreft het aanbod aan geldmaten (13,5 per 100.000 inwoners). Ook in Tilburg (13,9) en Apeldoorn (14,3) is het aanbod dungezaaid.
Stad | Aantal geldautomaten | Aantal geldautomaten per 100.000 inwoners | Geldmaten met storten biljetten (percentage van de geldmaten) |
Arnhem | 37 | 22,1 | 18 (49 procent) |
Enschede | 33 | 20,4 | 10 (30 procent) |
Den Haag | 113 | 20,0 | 42 (37 procent) |
Maastricht | 24 | 19,2 | 7 (29 procent) |
Eindhoven | 47 | 19,1 | 13 (28 procent) |
Leiden | 24 | 18,4 | 11 (46 procent) |
Amsterdam | 164 | 17,6 | 61 (37 procent) |
Rotterdam | 118 | 17,6 | 57 (48 procent) |
Haarlem | 29 | 17,3 | 11 (38 procent) |
Breda | 31 | 16,5 | 10 (32 procent) |
Nijmegen | 30 | 16,0 | 11 (37 procent) |
Groningen | 39 | 16,0 | 12 (31 procent) |
Almere | 36 | 15,9 | 9 (25 procent) |
‘s-Hertogenbosch | 25 | 15,6 | 8 (32 procent) |
Amersfoort | 24 | 14,8 | 9 (38 procent) |
Apeldoorn | 24 | 14,3 | 10 (42 procent) |
Tilburg | 32 | 13,9 | 12 (38 procent) |
Utrecht | 50 | 13,4 | 21 (42 procent) |
Waar verdwenen de meeste geldautomaten in de afgelopen jaren?
De Rijksoverheid houdt vast aan de zogenaamde vijfkilometernorm. Het doel is om ervoor te zorgen dat iedereen binnen een afstand van vijf kilometer geld op kan nemen. Dit is volgens De Nederlandsche Bank (pdf) dan ook voor 99,8 procent van de Nederlanders het geval, wat aangeeft dat de geldautomaten een goede spreiding en dekkingsgraad hebben.
De ontwikkeling van het aantal geldmaten in de grotere steden is hieronder weergegeven. Grote verliezer is Den Haag met zes verdwenen geldmaten, gevolgd door Eindhoven (-4) en Enschede (-3), terwijl het aantal geldmaten in Amsterdam juist met negen stuks toenam. Ook in Arnhem en Haarlem kwamen er relatief veel geldmaten bij (+4).
Stad | Aantal geldautomaten in 2021 | Aantal geldautomaten in 2024 | Verandering 2021-2024 |
Amsterdam | 155 | 164 | +9 |
Haarlem | 25 | 29 | +4 |
Arnhem | 33 | 37 | +4 |
Amersfoort | 22 | 24 | +2 |
Tilburg | 30 | 32 | +2 |
Rotterdam | 118 | 118 | Gelijk gebleven |
Almere | 36 | 36 | Gelijk gebleven |
Groningen | 40 | 39 | -1 |
Maastricht | 25 | 24 | -1 |
Apeldoorn | 25 | 24 | -1 |
Leiden | 26 | 24 | -2 |
Breda | 33 | 31 | -2 |
Utrecht | 52 | 50 | -2 |
s-Hertogenbosch | 27 | 25 | -2 |
Enschede | 36 | 33 | -3 |
Eindhoven | 51 | 47 | -4 |
Nijmegen | 34 | 30 | -4 |
Den Haag | 119 | 113 | -6 |
Contant geld is een inclusief betaalmiddel voor iedereen
Er is voor liefhebbers van contanct geld volgens mij dus geen reden om zich zorgen te maken. Contant geld blijft volop beschikbaar voor alle Nederlanders. Het is een inclusief betaalmiddel en het is van belang dat iedereen hier toegang tot blijft houden, bijvoorbeeld omdat niet iedereen een bankrekening heeft, of omdat straatverkopers zelden met een mobiel pinapparaat rondlopen. Ons onderzoek laat zien dat, ondanks het feit dat cash in Nederland minder geliefd is dan in andere landen, iedereen de keuze blijft houden tussen pinnen en cash. En dat de afspraken die we in Nederland hebben gemaakt over de beschikbaarheid van cashgeld nageleefd worden.
Over dit onderzoek: Alle gegevens verzameld in de week van 11 november. De dekkingsgraad van geldmaten afkomstig van de Locatiewijzer van Geldmaat. Vergelijkende gegevens uit 2021 komen uit ons eigen onderzoek. Cijfers over de voorkeuren van het mkb met betrekking tot cashbetalingen verzameld uit een onderzoek van de Europese Centrale Bank (ECB) uit 2024 over het gebruik van contant geld door bedrijven binnen de eurozone. Gegevens over het aandeel cashtransacties aan de kassa en de voorkeuren en houdingen van consumenten ten opzichte van cashbetalingen afkomstig van de meest recente SPACE-survey van de ECB uit 2022. Gegevens over het aantal geldautomaten per 100.000 inwoners zijn verzameld aan de hand van de meest recente statistieken van de Wereldbank.
Over de auteur: Jasper Berkhout is onderzoeker bij Raisin.
Plaats een reactie
Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond