Biometrie in travel: standaardisatie is hard nodig

Driekwart van de smartphones zijn over twee jaar voorzien van sensoren die vingerafdrukken kunnen lezen. De snelheid waarmee biometrie mainstream wordt betekent dat er in de reisbranche werk aan de winkel is, stelt luchtvaarttechnologiebedrijf SITA.

Een recent onderzoek van Visa onder Amerikaanse klanten wijst uit dat de meerderheid weet wat het is en 86 procent is bereid er gebruik van te maken. Consumenten zijn dus klaar voor biometrie en dat biedt luchtvaartmaatschappijen en luchthavens interessante mogelijkheden, aldus SITA in het nieuwe rapport ‘Biometrics for better travel’.

De ontwikkelingen worden gedreven door de betalingsindustrie maar ook in de transportsector ziet SITA al een aantal interessante toepassingen. Zo is de ondergrondse van Shanghai van plan om reizigers te identificeren op basis van stem- en gezichtsherkenning. Op Schiphol wordt al jaren gebruikgemaakt van irisscans bij Privium en gezichtsherkenning bij de elektronische paspoortcontrole. Branchevereniging IATA stelt dat vier op de vijf reizigers bereid is een digitaal paspoort te gebruiken dat op hun smartphone is geladen om vluchten te boeken en de luchthavenprocedures te doorlopen.

Geen samenhangende aanpak

Volgens SITA zijn er veel mooie initiatieven maar ontbreekt het nog aan een samenhangende aanpak. Tal van luchthavens wereldwijd testen in samenwerking met airlines en overheid hoe je de identiteit van een passagier met behulp van biometrie kunt vaststellen. Luchtvaartmaatschappijen richten zich op projecten waarbij de passagier selfservice kan boarden. Om biometrische toepassingen echt met succes te kunnen gebruiken, moet er een operationele standaardisatie plaatsvinden, zegt Sean Farrell, directeur Strategy & Innovation van SITA, in het rapport. Farrel merkt op dat luchtvaartmaatschappijen totaal andere operationele modellen hebben maar wel gebruikmaken van dezelfde IT-infrastructuur op de luchthaven. “Er moeten standaarden komen die bepalen hoe biometrische devices worden geïntegreerd in de gedeelde IT-oplossingen op vliegvelden.”

Daarnaast is goede samenwerking met de overheid noodzakelijk. Het daadwerkelijke vaststellen van de identiteit van de passagier en bepalen of deze persoon de grens mag passeren is immers een overheidstaak. “Er zijn standaarden voor het uitwisselen van data om een goede grenscontrole mogelijk te maken, maar hierin zijn biometrische gegevens niet meegenomen,” aldus Farrell. Naast de biografische gegevens (naam, paspoortnummer, et cetera) die luchtvaartmaatschappijen nu al verstekken aan overheden, moeten er dus standaarden worden bedacht voor biometrische data. SITA erkent dat hier privacybezwaren aan kleven maar ziet mogelijkheden voor ‘trust frameworks’ zoals blockchain.