Ruim toch die comateuze servers op

Het was nogal een onthulling van Jonathan Koomey, onderzoeker van Stanford University. Die beweerde onlangs dat dertig procent van fysieke servers in datacenters comateus zijn. Dat wil zeggen dat ze ten minste zes maanden lang niet zijn aangeroepen, maar wel stroom blijven tappen.

Koomey gebruikte data van TSO Logic, die een inventaris had gemaakt van maarliefst 4000 fysieke servers. Daaruit blijkt dat er sinds 2008 weinig is veranderd. Met andere woorden: niemand heeft de moeite genomen om het probleem van de zombieservers stelselmatig aan te pakken. En dat probleem is er: nutteloze servers dienen energetisch geen ander doel dan het opwarmen van de aarde.

Er zijn allerlei redenen waarom die servers staan te labbekakken. Het kan zijn dat er applicaties op staan die niet meer gebruikt worden, maar die de IT afdeling ook niet weg wil doen voor het geval ze toch weer nodig zijn.

Bij ISP Today laat Michiel Cuijpers namens een aantal vakorganisaties weten dat ‘onderbelaste servers’ ook in Nederland een probleem zijn. Comateuze servers kosten volgens hem serieus geld. Een oplossing is virtualisatie. Dan kan een deel van de server altijd nog voor een andere taak worden ingezet.

Het Uptime Institute wil echter dat servers in coma worden afgeschakeld. Toen Barclays 9124 servers die zonder doel draaiden afschakelde, bespaarde de bank daarmee op jaarbasis ongeveer 2,5 megawatt, omgerekend 4,5 miljoen dollar. Ook spaarde Barclays 588 serverracks en opstelruimte uit, om maar te zwijgen over onderhoudskosten.