-

Economie en de toekomst van steden: wat is er nodig voor een inclusieve, weerbare stad?

Wat is er nodig voor een inclusieve en economisch weerbare stad? Het antwoord van twee experts: het aanpakken van grootstedelijke problemen begint met inzicht in de aard, omvang en oorzaak ervan, en om als stad aantrekkelijk te blijven moet je programma’s faciliteren die tot waardevolle ontmoetingen leiden.

Als de coronapandemie iets heeft aangetoond is het wel hoe belangrijk het is om als stad weerbaar te zijn tegen economische schokken. Steden zijn dan ook in toenemende mate bezig om veerkrachtiger te worden, ziet Sjors Berns, senior manager bij Deloitte, met als specialisatie ruimtelijke economie: “Kijk bijvoorbeeld naar de ontregeling van de distributieketen die op dit moment aandacht vraagt: hoe weer je je als stad tegen dit soort dingen?”

Het antwoord op die vraag heeft onder meer te maken met de (aantrekkelijkheid van) banen in de regio. “Maar als je banen creëert, moet je als stad óók zorgen dat je relevant bent voor die banen”, legt Berns uit. “Met andere woorden: het moet voor verschillende partijen, van bedrijven tot kennisinstellingen, de moeite waard zijn om zich in jouw stad te vestigen. Omdat er kennis aanwezig is, expertise, én een goede programmering waardoor een allerlei mensen met nieuwe ideeën elkaar weten te vinden.” Want weerbaarheid gaat volgens Berns ook over “een diverse economie met sterke, onderling verbonden ecosystemen, waaronder digitale.” Hij legt uit: “Als je relevante ecosystemen wilt bouwen die zich constant vernieuwen en die groeien, dan moet je ervoor zorgen dat mensen elkaar fysiek blijven ontmoeten.” En dat is precies ook een knelpunt, ziet Berns, want het verbindend vermogen van private partijen is relatief beperkt: “Het helpt als een overheid als smeermiddel fungeert en samen met de kennisinstellingen en andere betrokken partijen dit soort ontmoetingen faciliteert.”

Inclusiviteit

Maar steden zijn niet alleen centra van economische ontwikkeling, ze zijn ook de samenvloeiing van gelijkheid, gezond samenleven en welvaart voor iedereen. “Als je een stad hebt die leefbaar, duurzaam, veerkrachtig en competitief is, maar die niet inclusief is, dan is er iets fundamenteel mis in die stad, zegt Sameh Wahba van de Wereldbank in het Deloitte Global Report Urban Future with a Purpose: 12 Trends Shaping the Future of Cities.”

Inclusiviteit staat bij steden in Nederland hoog op de agenda, maar tegelijkertijd nemen de verschillen tussen stedelingen toe, en wordt de inclusiviteit juist steeds minder, ziet Menno ter Wal, senior manager bij Deloitte, gespecialiseerd in het sociaal domein in grootstedelijke gebieden: “Wij doen veel onderzoek naar maatschappelijke thema’s zoals armoede en eenzaamheid, waarna we over de uitkomsten in gesprek gaan met steden en gemeenten. De wil om aan inclusiviteit te werken zien we overal terug in mooie programma’s rondom bijvoorbeeld armoede, werkgelegenheid en eenzaamheid, maar tegelijkertijd blijkt het vaak uitdagend en complex om de samenwerking rondom dit soort grote uitdagingen succesvol vorm te geven.”

Volgens Ter Wal speelt mee dat uitsluiting vaak juist een direct gevolg is van diverse onvermijdelijke trends. Zo heeft de arbeidsmarkt een uitsluitend karakter, omdat de eisen die worden gesteld aan banen steeds groter worden: “Van een administratief medewerker worden bijvoorbeeld veel meer digitale vaardigheden verwacht dan tien jaar geleden, wat tot grote onderlinge inkomensverschillen leidt. Of denk aan ouderen die niet kunnen meekomen met de digitalisering en daardoor in isolement raken.”

Inzicht verwerven

Al deze ontwikkelingen vragen om antwoorden vanuit de steden, zien Ter Wal en Berns die graag een voorzet geven in de vorm van enkele praktische adviezen. Het begint volgens hen met het verwerven van inzicht in wat er precies nodig is. “Het effectief aanpakken van grootstedelijke problemen begint met inzicht krijgen in de aard, omvang en oorzaak van die problemen”, zegt Ter Wal. “Dat klinkt simpel, maar we zijn vaak bezig met het oplossen van vraagstukken die we nog niet goed begrijpen. Uit eigen onderzoek weten we bijvoorbeeld dat als je eenzaamheid wilt aanpakken, je tegelijkertijd iets moet doet aan het armoedeprobleem, want mensen vereenzamen onder meer vanwege financiële problemen. Door dit soort kwesties vooraf goed uit te zoeken, voorkom je dat je slechts aan symptoombestrijding doet, in plaats van dat je de daadwerkelijke oorzaken aanpakt.”

Inzicht is er ook nodig als het gaat om het creëren van bruisende ecosystemen en het faciliteren van relevante ontmoetingen en samenwerkingen, zegt Berns. “Breng eerst eens goed in kaart welke partijen er in jouw stad zijn, wat hun behoeftes en uitdagingen zijn, en hoe hun krachten en uitdagingen gecombineerd kunnen worden.” Volgens Berns betekent dit ook dat een stad of overheid zal moeten investeren in een programmering die deze onderlinge verbindingen en ontmoetingen stimuleert, want “voor een enkele private partij is dat te omvangrijk om zelf te doen, en op dit moment vinden ze elkaar in veel steden nog onvoldoende”. Al zijn er ook succesvolle voorbeelden te noemen.

Goede voorbeelden in Rotterdam

Een zo’n voorbeeld is wat er gebeurt in het Rotterdam Makers District. Deze voormalige werf van de Rotterdamsche Droogdok Maatschappij biedt plaats aan bedrijven, onderwijs en onderzoek. Berns: “Allerlei relevante partijen uit de maritieme maakindustrie weten elkaar daar en in Rotterdam te vinden. Onder meer omdat ze periodieke bijeenkomsten hebben rondom thema’s waarbij het nuttig is om fysiek aanwezig te zijn, bijvoorbeeld omdat er relevante financiers rondlopen en pitches worden gehouden.”

Een ander voorbeeld is Cambridge Innovation Center (CIC), een hub voor innovatieve bedrijven in Rotterdam waar ook Deloitte zich hard voor heeft gemaakt, vertelt Berns: “CIC geeft, onder meer vanwege hun netwerk en leer- en presentatieprogramma’s een enorme push aan het innovatie-ecosysteem van start-ups en ondernemers in Rotterdam.”

Commercieel én maatschappelijk verantwoord

Het is van belang om het bedrijfsleven structureel te betrekken bij de aanpak van grootstedelijke problemen, adviseert Ter Wal, én daarbij het gemeenschappelijke belang te koppelen aan de individuele wensen van alle samenwerkende partijen. Het commerciële belang van een bedrijf en het maatschappelijk belang van een stad zouden veel vaker moeten samengaan, vindt hij. Er zijn al mooie voorbeelden waar dat lukt, zoals het Schuldenlab070 in Den Haag. Ter Wal: “Schuldenlab070 is een samenwerkingsverband tussen de gemeente Den Haag, een aantal overheidsinstellingen in de stad en meerdere bedrijven die allemaal een link met de schuldhulpverlening hebben. Zij zijn bij elkaar gekomen vanuit het idee dat zij samen iets kunnen verbeteren rondom de schuldenproblematiek in de stad. Niet als projectje dat ze er even bijdoen, maar vanuit hun normale bedrijfsvoering.”

Dat laatste is volgens Ter Wal essentieel: “Je kunt als overheid niet constant van bedrijven vragen om er allerlei sociale projecten bij te doen. Bedrijven zijn er om winst te maken, dus het is zaak om maatschappelijke beleidsdoelen onderdeel te maken van het commerciële model van bedrijven.” Berns en Ter Wal benadrukken daarbij dat de uitdagingen die ze schetsen niet gebonden zijn aan de administratieve grenzen van een stad of gemeente, en ook dat het samenwerken met overheden en bedrijfsleven iets is dat voor álle regio’s in Nederland van belang is. Ter Wal: “Zelf woon ik bijvoorbeeld buiten de randstad. Mijn stad heeft niet het geld, de kennis en tijd om grote problemen zoals eenzaamheid te kunnen aanpakken. De wil is er, maar er is meer slagkracht nodig: buurgemeentes, lokale bedrijven en belangenorganisaties. Kortom: dit verhaal gaat niet alleen over de randstad, want lokale samenwerkingen zijn in heel het land van belang.”

Over de auteur: Egbert van Keulen is Digital marketing strategist bij Deloitte.

Op de hoogte blijven van het laatste nieuws binnen je vakgebied? Volg Emerce dan ook op social: LinkedIn, Twitter en Facebook.

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond