E-commerce Chain Control: geen fictie, wel frictie

Een soepel lopende logistieke keten, met ‘real-time’ data-inzichten van checkout en warehouse tot deurbel: het lijkt soms fictie. Maar het kan wel degelijk. Een blik op wat er vaak misgaat en hoe het beter kan.

Logistieke operaties zijn altijd sales gedreven. Dit impliceert dat logistieke concepten en operaties de verkoopconcepten moeten volgen. Vanuit mijn perspectief hebben, met de komst van e-commerce, de verkooptrends zoals het combineren van B2C, B2B, D2B, D2C, crossborder, marketplaces en offline/online Retail hun impact met complexe multi-store-, warehouse-, en carrier–operaties. Consumenten stellen steeds hogere eisen aan de logistieke service, betrouwbaarheid, keuzes en de duurzaamheid. Feitelijk verwachten ze voor elke aankoop een soort eenmalige, tijdelijke ‘mini-SLA’ voor hun aankoop.

Wat gebeurt er?

Bij het ontwikkelen van salesconcepten wordt niet nagedacht over het concept dat nodig is voor de logistieke operatie. Gevolgen daarvan zijn een niet goed functionerende keten, gebrek aan inzicht en sturing, veel reparatiewerk, te hoge kosten, meer CO2-emissie dan nodig is en een verminderde klanttevredenheid. De onderwerpen (master)data, ketenintegratie en het tijdens het aankoopproces al kunnen organiseren van en sturen op de logistieke keten, worden niet of slechts gedeeltelijk meegenomen.

Vanuit mijn eigen ervaring moet ik constateren dat het er op lijkt dat gedachten zoals “als ik maar een verzendlabel heb komt alles goed” en “dit is niet mijn probleem” nog steeds aan de orde van de dag zijn. Niets is minder waar. De toenemende complexiteit van saleskanalen, en daarmee dus ook de logistieke keten, schreeuwen om een andere benadering! Hier niets of te weinig mee doen kost omzet en verhoogt de logistieke kosten en CO2-emissie. Naast de gedragscomponent – de dominantie van Marketing & Sales – en het hokjes denken zie ik nog uitdagingen op de onderwerpen data en systeemintegratie.

Data en systeemintegraties

De data zijn niet, slechts gedeeltelijk, op het verkeerde moment, en/of verspreid over meerdere systemen beschikbaar. Bijvoorbeeld de artikelmasterdata, voorraaddata (hoeveel en waar), (openings)tijden en capaciteiten (magazijn, pick-up, netwerk, last mile), transittijden, routes, kosten (fulfilment en transport) en CO2-emissie. Als je data uit de keten wilt verzamelen, dan is meestal het uitgangspunt dat alle datasets van de partijen in de keten in één database gedeeld worden. In de praktijk werkt dit vaak niet omdat veel partijen vanuit concurrentieoogpunt geen data willen delen. Tevens is de data dan ‘statisch’ en daarmee onmiddelijk (gedeeltelijk) verouderd en dus niet bruikbaar. Ook hebben de systemen lang niet alle velden en algoritmes die nodig zijn om alle data correct te kunnen verwerken.

Elk webshopsysteem, ERP, WMS en TMS heeft zijn eigen technische specificaties om te integreren en eigen velden, met specificaties om data te kunnen loggen. Tevens is het type data dat gelogd en verwerkt kan worden veelal enkel gebaseerd op de data die nodig zijn voor de functionaliteit van het systeem zelf zijn ze níét gebaseerd op wat er in de hele keten nodig is. Dit geeft een dusdanig hoge drempel (kosten, doorlooptijd, onmogelijkheden) dat de systemen in de keten niet volledig met elkaar geïntegreerd zijn en data dus niet gedeeld kunnen worden. Daarnaast worden de data niet op het juiste moment en niet real-time opgehaald en verwerkt.

Hoe niet en hoe wel

Het gevolg? Niet goed of slechts gedeeltelijk geïntegreerde ketens waarin de benodigde data – de gegevens die nodig zijn voor visibility en ketencontrole – niet volledig en/of niet op het juiste moment in het juiste systeem beschikbaar zijn. Dat kost geld, CO2-emissies en klanten.

Hoe dan wel? Het is belangrijk dat de (master)data in de systemen van de keten, voor zover er velden en algoritmes voor zijn, volledig gevuld zijn met correcte data. Vervolgens is een onafhankelijk ketencontroleplatform (Chain Control Platform) nodig dat voor elke transactie real-time data uit de systemen kan ophalen, verwerken en opslaan, en deze data vervolgens kan gebruiken om te plannen en de uitvoering te sturen, monitoren en rapporteren. Doordat real-time enkel kleine stukjes data voor één specifieke transactie worden verwerkt voorkom je het probleem dat partijen de data niet willen delen en dat deze vaak verouderd is.

Dit platform moet geïntegreerd zijn met alle systemen in de keten. Door de specificaties van het te koppelen systeem te volgen, kunnen de koppelingen gestandaardiseerd – en daarmee snel en goedkoop – (her)gebruikt worden. Het platform haalt de data op en mapt deze waar nodig om. Om de gehele keten te kunnen overzien en te kunnen sturen, en om te kunnen monitoren en rapporteren, moet het platform functionaliteit hebben op het gebied van order-, transport-, shipping-, capaciteit-, visibility-, en reportingmanagement. Ook moet het kunnen communiceren met alle partijen in de keten, inclusief de klant. Door algoritmes en business rules kan de keten gestuurd worden op basis van kosten, snelheid, duurzaamheid, het vermijden van pieken en dalen, of combinaties hiervan: en dit tijdens het gehele proces, van checkout tot deurbel.

Het resultaat is logistiek als Sales-motor & kosten- en CO2-emissie-bespaarder.

Over de auteur: Roland Slegers-Leijsen is CEO bij DeliveryMatch.

Op de hoogte blijven van het laatste nieuws binnen je vakgebied? Volg Emerce dan ook op social media: LinkedIn, Twitter en Facebook.