-

De oplossing voor adblockers: relevante advertenties

Ontwikkelaar Marco Arment (Instapaper) trok vrijdag zijn adblocker Peace voor iOS terug, omdat zijn geweten begon op te spelen. Zeker 36 uur lang was het de bestverkopende app in de Amerikaanse App Store, maar Arment voelde zich er niet goed bij omdat adblockers uitgevers hard treffen.

Dergelijke spijtoptanten zijn vermoedelijk op de vingers van een hand te tellen. De meeste ontwikkelaars van adblockers trekken zich weinig aan van de advertentiemodellen van uitgevers, en veel gebruikers vermoedelijk ook niet. Adblockers gaan niet meer weg. Naast Peace zijn er inmiddels tal van alternatieven die ook nog eens geen cent kosten.

Uitgevers doen tegenwoordig graag een beroep op het geweten van sitebezoekers die adblockers gebruiken. Die worden soms streng toegesproken. Sommige sites laten zelfs geen content meer door zodra ze adblockers signaleren. The Washtington Post blokkeerde voor enkele dagen gebruikers met adblockers en videoplatform RTL XL toonde een tijd enkel zwartwit-streams aan kijkers met een adblocker.

Ze moeten wel, vinden ze zelf, want anders staat het voortbestaan van websites onder druk. Volgens Christian van Thillo, directeur van mediagigant De Persgroep, wordt op dit moment al rond de vijftien procent van alle advertenties niet meer getoond als gevolg van adblockers.

De vraag is of ze er iets mee opschieten. De meeste internetgebruikers weten ook heel goed dat muzikanten geld moeten verdienen door de verkoop van hun muziek, maar dat neemt niet weg dat illegale Mp3 bestanden nog altijd volop op internet verkrijgbaar zijn.

In de discussie over adblockers gaat het alleen te weinig over de oorzaak. Omdat advertenties over het algemeen weinig omzet genereren, verzinnen adverteerders steeds vaker trucs om toch onze aandacht te trekken.

En die trucs kennen we zo langzamerhand maar al te goed: advertenties die hele pagina’s kapen, die met geen mogelijkheid zijn weg te drukken, die hinderlijk voorbij schuiven. Die advertenties brengen wel geld op, maar dan wel op een manier waarmee ook spammers inkomsten genereren: je moet heel veel adverteren om een kleine groep consumenten voor je producten en diensten te interesseren.

De rest irriteert zich mateloos. Stel je voor dat je een tijdschrift zit te lezen en de adverteerder duwt om de andere bladzijde een advertentie in je gezicht, zo’n krant wil je na verloop van tijd niet meer lezen.

Er is ook irritatie over retargeting, waarbij al dan niet oppervlakkige interesses voor bepaalde onderwerpen je soms dagen achtervolgen. Alsof de winkelier eindeloos achter je aan dribbelt, omdat je iets te lang naar een broodrooster hebt zitten te kijken.

Naar aanleiding van de discussie over adblockers wordt de laatste dagen weer volop gespeculeerd over alternatieve verdienmodellen voor internetuitgevers, maar abonnementen en betaalmuren zijn niet voor iedereen weggelegd. Congressen en betaalde onderzoeken ook niet.

De consument wil in principe geen advertentievrij internet, wel een irritatievrij internet. Native advertising biedt een uitweg, maar de dunne scheidslijn tussen redactionele en gesponsorde inhoud zal niet altijd begrepen of gewaardeerd worden.

Jean-Louis Gassée, die ooit voor Apple werkte, herinnert zich de papieren computermaandbladen van weleer, waarvan de advertenties vaak even relevant werden gevonden als de redactionele inhoud.

Daarmee slaat hij de spijker op zijn kop: consumenten hebben niets tegen advertenties, maar die moeten gewoon ultrarelevant zijn. Niet de buitelende circusacts die we tegenwoordig over webpagina’s zien rollen.

Deel dit bericht

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet op de site getoond