-

Zo rechtvaardig je advertentie-uitgaven in apps

Tracking en optimalisatie tussen in-app-advertising en de mobiele webpagina is wel degelijk mogelijk, toont de App2Web-case aan. Voor adverteerders lijkt de combinatie van mobiel internet en app in één apparaat niet ideaal door de beperkte communicatie tussen de browser en de app. Toch zijn de advertentie-uitgaven wel te verantwoorden.

Nu ruim 75 procent van het internetgebruik via mobiele telefoons plaatsvindt – waarvan negentig procent van het gebruik via mobiele apps gebeurt -, zijn mobiele strategieën verandert van een ‘nice-to-have’ in een ‘must-have’. Met name uitgevers hebben, om een ​​betere mobiele ervaring te bieden en het retentiepercentage te verhogen, zowel mobielvriendelijke websites als mobiele apps gemaakt.

Voor adverteerders daarentegen is de combinatie van mobiel internet en app in één apparaat niet ideaal door de beperkte communicatie tussen de browser en de app. In-app adverteren met een opening op de bestemmingspagina in een mobiele browser maakt het namelijk moeilijk om de in-app-klik te koppelen aan de landingspagina in de mobiele browser. Omdat hierdoor de prestaties niet eenvoudig kunnen worden gemeten, is het moeilijk om advertentie-uitgaven in apps te rechtvaardigen. Doordat het verplaatsen van het budget naar mobiel internet voor adverteerders ook verre van ideaal is, zijn adverteerders en uitgeverijen zoekende naar het juiste model.

Unieke kliktoken

Om een ​​brug te slaan tussen mobiel internet en app gebruikten Bannerconnect en de Greenhouse Group voor de App2Web-case bestaande technologie van DSP AppNexus en combineerden dit met een op maat gemaakte oplossing in CORE, Bannerconnects DMP-oplossing voor het beheren en activeren van grote hoeveelheden gegevens. Een relatief simpele koppeling, die voor een grote verschuiving zorgde door de unieke kliktoken die hieruit voortkwam.

Wanneer in de nieuwe situatie een bezoeker op een advertentie klikt, wordt de kliktoken in CORE opgeslagen via een macro op de bestemmingspagina van de banner. De bezoeker komt vervolgens terecht op de landingspagina van de adverteerder via een omleidingspagina. Dankzij deze omleidingspagina is het nu mogelijk om de gebruikers-ID van de browser van de bezoeker op te slaan in CORE. De unieke kliktoken, de gebruikers-ID en de mobiele apparaat-ID die binnenkomt wanneer de advertentie in de app wordt geserveerd, maken het samen mogelijk om een ​​in-app-klik te matchen met een landing in de browser.

Resultaat: 98 procent van de conversies kunnen nu worden getrackt

Om te onderzoeken wat de meetsnelheid van deze nieuwe techniek is, hebben de betrokkenen gegevens uit Google Analytics gebruikt om dit te valideren. Op basis van bijna vierduizend conversies is maar liefst 98 procent (!) van alle conversies bijgehouden, voor zowel Android als iOS. Het resultaat? Adverteerders kunnen een betere optimalisatie en een beter bereik van hun mobiele advertenties realiseren. Een geweldig resultaat, aangezien gespecialiseerde bedrijven voor de conversie van mobiele apparaten, zoals AppsFlyer en Adjust, deze App2Web-conversies met hun oplossing niet kunnen meten.

Unaniem juryoordeel

De resultaten liegen er niet om: van geen inzage naar 98 procent van de conversies die nu kunnen worden getrackt. Conversies die nu in de DSP kunnen worden gemeten geven zowel adverteerders als uitgevers de mogelijkheid om cijfermatig te onderbouwen waarom budgetten van mobiel internet naar apps worden verplaatst. Maar dat niet alleen; op basis van de resultaten kan ook daadwerkelijk worden geanticipeerd door het algoritme de gegevens te laten gebruiken om zo de prestaties te verbeteren. De jury van de Programmatic Awards was unaniem: de technische oplossing is een heel belangrijke, praktische en schaalbare oplossing die zeker ook andere partijen in de markt zal inspireren om dit probleem op dezelfde of een vergelijkbare manier aan te pakken.

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond