Checklist voor accelerator starters

Het aantal accerelators neemt toe. Het Amerikaanse TechStars is inmiddels gearriveerd in Berlijn, en Nederlandse accerelators Startupbootcamp en Rockstar slaan de vleugels uit. De mogelijkheden voor startende bedrijven om aan een startersprogramma mee te doen, waar dan ook in Europa, worden daarmee steeds groter. Net zo goed als deze programma’s kritisch kijken naar starters, zouden starters ook kritisch moeten kijken naar accelerators. Vindt Steve Sprieser van Versa Health. Hij lepelt vijftien controlevragen op.

1. Welke diensten biedt de accelerator?
Kijk goed naar de partners die de accelerator heeft en de diensten die al dan niet via die partners worden aangeboden. Zo bieden sommige programma’s eigen hostingfaciliteiten, bijvoorbeeld via Amazon Web Services. Maar het kan best zijn dat jouw startup een heel andere aanbieder nodig heeft.

2. Hoe behulpzaam is het bedrag dat je krijgt?
De meeste accelerators bieden een bescheiden bedrag in ruil voor een belang dat ze kunnen verkopen als het goed met het bedrijf gaat. Maar houd wel in de gaten dat geen enkele durfkapitalist of private investeerder je bedrijf hoger waardeert omdat je aan een acceleratorprogramma hebt deelgenomen. Het is een opstapje, geen reuzenstap.

3. Hoeveel nadruk ligt er op de Demo Day?
Gemiddeld duurt een acceleratorprogramma drie maanden en eindigt het met een Demo Day. Accelerators die bedrijven zo snel mogelijk willen klaarstomen voor een flitsende presentatie en de rest vergeten zijn niet echt de moeite waard. Het gaat er om dat je professioneel wordt begeleid.

4. Kijk uit voor mentor whiplash
Tijdens de drie intensieve maanden in een acceleratorprogramma krijg je vermoedelijk vele standpunten van mentoren te horen. Waarschijnlijk krijg je nekpijn van het draaien van je hoofd. Je bent echt veel tijd kwijt met het analyseren van adviezen die misschien wel totaal met elkaar in tegenspraak zijn. Kijk uit dat je niet te veel tijd besteedt aan deze adviezen, hoe goed bedoeld ook. Jij zit als ondernemer aan het stuur, niet de adviseurs. En zorg dat je adviseurs krijgt waar je echt wat aan hebt.

5. Locatie, locatie, locatie
Hoewel iedere stad droomt om het succes van Silicon Valley (of Alley) te evenaren, is het goed om je verdiepen in de kansen die je krijgt in een specifieke locatie, want die zullen niet allemaal even ideaal zijn. Doe je iets medisch, dan is de aanwezigheid van een academisch ziekenhuis wel zo verstandig.

6. Krijg je makkelijk vervolgfinanciering?
Het gebeurt: bedrijven die een acceleratorprogramma afronden, en dan op geen enkele manier financiering kunnen krijgen. Eigenlijk moeten accelerators je daarbij helpen, dus informeer naar het post-programma.

7. Hoeveel publiciteit trek je?
Het is misschien niet het allerbelangrijkste onderdeel, maar media-aandacht helpt uiteraard wel. Daarbij mag je best selectief zijn. Zoek publiciteit bij publicaties die door je doelgroep worden gelezen. Heb je financiers op het oog dan is een artikel in bijvoorbeeld het FD meegenomen.

8. Hoe zijn de faciliteiten?
De Nederlandse accelerators hebben vaak grote ruimten, waar je hooguit een tafel en een paar stoelen krijgt. De concullega’s zitten even verderop. Dat kan best gezellig zijn, maar leidt ook af, al zijn er vaak wel afgesloten vergaderruimten. Ga als het even kan eerst eens kijken voordat je in een programma stapt. Het is immers de plek waar je maandenlang op je idee gaat zitten broeden.

9. Wie steunen de accelerator?
Altijd goed om te weten: hoe komt de accelerator zelf aan zijn financiering? Wie zijn de partners en investeerders en welke rol spelen zij zelf? Zijn dat investeerders waar je zelf wat aan hebt? Mocht je werkzaam zijn in een specifieke sector, dan is de keuze voor een verticale accelerator wel zo verstandig.

10. Hoe lang ben je nog welkom?
De meeste accelerators schoppen je er niet meteen uit nadat Demo Day is geweest, maar ‘nazorg’ is wel erg belangrijk. Denk goed na over de verzelfstandiging nadat het programma (vaak zes maanden) is afgelopen. Je zult nieuwe kantoorruimte moeten zoeken.

11. Hoe goed is de accelerator staf?
Een voor de hand liggende vraag: het zijn immers de mensen met wie je maandenlang gaat optrekken. Wat is hun achtergrond, hoe zijn de persoonlijkheden? In welke markten zijn ze thuis? Bo Schembechler zei het al: It’s the team! The team! The team!

12. Kijk en vergelijk
Niet alle accelerators zijn gelijk, resultaten ook niet. Kijk eens naar hoe andere starters het er hebben afgebracht en bel die eens op, zodat je van hun ervaringen kunt leren. Houd dan wel in de gaten dat ook niet elke startup gelijk is: sommige zijn bij de start al wat verder dan anderen.

13. Piek niet te vroeg
Zie de accelerator niet als een kleuterschool. Het is beter als je al een eind op weg bent, en niet nog moet leren lopen. Dan wordt het misschien lastig om in drie maanden een werkend prototype te bouwen. Je weet immers niet tegen welke problemen je aanloopt. Stap echter ook niet te laat in. Als je al inkomsten genereert, zijn er andere manieren om verder te groeien.

15. Ook een accelerator moet winst maken
Natuurlijk is het leuk als je gepemperd wordt in een accelerator, maar deze programma’s leven niet van de lucht. Ze willen resultaten zien, en dat zal dan ook vaak onderwerp van gesprek zijn. Overigens houden de meeste programma’s wel degelijk rekening met afvallers. Maar dat mogen er niet te veel zijn.